Laat schippersinternaten helpen oplossenwachtlijsten jeugdzorg
Abvakabo fnv
Op vrijdag 17 maart om 9.30 uur overhandigt een delegatie van vakbond ABVAKABO FNV en
werknemers uit de schippersinternaten een petitie aan staatssecretaris Ross van VWS.
Er wordt om 9.00 uur verzameld voor het ministerie van VWS, Parnassusplein 5 te Den Haag.
Ruim 120 werknemers in de sector schippersinternaten delen de overtuiging van ABVAKABO FNV
dat er onvoldoende subsidie verstrekt wordt om deze sector levensvatbaar te houden. De
hoop van de vakbonden en haar leden was gevestigd op het rapport van Berenschot. Dit
rapport zou duidelijkheid verschaffen over de toekomst voor de sector. Het rapport biedt
echter geen helderheid en somt alleen de problemen op. Corrie van Brenk, landelijk
bestuurder Schippersinternaten: 'De problemen waren ons al langer bekend omdat onze leden
daar dagelijks mee worden geconfronteerd. Zowel wij als onze leden wachten op de
oplossing. Als die niet spoedig komt, bestaat er binnenkort geen zorg en opvoeding meer
voor kinderen en jongeren van varende ouders.' Om de sector te laten voortbestaan moet de
subsidie dit jaar 10% omhoog. Daarna is voor de volgende drie jaar nog eens 5% extra
nodig. Als het Arbeidstijdenbesluit wordt toegepast kost dat nog eens 6% extra subsidie.
Volgens ABVAKABO FNV kan een deel van de oplossing worden gevonden binnen de
welzijnssector. De jeugdzorg kampt met tekorten aan plaatsen en medewerkers, waardoor er
lange wachtlijsten zijn. De medewerkers van de schippersinternaten zijn opgeleid om
24-uurs zorg te bieden. En zij beschikken over plaatsen om kinderen op te vangen. Wij
roepen de staatssecretaris dan ook op om deze mogelijkheid serieus te overwegen en met
ABVAKABO FNV en de schippersinternaten hierover in gesprek te gaan.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
Corrie van Brenk, sectorbestuurder (079) 3536314 of (06) 22475125
Ingeborg van Kints, voorlichter (079) 3536319 of (06) 53362330
ABVAKABO FNV is de grootste vakbond in de publieke sector. De ruim 360.000 leden werken in
de zorg- en welzijnssector, de (geprivatiseerde) overheid, de onderwijs- en
onderzoekssector en bij de sociale werkvoorziening of in het kader van de gesubsidieerde
arbeid.