Voortgangsbericht over het expertisecentrum gelijke behandeling en handicap
---
Gelijke behandeling en non-discriminatie op grond van handicap en chronische
ziekte staan nog in de kinderschoenen. De eerste stap naar volledige
rechtsbescherming dateert van 1 december 2003. In 2004 is in het kader van
het project Gelijk=Gelijk veel voorlichting gegeven over de nieuwe
wetgeving. Een nieuw werkterrein vergt echter meer inspanning om structureel
ingebed te kunnen worden. Documentatie en analyse van maatschappelijke
ontwikkelingen die impact hebben op de rechtspositie van mensen met een
functiebeperking is een eerste vereiste. Wat daaraan ontbreekt en toegevoegd
moet worden is een expertisecentrum om kennis te verzamelen, te structureren
en te verspreiden.
In de afgelopen maanden is onderzoek gedaan naar de haalbaarheid van een
zelfstandig expertisecentrum. Geconstateerd is, dat rekening gehouden moet
worden met het gegeven, dat er geen ministerie is dat zich laat aanspreken
op de coördinatie van gelijke behandeling en dat er sprake is van opgelegde
fusering van bestaande expertisecentra gelijke behandeling en andere
expertisecentra. Tegelijkertijd is er sprake van een nieuw te vormen
organisatie die een centrale positie krijgt in de expertise op alle gronden
van non-discriminatie en gelijke behandeling, waaronder dus de grond
handicap of chronische ziekte.
Het Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie (LBR), dat met
de Landelijke Vereniging Anti Discriminatie Bureau s (LV ADB) gaat fuseren
tot een nieuwe organisatie krijgt deze centrale rol. Het is de bedoeling dat
deze nieuwe organisatie verantwoordelijk wordt voor het ontwikkelen van
expertise dan wel het verkrijgen of inkopen van de expertise bij bestaande
kenniscentra. Voor de grond handicap ontbreekt echter een dergelijk
expertisecentrum.
Inhoudelijk gezien ligt het in de lijn om de expertise op alle gronden samen
te voegen. Immers ook het Openbaar Ministerie (handhaving) en de ADB s
(melding en registratie) behartigen alle gronden. Ook de Commissie Gelijke
Behandeling is werkzaam voor alle gronden. Verder doet een breed
georiënteerde organisatie recht aan het gegeven dat sprake kan zijn van
samenloop van discriminatiegronden (handicap en vrouw, handicap en ras etc.)
Rekening houdend met de geschetste situatie heeft het bestuur van de CG-Raad
geconstateerd, dat aanhaken bij de nieuwe organisatie van LBR/LV ADB
voordelen en kansen biedt voor het gestalte geven van expertise als het gaat
om expertise op de grond handicap en chronische ziekte, mits aan bepaalde
voorwaarden wordt voldaan. Voorwaarden voor aanhaken bij de nieuwe
organisatie LBR/LV ADB zijn:
* de nieuwe organisatie moet zich van meet af aan profileren als
kenniscentrum voor meerdere gronden waaronder handicap en
chronisch ziekte (naam, huisstijl, werving personeel, programma
etc.). Het huidige imago van rassendiscriminatie moet daarmee
verdwijnen;
* de nieuwe organisatie moet kunnen beschikken over voldoende
middelen om mensen aan te trekken met deskundigheid op de grond
handicap en chronische ziekte;
* de nieuwe organisatie moet zich niet hoeven te beperken tot de
terreinen die onder wetgeving gebracht zijn (arbeid en
beroepsonderwijs). Het brede terrein van de gelijke behandeling
van mensen met een handicap of chronische ziekte moet tot de taken
van de nieuwe organisatie behoren;
* in de bestuurlijke organisatie moet rekening gehouden worden met
deskundigheid ten aanzien van de grond handicap en chronische
ziekte;
* gedurende enkele jaren moet een stevige impuls wordt gegeven aan
de expertise voor de grond handicap/chronische ziekte om deze goed
op de kaart te zetten.
De CG-Raad zal deze keuze officieel kenbaar maken aan betrokken
ministeries en het LBR/LV ADB inclusief de te stellen voorwaarden. Van
de zijde van de CG-Raad mag een bijdrage verwacht worden in het
verkrijgen van voldoende middelen voor de nieuwe organisatie om de
expertise op de grond handicap en chronische ziekte daadwerkelijk vorm
te geven, uiteraard in overleg en samenwerking met betrokken
organisaties. In het kader van inclusief beleid zullen de
verschillende ministeries worden aangesproken op hun (financiële)
beleidsverantwoordelijkheid in deze. Ook zal erop worden toegezien dat
voldaan wordt aan de voorwaarden en waar mogelijk zal hieraan een
bijdrage worden geleverd.
Verdere informatie is te verkrijgen bij Marianne Kroes en Gerda van
Piggelen, 030 - 291 66 00.
(Geplaatst: 20 maart 2006)
---
Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland