17-3-2006
De regels voor het verwijderen van asbest worden aangepast aan de
risico's die erbij optreden. De regels worden minder streng als er
weinig gevaar is dat asbestvezels vrijkomen, maar aangescherpt voor
risicovolle situaties.
De ministerraad heeft ingestemd met een wijziging van het Arbobesluit.
Het voorstel wordt voor advies aan de Raad van State gestuurd.
Aanleiding voor de wijziging is een Europese richtlijn voor
bescherming van werknemers tegen de gevaren van asbest. Op dit moment
geldt er één wettelijke norm voor asbestverwijdering. Hierdoor zijn
ook in minder gevaarlijke situaties vergaande maatregelen verplicht.
Onder het nieuwe Arbobesluit komen er drie risicocategorieën met
bijbehorende veiligheidsmaatregelen. Gecertificeerde bedrijven die
zijn gespecialiseerd in het inventariseren van asbest, bepalen in
welke risicocategorie een klus valt.
Laag risico
Bij werkzaamheden met een laag risico vervallen bepaalde
verplichtingen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het demonteren van
asbest dat in goede staat verkeert zonder het te breken. Dit werk mag
voortaan ook door een gewone aannemer worden gedaan in plaats van een
gecertificeerd bedrijf. De medewerkers moeten hiervoor wel zijn
opgeleid. Ook hoeven werkzaamheden in de laagste categorie niet meer
te worden gemeld bij de Arbeidsinspectie.
Hoog risico
Bij werkzaamheden in de gevaarlijkste categorie worden de maatregelen
juist aangescherpt. Omdat het risico groot is dat asbestvezels
vrijkomen, zijn extra controles nodig. Door de nieuwe regels
verminderen de lasten voor bedrijven met 4 miljoen euro per jaar. De
administratieve lasten dalen jaarlijks met ongeveer 450.000 euro.
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer