RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
NL
C/06/79
Brussel, 14 maart 2006
7320/06 (Presse 79)
(OR. en)
De Raad maant Duitsland aan uiterlijk in 2007 een einde te maken aan
zijn buitensporig tekort
De Raad heeft heden overeenkomstig artikel 104, lid 9, van het Verdrag
een besluit aangenomen, waarin Duitsland wordt aangemaand zijn
overheidstekort zo spoedig mogelijk en uiterlijk in 2007 onder de in
het EU-Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3% van het bruto
binnenlands product (BBP) te brengen.
Op grond van voorlopige gegevens die Duitsland op 24 februari heeft
verstrekt, bedroeg het tekort van Duitsland volgens de Commissie in
2005 3,3% van het BBP.
Op 22 februari heeft de Duitse regering een ontwerp van federale
begroting voor 2006 aangenomen, alsmede een wetsontwerp dat ertoe
strekt het normale BTW-tarief per 1 januari 2007 van 16% naar 19% op
te trekken. In het licht hiervan verwacht de Commissie dat het Duitse
tekort in 2006 nog iets meer dan 3% van het BBP zal bedragen, maar in
2007 duidelijk onder de referentiewaarde zal dalen.
In het besluit van de Raad wordt bepaald dat Duitsland uiterlijk op 14
juli, en vervolgens op vier latere tijdstippen bij de Commissie
verslag moet uitbrengen over de maatregelen die genomen zijn om het
tekort te corrigeren. Duitsland moet tevens zorgen voor een
cumulatieve verbetering van zijn structurele saldo van ten minste 1%
van het BBP in 2006 en 2007, alsmede voor een jaarlijkse vermindering
van zijn structureel tekort van ten minste 0,5% nadat het buitensporig
tekort is gecorrigeerd.
De buitensporigtekortprocedure van de EU met betrekking tot Duitsland
werd ingeleid in januari 2003, toen de Raad een besluit krachtens
artikel 104, lid 6, inzake het bestaan van een buitensporig tekort
heeft aangenomen, alsmede een aanbeveling overeenkomstig artikel 104,
lid 7, inzake maatregelen om dit te verhelpen.
---
Het besluit werd genomen door de Raad Economische en Financiële
Zaken.
European Union