Ministerie van Algemene Zaken


1red16612
17-3-2006, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur

MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD,

OVER HET HUURBELEID


VAN STEEN:
Balkenende denkt ook niet dat er groepen zijn die uiteindelijk de dupe worden van die hogere huren.


BALKENENDE:
Het is opvallend dat u het zo vraagt. Want het gaat voorlopig helemaal niet om grotere huurstijgingen. Sterker nog, als we op het ogenblik kijken naar de feitelijke huurstijgingen, die zijn op het ogenblik buitengewoon beperkt. Zeker ten opzichte van wat vroeger wel eens werd toegepast aan huren.


VAN STEEN:
Maar waarom zou ik als bijvoorbeeld goed verdienende alleenstaande mijn redelijk goedkope huurportiekflatje verlaten om dan uiteindelijk meer te gaan betalen?


BALKENENDE:
Dat is natuurlijk een eeuwig probleem in de huursector. Dat sommige mensen echt een huurwoning nodig hebben en die kunnen die huurwoning niet vinden. Andere mensen hebben een heel hoog inkomen en die blijven erin zitten. Voor een deel hangt het ook samen met het wooncomfort.


VAN STEEN:
Niet iedereen zit te wachten op heel veel luxe natuurlijk.


BALKENENDE:
Dat is ook zo. Maar we hebben wel gezegd, dat is ook vandaag in de ministerraad aan de orde geweest: je moet oppassen om zittende huurders nu zomaar te confronteren met een hogere huurstijging. Dat is ook heel bewust gedaan om recht te doen aan het feit dat mensen niet ineens in een onzekere situatie moeten komen. Vooral van belang voor huurders is nu dat men ziet dat er meer wordt gebouwd en dat ze meerdere mogelijkheden hebben. Dat is een kwestie van wooncomfort.


VAN STEEN:
Laat ik een andere voorbeeld geven. Een jong stel dat straks na 2010, want dan gaat het pas echt in, een huurhuis zoekt. Ik kan me voorstellen dat die er niet heel erg blij mee zijn, want die huren zullen niet een stuk omlaag gaan.


BALKENENDE:
Niet omlaag gaan. Maar waar we wel te maken mee hebben, dat is de vraag: wat is eigenlijk een reële prijs voor een woning? We hebben in het verleden wel eens gezien dat sommige woningen echt te goedkoop waren. En wat je nu moet hebben, dat is dat er voldoende wordt gebouwd, dat er meer ruimte ontstaat voor het vaststellen van reële prijzen. En dat betekent dat je nog wel oog moet hebben voor degenen die nu bepaalde rechten hebben, de zittende huurders.


VAN STEEN:
Maar heeft zo'n jong stel daar dan echt iets aan? Want hoe gaat dat dan werken?


BALKENENDE:
Als we nu zien hoe de huurmarkt functioneert, dan heb je behoefte aan meer dynamiek. We hebben behoefte aan betere doorstroming. Wat is er nodig voor betere doorstroming? Dat is dat je reële prijzen betaalt voor de woningen die er zijn. En tegelijkertijd werken aan keuzemogelijkheden. U heeft ook gezien dat in de plannen van het kabinet er een groot accent wordt gelegd op het bouwen van nieuwe woningen. Het is noodzakelijk dat er meer dan 400.000 woningen de komende tijd worden gebouwd.


VAN STEEN:
Maar die woningen zijn natuurlijk niet voor iedereen bereikbaar. Want als je dan bijvoorbeeld weer kijkt naar een andere situatie, een groot bijstandgezin in een te kleine woning bijvoorbeeld. De nieuwe woningen die worden gebouwd, die zijn over het algemeen niet voor die groep.


BALKENENDE:
Het is altijd zo dat wanneer een woning te duur is en je voldoet aan de criteria, dan kun je een recht doen laten gelden op de huursubsidie.


VAN STEEN:
Maar waarom zou een baas van een woningcorporatie zeggen: het kabinet heeft dit ingevoerd en nu ga ik ineens een heleboel nieuwe woningen uit de grond stampen? Waarom zou hij dat doen?


BALKENENDE:
Het is een samenstel van maatregelen dat ertoe moet leiden dat je de woningmarkt ook voor huurders beter laat functioneren. Dat is wat gebeurt. En wat betreft de corporaties. Dat zijn instellingen die ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben. We noemen het ook maatschappelijke ondernemingen. Dat veronderstelt dat zij bijdragen aan de kwaliteit van leven. Je ziet ook dat er nogal wat corporaties zijn die ook actief zijn in het bijdragen aan kwaliteit van wonen in de wijken. Ze doen meer dan alleen maar het bouwen en beheren van woningen.


VAN STEEN:
Er is de afgelopen jaren eigenlijk al heel veel gesleuteld aan het plan. Het is niet meer zoals het in het begin op papier is gezet. Waarom is dit dan toch dé oplossing?


BALKENENDE:
Mevrouw Dekker heeft plannen naar voren gebracht waarin sterkere elementen zaten van liberalisering. En daar is een debat over geweest met de Tweede Kamer. Toen heeft de Tweede Kamer gezegd: wij zien wel de noodzaak van verandering, alleen wat betekent het voor mensen? Dat is ook de reden geweest waarom minister Dekker de plannen nog eens goed tegen het licht heeft gehouden.


VAN STEEN:
Het was voor haar een paar weken geleden wel reden om te zeggen: misschien moet ik er wel om aftreden.


BALKENENDE:
Ik geloof dat ze gat toen wat erg snel heeft gezegd. Ik geloof ook dat er woorden als 'beraden op' naar voren kwamen. Maar ik heb het er met haar ook over gehad. Ze heeft het natuurlijk veel meer bedoeld in de zin van: ik moet eens goed nadenken wat zich nu feitelijk heeft afgespeeld in de Tweede Kamer en ik moet de plannen nog eens goed tegen het licht houden. Dat heeft ze gedaan en ik vind dat ook heel verstandig. Want aan de ene kant wil je dat de hoofdlijn van het beleid wordt doorgezet, aan de andere kant mag je niet voorbij gaan aan de legitieme belangen van huurders en aan de opvattingen in de Tweede Kamer. En we weten allemaal dat het huurbeleid altijd kwetsbaar is. Want het gaat gewoon over het leven van mensen, het gaat over de financiële zekerheden en onzekerheden. En daar mag je dus echt niet aan voorbij gaan. Dat doen we als kabinet niet en dat is ook de reden geweest waarom we plannen hebben aangepast.


VAN STEEN:
Nou lijkt 2010 nog heel ver weg. Wie dan leeft, wie dan zorgt. Haalt dit plan de eindstreep eigenlijk wel?


BALKENENDE:
Dat is natuurlijk altijd afhankelijk van wat er in de Tweede Kamer gebeurt. Ik geloof wel dat de elementen van de noodzaak van bouwen ook de komende jaren worden onderschreven. Het feit dat er een reële prijs wordt betaald, dat je rekening houdt met een redelijke ontwikkeling van de huurprijzen, dat zal natuurlijk ook zo blijven.


VAN STEEN:
Maar de PvdA bijvoorbeeld heeft al gezegd: als wij uiteindelijk weer in de regering komen, dan gooien we dit hele plan weer van tafel.


BALKENENDE:
Dat zou een nieuw geluid zijn voor de PvdA. Tot nu toe heb ik niet zo vaak gehoord dat men zei: we gaan zaken terugdraaien van het kabinet. We zullen gewoon zien hoe zich dat ontwikkelt.


VAN STEEN:
Is het toch niet een beetje het lelijke eendje van dit kabinet, het huurbeleid. Er zijn heel veel hervormingen doorgevoerd: de WAO, de VUT, het zorgstelsel. Dat loopt allemaal goed.


BALKENENDE:
Dit is een moeilijke en dat snap ik heel goed. Wanneer je huurder bent, dan wil je te maken hebben met zekerheid. Dan wil je te maken hebben met een redelijke huurverhoging. Dus dat snap ik heel goed. Het is een emotioneel beladen onderwerp. En terecht, want het gaat gewoon over het leven van mensen. En dan snap ik heel goed dat mensen zeggen: je kunt niet zo maar over één nacht ijs gaan met het doorvoeren van dat soort plannen. Dat mag ook niet. Dat is ook de reden geweest waarom minister Dekker zo intensief bezig is geweest met te luisteren naar het parlement, het vinden van oplossingen. En dan moet je soms zaken wel eens iets meer tijd geven om dingen te kunnen veranderen.


VAN STEEN:
Heeft u zelf nog verhuisplannen?


BALKENENDE:
Ik niet hoor. Ik heb het veel te druk op het ogenblik. (Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, RS)