Gemeente Zwolle
Wand langs Milligerplas wordt gereedgemaakt voor broedende oeverzwaluwen
Datum uitgave: 03/24/2006
Oeverzwaluwen kunnen dit jaar weer terecht bij de Milligerplas in Zwolle om te broeden. De eerder gebruikte gaten in de zanderige steile wand ten noorden van Stadshagen worden op woensdag 29 maart 2006 schoongemaakt voor een nieuw broedseizoen van de vogels.
Tijdens de nestcontrole worden resten van de broedperiode van vorig jaar weggehaald. Oeverzwaluwen zijn gewend om hun nesten zelf te graven. Woensdagmiddag zijn enkele medewerkers van de gemeente en wethouder Peter Pot bezig met de klus.
De locatie langs de Milligerplas biedt ruimte aan zo´n tweehonderd paren om te broeden. Vorig jaar waren zo´n 35 paren aanwezig. Oeverzwaluwen staan op de zogenoemde rode lijst, en hebben daarmee een beschermde status. De 'Riparia riparia' is de kleinste zwaluw (12 cm) die in Nederland voorkomt: chocoladebruin van boven, wit van onder, met over de borst een bruine band. De staart is licht gevorkt. Hij maakt een droog, raspend geluid. De vogels zoeken graag hun broedplaats in steile onbegroeide wanden van bijvoorbeeld zand, leem of klei.
Van eind maart tot eind september zijn de oeverzwaluwen in ons land. Het broedseizoen van oeverzwaluwen loopt globaal van half april tot eind augustus. In die periode kunnen ze twee legsels grootbrengen. Er worden 4 à 5 witte eitjes gelegd die door beide ouders worden uitgebroed. Na 12 tot 16 dagen worden de jongen geboren. Naarmate ze ouder worden komen ze de ouders tegemoet in de nestpijp om om eten te bedelen.
Oeverzwaluwen zijn meestal trouw aan hun nestplaats. Ze komen elk jaar terug naar dezelfde plek, of daar zo dicht mogelijk in de buurt. Maar ze kunnen ook op geheel nieuwe plaatsen opduiken. Oeverzwaluwen graven nestgangen van een meter diep. De gangen eindigen in de nestkamer die bekleed wordt met veertjes en plantendeeltjes.
Ze houden van loodrechte, onbegroeide wanden. De nestingang is bij voorkeur noord, noord-oost of oost. Vaak zoeken ze een plek nabij het water. Hier kunnen ze veel insecten vinden, die hun hoofdvoedsel zijn.
De vogelwerkgroep KNNV heeft de duurzame voorziening voor de oeverzwaluwen ontwikkeld aan de Milligerplas.
Bron: afdeling Communicatie