Eneco
ENECO realiseert winstgroei in 2005
Rotterdam, 15 maart 2006 - Directie pleit voor energie Deltaplan
Bedrijfsresultaat met bijna 30 % gestegen naar 513 miljoen
Nettoresultaat gestegen met 38,4 % naar 302 miljoen
In financieel opzicht heeft ENECO een zeer goed jaar achter de rug.
Het nettoresultaat is met bijna 84 miljoen gestegen tot 302 miljoen (+
38,4%). Ondanks enigszins lagere verkoopvolumes is de netto-omzet
energie over 2005 met 152 miljoen gestegen tot 3.361 miljoen (+
4,7%).
Bij de presentatie van de cijfers over 2005 heeft de Raad van Bestuur
van ENECO gepleit dat politiek, overheid, kennisinstellingen,
maatschappelijke organisaties én energiebedrijven hun krachten
bundelen om een betaalbare, betrouwbare en duurzame energievoorziening
voor de toekomst te kunnen veiligstellen. Volgens ENECO is dit nodig
vanwege het grote strategische belang van energie en de energiesector
voor Nederland. Ronald Blom, voorzitter van de Raad van Bestuur, We
praten in Nederland tegenwoordig alleen maar over splitsen terwijl de
toekomst van de energievoorziening de grootste aandacht moet hebben.
Dat vereist een gemeenschappelijk beeld van waar we met onze
energievoorziening naar toe willen, een routekaart met bijbehorende
bouwstenen en de bereidheid om te investeren. En niet in de laatste
plaats vasthoudendheid en samenwerking. Kortom: een Deltaplan voor een
duurzame energievoorziening. ENECO is een van de energiebedrijven in
Nederland die bereid is hiervoor de handschoen op te pakken.
Energieomzet en brutomarge
De energieomzet van ENECO is zowel in het zakelijke als
consumentensegment in 2005 gestegen. Deze stijging deed zich voor bij
de levering alsook bij de distributie van energie. De belangrijkste
oorzaak van de stijging van de leveringsomzet is de toename van de
olie- en gasprijzen; de afzetvolumes voor alle producten daalden
licht. Ten opzichte van een jaar geleden daalde het aantal
huishoudelijke klanten voor elektriciteit en gas met ruim 3%.
De omzet elektriciteitslevering steeg met 1%, de omzet gas- en
warmtelevering steeg met 8%. De omzet transport en meetdiensten is
gunstig beïnvloed door per saldo hogere gereguleerde tarieven, maar
tegenover deze hogere omzet staan hogere inkoopkosten voor transport
van energie.
De brutomarge op energielevering en energietransport is met 11,5%
gestegen van 959 miljoen naar 1.070 miljoen. Na correctie van de omzet
en brutomarge over 2004 voor een eenmalige post van 16 miljoen
bedraagt de toename van de brutomarge 13,5%. De brutomarge nam toe
voor alle energieproducten, maar vooral bij elektriciteit als gevolg
van een gunstiger gemiddelde inkoopprijs elektriciteit voor het
zakelijke marktsegment. Het contract dat ENECO sinds begin 2005 heeft
met de Rijnmond Energie centrale voor de volledige afname van de
productie van deze elektriciteitscentrale heeft een positief effect
gehad op de gemiddelde inkoopkosten.
Overige bedrijfsopbrengsten
De overige bedrijfsopbrengsten liggen met 331 miljoen in 2005 op een
vergelijkbaar niveau als in 2004.
Als gevolg van het toepassen van IAS 32 en 39 worden met ingang van
2005 energie- en emissiehandelstransacties gewaardeerd op reële waarde
(marked-to-market). Aangezien IAS 32 en 39 niet met terugwerkende
kracht worden toegepast, zijn de vergelijkende cijfers over 2004 niet
aangepast. De overige bedrijfsopbrengsten over 2005 zijn hierdoor
gunstig beïnvloed met ongeveer 20 miljoen.
Bedrijfskosten
De bedrijfskosten daalden in 2005 van 899 miljoen naar 887 miljoen.
Voor de vergelijkbaarheid moet rekening worden gehouden met een aantal
eenmalige posten in 2005. Dit betreft het vervallen van de
operationele kosten van Gevudo, een gedeeltelijke vrijval van de
voorziening ziektekosten gepensioneerden, een voorziening voor een
mogelijk interpretatieverschil over de subsidieregeling betreffende de
import van duurzaam opgewekte elektriciteit in vorige jaren en kosten
ten laste van 2005 met betrekking tot de migratie naar een
factureersysteem. Per saldo hebben deze posten in 2005 een positief
effect gehad op de bedrijfskosten van ongeveer 20 miljoen.
Bedrijfsresultaat
Het bedrijfsresultaat is met bijna 30% gestegen van 396 miljoen naar
513 miljoen. Deze verbetering van het bedrijfsresultaat komt vrijwel
geheel uit een verbetering van de brutomarge op energie.
Financiële baten en lasten
In 2005 bedroeg de netto kasstroom uit operationele activiteiten 552
miljoen (2004 : 573 miljoen). Uit deze kasstroom zijn de investeringen
gefinancierd, zijn winstuitkeringen gedaan en zijn rentedragende
schulden afgelost.
ENECO beschikt over een totaal van bijna 3,9 miljard aan
gecommitteerde en niet-gecommitteerde financieringsfaciliteiten. In
2005 zijn de rentedragende schulden met 118 miljoen gedaald naar 1.138
miljoen. De financiële baten en lasten, die vrijwel geheel bestaan uit
rentebaten en rentelasten, zijn 22% gedaald van 76 miljoen in 2004
naar 59 miljoen in 2005. Deze daling is veroorzaakt door gemiddeld
lagere rentetarieven en een afname van de rentedragende schulden.
Belastingen
Het effectieve belastingtarief over 2005 bedroeg 34%. Het verschil met
het nominale tarief van 31,5% wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het
effect van de verlaging van het nominale belastingtarief op de actieve
belastinglatentie.
Investeringen
De investeringen van ENECO in materiële en immateriële vaste activa in
2005 bedroegen 344 miljoen (2004 : 190 miljoen). In 2005 werd voor een
bedrag van 150 miljoen het afnamecontract met InterGen voor de
Rijnmond Energie centrale van Nuon overgenomen. Deze investering wordt
over de looptijd van het contract (15 jaar) afgeschreven. De overige
investeringen betreffen vrijwel uitsluitend investeringen in de
infrastructuur van de elektriciteits-, gas- en warmtevoorzieningen. In
2005 is een bedrag van bijna 30 miljoen geïnvesteerd in nieuwe
windparken.
Credit rating
In juli 2005 heeft Standard & Poors de corporate credit rating en de
rating van de obligatielening met een notch verlaagd naar A. Deze
aanpassing van de rating kwam na het overnemen van Nuon van het
afnamecontract met InterGen voor de elektriciteitsproductie van de
Rijnmond Energie centrale. De rating heeft reeds sinds april 2004 als
vooruitzicht negative vanwege de door de minister van Economische
Zaken aangekondigde splitsing van de energiebedrijven.
Splitsing van energiebedrijven
Momenteel is het wetsvoorstel van de minister van Economische Zaken om
de huidige energiedistributiebedrijven te splitsen in een
distributiebedrijf en een leveringsbedrijf in behandeling bij de
Tweede Kamer. Ook al lijkt een meerderheid van de Tweede Kamer voor
het wetsvoorstel, de nadere financiële analyses waarom de Tweede Kamer
heeft gevraagd kunnen alsnog duidelijk maken dat de voorgenomen
splitsing gepaard zal kunnen gaan met zeer hoge kosten. ENECOs
standpunt is en blijft dat splitsing onnodig en onverstandig is, ook
in Europees perspectief.
Leveringszekerheid
De levering van elektriciteit via de netten van ENECO was in 2005 weer
zeer betrouwbaar. Het grootste gedeelte van de elektriciteitsstoringen
werd ook in het afgelopen jaar veroorzaakt door graafwerkzaamheden. In
2005 hebben zich helaas twee grote storingen voorgedaan. Op 14 juli
2005 vond een grote elektriciteitsstoring plaats in het Rotterdamse
havengebied en op 24 december 2005 was er een grote lekkage in de
stadsverwarming in het centrum van Rotterdam. Het aantal
storingsminuten voor elektriciteit (gemiddeld aantal minuten per
klant) over de afgelopen drie jaar was als volgt:
ENECO Energie-netten 2005 2004 2003
Laagspanning 2,2 3,6 3,8
Middenspanning 14,7 18,4 17,8
Hoogspanning 4,2 0,1 0,6
Totaal ENECO 21,1 22,1 22,2
Totaal Landelijk 27,0 24,0 30,0
Verwachtingen
Het jaar 2006 zal in het teken staan van de mogelijke splitsing van de
energiebedrijven. Op dit moment bestaat er grote onzekerheid over de
uitkomst van het kamerdebat en eventuele wetgeving. Door deze
onzekerheid is het geven van een resultaatsverwachting over 2006 niet
mogelijk.
ENECO zal zich sterk blijven maken voor een krachtige energiesector in
Nederland en wil daar een belangrijke rol in spelen. Dit is ook in het
belang van alle stakeholders, waaronder de klanten, de aandeelhouders
en de medewerkers.
Jaarresultaten
Als bijlage bij dit persbericht zijn verkorte overzichten gegeven van
de balans, resultatenrekening, kasstroomoverzicht en eigen vermogen.
Met ingang van 1 januari 2005 stelt ENECO de cijfers op basis van IFRS
op. De vergelijkende cijfers over 2004 zijn daar op aangepast. De
belangrijkste effecten van IFRS zijn een toename van het eigen
vermogen per 31 december 2004 van 450 miljoen en een 17 miljoen hoger
nettoresultaat over 2004 dan onder de vorige waarderingsprincipes.
Daarnaast heeft IFRS als gevolg dat handelsposities op de balans
worden opgenomen, waardoor in 2005 een aanzienlijke balansverlenging
heeft plaatsgevonden.