Ministerie van Justitie

Persbericht

Meer bevoegdheden opsporing kinderporno
22 maart 2006
De politie en het openbaar ministerie moeten meer bevoegheden krijgen voor het opsporen van personen die regelmatig het internet gebruiken om kinderporno te zoeken of te verspreiden. Zo moet het voor de opsporingsdiensten eenvoudiger worden om computers af te tappen als er sprake is van een ernstige verdenking. Om deze opsporingsmethode mogelijk te maken overweegt minister Donner van Justitie de strafmaat voor het stelselmatig downloaden en verspreiden van kinderporno te verhogen van zes naar acht jaar. Aldus een voorstel van minister Donner in een brief aan de Tweede Kamer.

Uit een onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) is gebleken dat de opsporingsdiensten veelal in staat zijn om de gegevens van personen te achterhalen die het internet regelmatig gebruiken voor het downloaden en verspreiden van kinderporno. De door deze criminelen gebruikte methodes om anoniem te blijven op het internet zijn weliswaar geavanceerd maar wel degelijk bekend bij de politie. Door een combinatie van moderne technieken en meer traditionele recherchemethoden zijn politie en justitie in staat om met succes deze criminelen op te sporen en te vervolgen.

Wel zouden de diensten gebaat zijn bij aanvullende opsporingsmethoden om de gebruikte maskeringstechnieken snel en effectief te kunnen achterhalen. Dit kan bijvoorbeeld door het plaatsen van technische hulpmiddelen op de computer van de verdachte. De diensten krijgen daarmee zicht op alle communicatie vanuit de betreffende computer. Het plaatsen van dergelijke middelen op een computer in de woning van een verdachte is echter slechts toegestaan indien er sprake is van een verdenking van een feit waarop een gevangenisstraf van acht jaar of meer is gesteld. Door het verhogen van de huidige strafmaat voor het overtreden van art. 240b van het wetboek van Strafrecht van zes naar acht jaar worden de opsporingsmethoden uitgebreid. Dit wetsartikel richt zich op het stelselmatig in bezit hebben of verspreiden van kinderporno. Minister Donner stelt voor de wenselijkheid van deze verhoging te bezien bij de lopende evaluatie van de zedelijkheidswetgeving.

Het onderzoek van het NFI biedt inzicht in alle moderne technieken die worden toegepast door personen die hun anonimiteit willen waarborgen op het internet. Om operationele redenen is het rapport niet openbaar.