Gemeente De Wolden


Zuidwolde, 20 maart 2006

Reactie op berichtgeving Dagblad van het Noorden over woningbouw in gemeente De Wolden

Persbericht

Naar aanleiding van een aantal berichten in het Dagblad van het Noorden over woningbouw in de gemeente De Wolden, lijkt het een goede zaak om iedereen duidelijkheid te verschaffen over de feitelijke situatie. Daarbij gaat het om aantallen, huidige realisatie en toekomstige realisatie van woningbouw.

Aantallen
Voor de cijfers zoals afgelopen zaterdag gepubliceerd in het Dagblad van het Noorden ten aanzien van de voorgenomen woningbouw in De Wolden ontbreekt elke grond. In de woonvisie van de gemeente De Wolden gaan wij uit van een aantal van 110 woningen per jaar, te bouwen in de periode voor 2010 (en dus niet tot 2014). Een en ander is gebaseerd op de onderzochte en onderbouwde woningbehoefte in de gemeente. Het is nu aan de provincie om te besluiten of de gemeente meer woningen krijgt toegewezen, dan het nu mag bouwen. Hierover vindt op dit moment bestuurlijk en ambtelijk overleg met de provincie plaats.

Huidige realisatie

Een speerpunt van beleid in de afgelopen collegeperiode was dat het aantal te bouwen woningen per jaar nu inderdaad wel zou worden gehaald. Er is, net als bij bijna alle andere gemeenten, immers sprake van een structurele achterstand. Inmiddels kunnen we constateren dat de gemeente De Wolden het op dit moment maximaal aantal woningen dat het op jaarbasis mag bouwen, ook daadwerkelijk realiseert. Daarbij gaat het om gemiddeld 52 woningen per jaar.

Toekomstige realisatie

Het vorig college heeft daarnaast op basis van de woonvisie een concrete agenda opgesteld voor de realisatie van de woningbouw in de gemeente voor de komende jaren. Daarbij heeft het college hiervoor een speciale projectorganisatie voorbereid, die er ook voor moet zorgen dat de plannen concreet worden gerealiseerd, uitgaande van 110 woningen per jaar. Deze concrete agenda en speciale projectorganisatie vormen wat betreft de portefeuillehouder VROM, mevrouw Van der Ziel, een belangrijke inbreng voor de collegebesprekingen die de formateur gaat voeren.

//////////////////////////////////