Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
Diemen, 17 maart 2006
Randstad WerkMonitor: mobiliteitsindex schiet omhoog
Vertrouwen bij werkenden is terug
Werkenden in Nederland hebben steeds minder angst voor ontslag. En mocht het toch gebeuren, dan hebben ze vrij veel vertrouwen in het vinden van een andere baan. Dat blijkt uit de meest recente peiling onder werkenden in Nederland in het kader van de Randstad WerkMonitor. Het resultaat van de dalende ontslagangst is dat de mobiliteitsindex van maart ten opzichte van twee maanden geleden omhoog schiet van 91 naar 97.
Het onderzoek wijst verder uit dat de stemming onder werkenden opmerkelijk positief is. Maar liefst 45 procent van de ondervraagden geeft aan dat de economische ontwikkeling bij de werkgever de laatste tijd licht tot sterk is verbeterd; bij 37 procent is de situatie gelijk gebleven.
Uit het onderzoek blijkt onder meer dat 17 procent van de werkenden er in enige mate rekening mee houdt ontslagen te kunnen worden, tegen 24 procent bij de vorige peiling. Zeventig procent van de werkenden geeft aan vertrouwen te hebben in het vinden van - al dan niet passend - werk elders. Dit cijfer is ten opzichte van zomer 2005 iets gestegen. Verder is 52 procent van de werkenden in Nederland enigszins of sterk toe aan een nieuwe uitdaging. Onderzoekers trekken uit de meest recente peiling onder 863 werkenden de conclusie dat werkend Nederland de laatste maanden niet alleen minder angst heeft voor ontslag, maar ook flink wat 'mobieler' is geworden als het gaat om het wisselen van baan.
'Vertrouwen terug'
Algemeen directeur Jan Vermeulen van Randstad noemt de stijging van de mobiliteitsindex logisch. 'Het vertrouwen bij werkenden is terug. Werkgevers raad ik aan hun aantrekkelijkheid te vergroten. Ze moeten tijdig goed personeel uit de markt halen, want ook werknemers kunnen kiezen. In sommige sectoren is dit zelfs zeer noodzakelijk. Zo zien wij in onze praktijk dat er voor banen in de financiële dienstverlening heel moeilijk mensen te vinden zijn, reden waarom Randstad zelf deze mensen is gaan opleiden. Ook in de zorgsector is de situatie nijpend: wij zitten momenteel met duizend vacatures die moeilijk te vervullen zijn. Het wordt tijd dat de zorgsector initiatieven neemt om structureel iets aan de schaarste te doen. Op dit moment is het zo dat wij veel mensen opleiden aan onze Zorgacademie. Er is echter een duidelijk gebrek aan stage en ervaringsplaatsen. Daar moet zo spoedig mogelijk wat aan gedaan worden!'
Overigens zijn er volgens de onderzoekers opvallende verschillen te zien in de beleving van werkgever en baan in Nederland en Duitsland. Zo geven Duitsers beduidend minder vaak aan dat ze toe zijn aan een nieuwe uitdaging (47 procent). Nederlandse werkenden zijn daarentegen weer veel positiever over hun werkgever: zij geven deze een rapportcijfer van 7,2 de Duitsers komen niet hoger dan een 6,8.
Nieuw: de 'Gevoelstemperatuur'
Het positieve sentiment wordt bevestigd in een nieuw onderzoeksdeel van de Randstad WerkMonitor, dat elke twee maanden wordt herhaald. Gevraagd naar de economische ontwikkeling bij de werkgever, antwoordt 82 procent van de werkenden dat de situatie de laatste tijd gelijk of (veel) beter is geworden. De vijf signalen die volgens werkenden hierop duiden zijn, in volgorde van afnemende belangrijkheid:
* er komen nieuwe collega's bij op de werkvloer
* er zijn verbeteringen aangebracht op de werkplek
* ik heb een salarisverhoging gehad
* de stemming onder de collega's is verbeterd
* de stemming van mijn leidinggevende is verbeterd
* er is meer geld vrijgemaakt voor opleiding van medewerkers
* er zijn meer arbeidscontracten verlengd
* er is meer bewegingsvrijheid
* budgetten en declaraties worden gemakkelijker geaccordeerd
* er is meer budget gekomen voor externe activiteiten.
Eén op de vijf voelt zich te kort gedaan
Voor het eerst in de bijna driejarige historie van de Randstad WerkMonitor hebben de onderzoekers ook gevraagd naar de mate waarin werkenden zich betrokken voelen bij het beleid van hun bedrijf. De laagste scores werden hierbij genoteerd in de industrie, de hoogste bij de overheid. Gemiddeld zegt tweederde van de werkenden zich enigszins tot zeer betrokken te voelen. Aan de andere kant voelen ook opmerkelijk veel werkenden (22 procent) zich te kort gedaan door hun werkgever; met name werkenden in productie en in handel/distributie vinden dat hun inspanningen door hun werkgever onvoldoende worden gewaardeerd. Meer dan de helft (54 procent) voelt zich wél gewaardeerd.
De uitkomsten van het onderzoek
Nederland
Aug.
2003
Nov.
2003
Dec.
2003
Feb.
2004
April.
2004
Juni.
2004
Aug.
2004
Okt.
2004
Dec
2004
Feb.
2005
April.
2005
Juni.
2005
Aug.
2005
Okt.
2005
Dec.
2005
Feb. 2006
Tevredenheid
84%
88%
87%
83%
86%
84%
87%
84%
85%
83%
80%
79%
85%
83%
80%
81%
Vertrouwen in vinden van nieuwe baan
80%
80%
75%
74%
74%
75%
77%
73%
70%
68%
69%
65%
67%
67%
68%
70%
Angst voor ontslag
8%
9%
6%
10%
6%
10%
6%
8%
%
7%
9%
8%
6%
6%
7%
5%
Toe aan een nieuwe uitdaging
54%
54%
57%
52%
52%
57%
53%
53%
55%
57%
57%
57%
54%
52%
54%
52%
Mobiliteitsindex
100
103
99
98
91
106
104
99
93
99
99
99
95
99
91
97
Nederland
Aug.
2003
Nov.
2003
Dec.
2003
Feb.
2004
April.
2004
Juni.
2004
Aug.
2004
Okt.
2004
Dec
2004
Feb.
2005
April.
2005
Juni.
2005
Aug.
2005
Okt.
2005
Dec.
2005
Feb. 2006
Toelichting illustratie Randstad WerkMonitor:
De mobiliteitsindex geeft een indicatie van het aantal werkenden dat verwacht binnen nu en 6 maanden hetzelfde of vergelijkbaar werk te doen bij een andere werkgever. De index is gebaseerd op het aantal mensen dat positief antwoordt op deze vraag.
De stand van de index is te zien aan de onderzijde van de grafiek. Tussen december en februari steeg de index van 91 naar 97 punten.
De mobiliteitsindex wordt voorspeld door een viertal factoren; te weten:
· Het vertrouwen dat men heeft in een 'baanswitch'
· Hoe groot men de kans inschat dat men de huidige baan verliest
· Het aandeel mensen dat toe is aan een nieuwe uitdaging
· De tevredenheid met de huidige werkgever.