Senaat verkent grenzen krijgsmacht
woensdag 22 maart 2006
"Mijn hart draait om als ik hoor dat in het land waarvoor wij ons zo
inzetten, iemand die een bijbel in zijn zak heeft op grond van dat
feit tot de doodstraf veroordeeld kan worden omdat een moslim niet
geacht wordt zich te bekeren tot het christendom".
Minister Kamp (VVD, defensie) deed deze bekentenis dinsdag 21 maart in
het debat met de Eerste Kamer over zijn begroting voor 2006. Een
belangrijk thema in dat debat betrof de aanwezigheid van Nederlandse
militairen in Afghanistan. De minister reageerde o.a. op een opmerking
van SP-senator Kox die had gevraagd: Proberen wij niet met alle kracht
een land dat met respect, voor een belangrijk deel nog in het stenen
tijdperk zit, met geweld naar de 21e eeuw te halen en levert dat niet
meer risico's op dan kansen?
De minister van defensie zei dit een reële vraag te vinden. Hij zei
zich te realiseren dat het een forse uitstraling heeft als Nederland
in Afghanistan met pantservoertuigen, gevechtshelikopters,
ondersteunende special forces, met flink wat gevechtskracht en
straaljagers achter de hand gaat opereren. Maar ik realiseer me ook
dat daar nogal wat gewapende strijders zijn, die voor een deel
religieus gemotiveerd zijn en niet terugschrikken voor
zelfmoordaanslagen, die een grote bedreiging vormen voor onze soldaten
vormen. Wij hebben dus al die middelen nodig, maar wij moeten er
terughoudend en verstandig mee omgaan, aldus minister Kamp.
Niet alleen in het geval van Afghanistan verkende de Eerste Kamer in
het begrotingsdebatde grenzen en mogelijkheden van de Nederlandse
krijgsmacht. Ook de inzet van militairen in Nederland zelf bij het
waarborgen van de nationale veiligheid kwam uitvoerig aan de orde.
De verjonging van de krijgsmacht door reorganisatie en de onzekerheid
over het nieuwe gevechtsvliegtuig Joint Strike Fighter waren eveneens
onderwerpen van het debat.
Woordvoerder Russell van de CDA-fractie drong aan op een 'geïntegreerd
veiligheidsbeleid' in Nederland in het verlengde van de al bestaande
geïntegreerde defensiedoctrine. De Nederlandse Defensie Doctrine (NDD)
is een leidraad voor een gezamenlijk optreden van de afzonderlijke
krijgsmachtdelen (land- en luchtmacht, marine en marechaussee).
Volgens deze doctrine lopen de interne en externe veiligheid meer en
meer in elkaar over. De eerste hoofdtaak van Defensie: het beschermen
van het Nederlandse grondgebied, raakt steeds meer verbonden met de
derde hoofdtaak: de bijstand van civiele autoriteiten. Dit is een
gevolg van de toegenomen terroristische dreiging.
Senator Russell zei dat de CDA-fractie ervoor is dat er een Nationale
Veiligheidsstrategie wordt opgesteld. Volgens het CDA kan de NDD als
aanzet daartoe dienen. Russell: Met de NDD heeft Defensie zich
geprofileerd als een belangrijke speler op het gebied van nationale
veiligheid. Waar Defensie vroeger een vangnetfunctie had ten aanzien
van de nationale veiligheid, heeft de krijgsmacht in de afgelopen
jaren een meer structurele rol als veiligheidspartner ingenomen.
Woordvoerder Hoekzema van de VVD vroeg of het steeds grotere beslag
van personeel en materieel voor civiele taken in Nederland zelf ten
koste gaat van de twee andere hoofdtaken. Hoekzema voorzag spanningen
in het budget dat kleiner wordt en in 2010 nog maar 1,1% van het bruto
binnenlands product zal bedragen Volgens de VVD-fractie moet na de
bezuinigingen van 400 miljoen euro in de afgelopen jaren het
defensiebudget weer 'geleidelijk' hoger worden. Minister Kamp zei dat
het percentage thans iets onder 1,6% ligt en dat het goed zou zijn als
dit percentage zou toegroeien naar de in internationaal verband
afgesproken 2% van het bbp.
Senator Van Middelkoop sneed namens de fracties van ChristenUnie en
SGP evenals zijn collega Hoekzema van de VVD de uitdijende
maatschappelijke rol van de krijgsmacht aan. Van Middelkoop verwees
naar de voormalige voorzitter van MKB Nederland, Hans de Boer, die
Defensie wil inschakelen bij de bestrijding van de jeugdwerkloosheid
en de afspraken met Binnenlandse Zaken over civiel-militaire
samenwerking. In dit verband vroeg Van Middelkoop waarom de vanouds
gebruikte terminologie van 'interne of binnenlandse veiligheid' is
verlaten en vervangen door het begrip 'nationale veiligheid'. Ook
informeerden Hoekzema en Van Middelkoop naar de afspraken met
burgemeester Cohen van Amsterdam die Defensie een structurele rol wil
geven bij het handhaven van de openbare orde in zijn stad. CDA-senator
Russel bracht de extra menskracht voor de terreurbestrijding in de
grote steden naar voren. Hij noemde het goed nieuws dat de
Marechaussee de bewaking van objecten op zich gaat nemen.
PvdA-woordvoerder Middel vroeg of Nederland niet te zeer 'het beste
jongetje van de klas' wil zijn bij het sturen van militairen naar
brandhaarden in de wereld. Hebben we wel voldoende personeel voor de
missie naar Afghanistan, wilde de PvdA-senator weten. Volgens Middel
loopt Nederland ook teveel achter de regeringen van de VS en het
Verenigd Koninkrijk aan door wel militairen naar Irak en Afghanistan
te sturen, maar niet naar Afrika waar door geweld tienduizenden mensen
omkomen.
GroenLinks-senator Platvoet wees op het toenemende geweld in de
Afghaanse provincie Uruzgan, waar Nederland binnenkort 1200 militaire
naar toe stuurt en drong aan op meer en betere informatie voor
familie, vrienden en geïnteresseerden. Een moeilijker plek is haast
niet te verzinnen, oordeelde SP-woordvoerder Kox over Uruzgan. De
SP'er wilde weten of tot de taken van de Nederlandse soldaten gaat
behoren het meewerken aan het vernietigen van papaveroogsten. Hij
vreesde dat in dat geval de Nederlandse soldaten zich de grote
vijandigheid van de plaatselijke bevolking op de hals halen, aangezien
het hun enige middel van bestaan is.
Minister Kamp zei dat het een westers belang is om de handel in
heroïne in te dammen en dat het tegengaan van papaverteelt daarbij kan
helpen.
SP-er Kox en ook Van Middelkoop (CU/SGP) kritiseerden de gang van
zaken rond de besluitvorming van de op handen zijnde militaire missie
naar Afghanistan. Volgens Van Middelkoop heeft de regering geprobeerd
een andere uitleg van het betreffende grondwetsartikel te geven dan
eerder met het parlement is afgesproken. Afgesproken is dat het
parlement een besluit van het kabinet zal beoordelen. De regering
heeft geprobeerd met het bekendmaken van een 'voornemen' het bij een
consultatie van het parlement te laten. Van Middelkoop in scherpe
bewoordingen: De regering heeft door haar capriolen een odium van
onbetrouwbaarheid op zich geladen. Er kan niet naar willekeur van de
uitspraken van de grondwetgever worden afgeweken. Kox vond het nuttig
dat met motie Van Aartsen-Bos de Tweede Kamer in dit geval de puntjes
op de i heeft gezet. Minister Kamp zei dat hij op een lijn zit met Van
Middelkoop: de regering neemt een besluit voer de uitzending van
troepen en het parlement spreekt daar een oordeel over uit.
Twee linkse oppositiepartijen hielden de regering hun twijfels over
het project Joint Strike Fighter. Dit nieuwe JSF-gevechtsvliegtuig zal
de F-16's gaan vervangen. Middel (PvdA) vreesde, dat 'we het schip in
gaan'. En Platvoet (GroenLinks) zei dat na bezuinigingen in de VS
alleen Stork als substantiële deelnemer aan het project overblijft en
DutchAero (voorheen Philips Aerospace) afvalt. Staatssecretaris Van
der Knaap (CDA) sprak geruststellende woorden. Er is al voor 424
miljoen euro bij de Nederlandse industrie besteld. Er zit voor
miljarden aan afgeleide werkgelegenheid in het project en dat kan in
de toekomst alleen meer doorgroeien, zei de staatssecretaris.
Nederland gaat nog steeds uit van 85 aan te schaffen toestellen. Dat
besluit hoeft pas in 2010 te vallen. Overigens worden de nieuwe
toestellen in twee tranches besteld. Pas bij de tweede tranche speelt
de vraag of er werkelijk 85 nieuwe toestellen komen of minder. Met het
uit te sparen geld zou dan ander defensiemateriaal kunnen worden
aangeschaft.
De senatoren Russell (CDA) en Hoekzema (VVD) stelden ook vragen over
het personeelsbeleid. Zij uitten hun zorg over de reorganisatie
waardoor 12.000 functies bij de krijgsmacht vervallen. Tot einde 2005
hadden 8500 militairen de dienst verlaten. Van der Knaap zei dat het
moeilijker wordt gedwongen ontslagen te voorkomen naarmate de
reorganisatie vordert. Defensie moet terug naar 65.000
arbeidsplaatsen. Vanwege de uitzonderlijke omstandigheden in Irak en
Afghanistan is de uitzendtermijn teruggebracht van een half jaar naar
vier maanden. Als gevolg daarvan is de druk op de ondersteunende
diensten, zoals de genie en de logistiek, toegenomen. Het lijkt er
volgens Van der Knaap op dat in het kader van de reorganisatie te diep
in de ondersteunende diensten is gesneden. Russell maakte een
kanttekening bij het streven meer vrouwen bij de krijgsmacht te
betrekken door meer parttime werk en betere kinderopvang. Maar in
Kandahar zal geen kinderopvang mogelijk zijn, zei Russell.
Staatssecretaris Van der Knaap erkende dit, maar hij zei ook dat de
regering graag een krijgsmacht wil met jonge mannen en jonge vrouwen.
Precies in die leeftijd is er sprake van gezinsvorming en
gezinsuitbreiding. Je moet dan faciliteiten hebben, niet alleen voor
mannen, maar ook voor vrouwen, zei Van der Knaap.
In antwoord op vragen van de senatoren Russell en Hoekzema zei de
staatssecretaris van Defensie dat we het aantal militairen dat
getraumatiseerd raakt na uitzending niet moeten overdrijven. Het gaat
om 3 tot 4 procent van het totaal. Gelukkig vindt de allergrootste
groep het waardevol wat zij tijdens een uitzending hebben kunnen doen.
De jaarlijkse Veteranendag op 29 juni (de verjaardag van wijlen Prins
Bernhard) is volgens Van der Knaap een mooi slotnummer van de zorg
voor veteranen.
---
* stenogram 21 maart 2006 Dit is een downloadbaar word-bestand van
525 Kilobyte word
Aan de informatie op deze site kunnen geen rechten worden ontleend.
Eerste Kamer der Staten Generaal