Nederlandse Vereniging van Banken

NVB bepleit ruimere raadpleging Burgerservicenummers door banken

In de loop van 2006 wordt het burgerservicenummer (BSN) ingevoerd. Het burgerservicenummer is gelijk aan het Sofi-nummer, maar heeft een ander bereik en kent andere regels waar het nummer voor gebruikt mag worden. De banken krijgen toegang tot de gegevens, maar naar de mening van de NVB is dit te beperkt.

Banken zijn verplicht cliënten te identificeren en hun gegevens in de bankadministratie vast te leggen. Met behulp van het online BSN-stelsel kunnen de banken straks het BSN en de geldigheid van identiteitsdocumenten verifiëren. De NVB vindt dit te beperkt. Bij de uitvoering van taken van publiek of maatschappelijk belang doet de overheid immers steeds meer een beroep op de bancaire sector. Zo zijn er na 9/11 vergaande maatregelen getroffen om terrorismefinanciering, het wit-wassen van gelden en ander misbruik van het financiële stelsel te voorkomen. Gelet op de wettelijke taken die de banken nu en in de toekomst moeten uitvoeren, heeft de NVB aan de Minister van Financiën gevraagd aanvullende wetgeving te bevorderen die het mogelijk maakt dat de banken ruimere toegang krijgen tot de raadpleegfuncties van het BSN-stelsel dan vanaf invoering wettelijk gezien mogelijk is. Naar verwachting doet de Minister van Financiën in het voorjaar een voorstel aan de Tweede Kamer.

Download position paper 'Banken en Burgerservicenummer (BSN)' (zie onderaan)


1/6 (position paper bsn.
doc)

1 september 2005

Position paper: Banken en Burgerservicenummer (BSN) Kernpunten .

Bij de uitvoering van taken van publiek of maatschappelijk belang doet de overheid steeds meer een beroep op de bancaire sector.
. Na 9/11 zijn er vergaande maatregelen getroffen om terrorismefinanciering, het wit-wassen van gelden en ander misbruik van het financiële stelsel te voorkomen (Aan-bevelingen Financial Action Task Force, 2e en 3e Anti Money Laundering Richtlijn). . Banken zijn de poortwachters van het financiële stelsel. Zij zijn verplicht cliënten te identificeren en hun gegevens in de bankadministratie vast te leggen. Bovendien komen er steeds meer voorschriften die de banken verplichten cliëntgegevens aan de overheid door te geven (Customer Due Diligence, WID, Wet MOT, AWR, WIB, Sanctiewet etc.).
. De 3e Anti Money Laundering richtlijn zal de banken binnenkort verplichten in bepaalde gevallen de identiteit die de cliënt opgeeft te verifiëren. . Er komt een Europese verordening ter uitvoering van FATF Special Recommenda-tion VII met de verplichting naam, adres en rekeningnummer van de betaler mee te sturen met een betaalopdracht. Het adres kan volgens de verordening worden ver-vangen door een nationaal identiteitsnummer.
. Op 1 januari 2006 wordt het Burgerservicenummer (BSN) ingevoerd. De mogelijkheid ontstaat om online het opgegeven BSN te verifiëren en bijbehorende NAW-gegevens, geboortedatum en geboorteplaats (zg. 'raadpleeg-functies') elektronisch te importeren (hierna: 'ruimere' toegang). Banken zullen echter op basis van het wetsvoorstel via het online BSN-stelsel uitsluitend het BSN en de geldigheid van identiteitsdocumenten kunnen verifiëren bij het aangaan van een relatie. Daardoor biedt het BSN-stelsel zonder aanvullende wetgeving geen meerwaarde voor de banken.
Het NVB-voorstel

1 'Ruimere' toegang van de banken tot het BSN-stelsel maakt een efficiëntere en betere verificatie van identiteits- en legitimatiegegevens van de cliënt en vastlegging daarvan in de cliëntenadministratie mogelijk.

2 Gebruik van het unieke BSN als ordenend instrument in de cliëntenadministratie verlaagt de kans op fraude en verhoogt de efficiëncy binnen de banken. Identiteitsfraude kan beter bestreden worden. Dezelfde cliënt kan immers niet meer onder verschillende namen geregistreerd staan. Door bestandsvergelijkingen op basis van het BSN kunnen adreswijzigingen periodiek en geautomatiseerd worden verwerkt zodat de cliëntregistratie bij banken (nagenoeg) gelijk kan blijven lopen met die bij de overheid.
Maatschappelijk voordelen

1 De kwaliteit van de cliëntregistratie bij banken komt op het zelfde niveau als dat van de overheid.

2 bevragingen door overheidsinstanties kunnen efficiënter worden afgehandeld.
3 banken kunnen fraude, witwassen en terrorismefinanciering efficiënter en effectiever bestrijden.

4 banken kunnen (na ontdubbeling en met aktuele adresgegevens) alle cliënten bij probleemsituaties tijdig benaderen.

5 banken zullen minder schade lijden door minder oninbare vorderingen van onvindbaar gebleven cliënten.

6 een aanzienlijke reductie van administratieve lasten van de banken kan worden gerealiseerd als door A en B het bewaren van het 'kopie paspoort' ex art. 52a AWR kan komen te vervallen..2/6 (position paper bsn. doc)
1 Inleiding
Per 1 januari 2006 wordt het Burgerservicenummer (BSN) geïntroduceerd. Hiermee sluit de overheid aan bij de tendens in diverse Europese lidstaten om sectorgebonden persoonsnummers te vervangen door generieke persoonsnummers. Het BSN is een uniek nummer dat gelijk is aan het sofi-nummer. In eerste instantie is het BSN bedoeld voor gebruik door overheidsorganen bij het verwerken van persoons-gegevens bij de uitvoering van hun publiekrechtelijke taak. In tweede instantie worden ook niet-overheidsorganisaties, zoals banken, als gebruikers toegelaten, indien en voor zover het gebruik van de aan het BSN gekoppelde identiteitsgegevens voor hen wettelijk is geregeld.
Voor niet-overheidsorganisaties voorziet de BSN-wetgeving op dit moment slechts in een zeer beperkte verificatietoets van het BSN. Bij het intoetsen van het BSN of het nummer van het identiteitsdocument wordt alleen 'geldig' of 'niet-geldig' teruggemeld (zie vragen 1 en 2 van *bijlage 1). De geldigheidstoets voor Nederlandse reis- en identiteitsdocumenten en nog meer verificatiefuncties bestaan al voor banken via het VIS-systeem (zie pagina 3).
Via toegang tot het BSN-stelsel zouden banken, mits daartoe geautoriseerd, online het door de cliënt opgegeven BSN kunnen verifiëren en de aan een BSN gekoppelde NAW-gegevens, geboortedatum en geboorteplaats (hierna: de 'raadpleegfuncties') elektronisch kunnen importeren. Zie vragen 3 tot en met 5 van bijlage 1 voor de mogelijkheden van een ruimere BSN-toets voor banken. Tot op heden wordt echter nog slechts overwogen niet-overheidssectoren als de zorg, het onderwijs en een aantal uitkeringsinstanties op het BSN-stelsel aan te sluiten.
2 Positie financiële instellingen: poortwachter van het financiële stelsel Banken hebben een bijzondere positie vanwege bestaande en toekomstige wettelijke verplichtingen c.q. door de overheid opgelegde taken. Zij hebben een sleutelpositie bij de toegang tot het financiële stelsel: zij vervullen de rol van poortwachter. Nu de 3e Anti Money Laundering Richtlijn (AML) is aangenomen zullen deze verplich-tingen verder toenemen. Deze richtlijn bevat vergaande maatregelen om terrorismefi-nanciering, witwassen van gelden en ander misbruik van het financiële stelsel tegen te gaan. Om deze belangrijke doelstellingen ook daadwerkelijk te kunnen realiseren zul-len de banken nadere maatregelen - waaronder het uitvoeren van Customer Due Diligence onderzoek - moeten treffen. Een belangrijke wijziging ten opzichte van de huidige situatie is, dat banken in bepaalde gevallen niet alleen de identiteit van de cliënt zullen moeten vaststellen, maar ook verifiëren (verificatieplicht). Ook moeten banken in bepaalde situaties de identiteit achterhalen van de uiteindelijke begunstigde van een rechtspersoon dan wel degenen die daar de uiteindelijke zeggenschap over hebben.
Bovendien heeft de Europese Commissie onlangs een Verordening voorgesteld ter uit-voering van FATF Special Recommendation VII (SR VII). Het voorstel voorziet in een verplichting om met betalingsopdrachten volledige informatie over de betalende partij mee te sturen, bestaande uit naam, adres en rekeningnummer. Volgens artikel 4 kan het adres vervangen worden door geboortedatum en geboorteplaats van de betaler, zijn klantidentificatienummer of zijn nationale identiteitsnummer. Op banken rust nu al de plicht om cliëntgegevens op basis van de door de cliënt zelf aangeleverde gegevens correct vast te leggen (identificatieplicht). Deze verplichting vloeit onder meer voort uit de Wet identificatie bij dienstverlening, de Wet melding ongebruikelijke transacties en de Wet bescherming persoonsgegevens. Daarnaast schakelt de overheid banken veelvuldig in voor allerlei maatschappelijke taken, waaronder renseignering (Algemene Wet Rijksbelastingen), verstrekking van informatie/stukken bij controle door de belastingdienst of de FIOD en uitlevering van stukken aan Justitie of Inlichtingendiensten bij opsporing van strafbare feiten.
* Zie bijlage(n).3/6 (position paper bsn.
doc)
Een kort overzicht van voor banken geldende regelgeving wordt in *bijlage 2 gegeven. Daarin is de uitbreiding als gevolg van de 3e AML en de FATF SR VII Verordening nog niet meegenomen.

3 BSN / online verificatie en vastlegging identiteits- en legitimatiegegevens De verplichte identiteitsvaststelling op grond van de Wid (en: AWR) bij opening van een rekening of aanbieding van een dienst biedt slechts een beperkte bescherming tegen identiteitsfraude, omdat er geen wettelijk geregelde verificatiemogelijkheden zijn. Nu de 3e AML verificatie in sommige gevallen verplicht stelt mag van de overheid verwacht worden dat zij - binnen haar mogelijkheden - ook de middelen aanreikt om die verificatie zo correct en efficiënt mogelijk te kunnen verrichten. De nu vigerende toetsen zijn (via de beveiligde BKR-infrastructuur): . BKR-toets (wettelijke plicht op basis van de Wet consumentenkrediet/Wet financiële dienstverlening);
.
EVA-toets (vrijwillige check in het gezamenlijke fraudepreventiesysteem van de banken en financieringsmaatschappijen, waarin fraude-incidenten zijn opgenomen); . VIS-toets (vrijwillige toets in het verificatie informatiesysteem, waarin de unieke nummers van gestolen, vermiste of ongeldig verklaarde identiteitsdocumenten zijn opgenomen). 1) 2)
Daarnaast passen banken veelal nog een onafhankelijke naam- en adresverificatie toe (bijvoorbeeld door een kopie te vragen van een recente nota van het energiebedrijf), teneinde meer zekerheid te verkrijgen dat degene die toegang wenst te verkrijgen tot het financiële stelsel daadwerkelijk degene is die hij zegt te zijn en dat het opgegeven adres zijn aktuele woonadres is. Deze extra naam- en adresverificatie geschiedt handmatig en is dus duur 3) .
Het belang voor de banken van een juiste identiteits- en adresverificatie is evident. Banken willen niet dat hun systemen worden misbruikt en zonder juiste identiteit en adres van de klant wordt het (met name in geval van fraude) erg moeilijk uitgeleende gelden te kunnen terugvorderen.
Van banken wordt een adequate uitvoering van wettelijke voorschriften geeist. Een 'ruimere' toegang tot het BSN-stelsel biedt de mogelijkheid de cliënten-admini-stratie van banken op gelijk niveau te brengen en te houden als dat van de overheid. Online verificatie van het door de cliënt verstrekte BSN 4) gevolgd door een aanleve-ring van de 'raadpleegfuncties' op een scherm biedt de mogelijkheid met al deze ge-gevens de identiteit van de cliënt te checken en vervolgens deze gegevens ook elek-tronisch te importeren in de bankadministratie (typefouten behoren dan tot het verleden en de registratie is dan identiek aan die in het BSN-stelsel). De BSN-toets zou een geautomatiseerde toets naast de BKR-, EVA- en VIS-toets kun-nen worden met een responstijd van enkele seconden. Het BKR, dat de bestaande
1 ) VIS bevat door de KLPD aangeleverde nummers van ongeldige blanco en op naam gestelde Nederlandse paspoorten, Europese identiteitskaarten, vreemdelingendocumenten, geprivilegieerde documenten, visa, politielegitimatiebewijzen en de nummers van blanco gestolen Nederlandse rijbewijzen alsmede van ongeldige buitenlandse paspoorten, identiteitsbewijzen, rijbewijzen en visa, voorzover deze gegevens door het buitenland aan het KLPD zijn aangeleverd. 2 ) Via VIS of BSN komt men overigens (nog) niet te weten of iemand een identiteitsbewijs toont dat ook daadwerkelijk aan die persoon is afgegeven. Een vermist paspoort staat er NIET in zolang het nog niet formeel als vermist is opgegeven. Dat is niet het moment van opgave van vermissing bij de politie, maar het moment van aanvraag bij de gemeente van een vervangend identiteitsdocument. 3 ) Gobaal geschat gaat het om 1,5 miljoen nieuwe cliënten per jaar. 4 ) Te denken is aan een elektronische scan van het identiteitsdocument..4/6 (position paper bsn. doc)
infrastructuur voor de BKR-, EVA- en VIS-toets beheert, zou een rol kunnen gaan spe-len als beveiligd distributiepunt / SBV (Sector Berichten Voorziening). De kwaliteit en efficiëncy van het identificatie- en registratieproces zal door een 'ruime-re' toegang aanzienlijk toenemen. De online controle op identiteits- en legitimatiegege-vens bij het afnemen van bancaire diensten zal het risico op identiteitsfraude beperken en zal bovendien - in het kader van terrorismebestrijding - een belangrijke (niet te mis-sen) schakel zijn in het herkennen van voorbereidingshandelingen.
4 BSN als intern ordeningsinstrument in de administratie Bij de administratie van een financiële instelling is van belang dat . dezelfde persoon niet onder verschillende namen wordt geregistreerd; . de tenaamstellingen correct zijn en
. er op efficiënte wijze bevragingen kunnen worden gepleegd. Voor het ordenen van de administratie is een uniek nummer per persoon nodig. De banken hebben daarvoor hun eigen cliëntregistratiesystemen 5) . Banken zijn verplicht het sofi-nummer op te nemen in hun bankadministratie, maar dat nummer mag nu echter uitsluitend worden gebruikt voor renseignering aan de fiscus 6) . Het gebruik van het BSN als ordeningsinstrument voor de bankadministratie zal de betrouwbaarheid daarvan zeer ten goede komen:
. Ontdubbeling van eenzelfde cliënt met meerdere naamregistraties en cliëntnummers beperkt de mogelijkheid voor de cliënt om onder verschillende namen een (te) hoge schuld op te bouwen en levert bovendien voor de banken een kostenvoordeel op bij het verzenden van overzichten en mailings.
. Cliënten met dezelfde naam en initialen op hetzelfde adres kunnen met behulp van het BSN onderscheiden worden.
. Periodieke bestandsvergelijking wordt mogelijk indien de SBV bestanden op datum x en op datum x+y gaat vergelijken en daaruit geheel geautomatiseerd per BSN de adreswijzigingen in die periode aan de banken kan aanleveren. De eenmalig geverifieerde en door de bank opgeslagen gegevens kunnen zo, zonder afhankelijkheid van de cliënt zelf, op efficiënte wijze geactualiseerd worden zodat de registraties van overheid en banken gelijk blijven lopen 7) . Banken hebben zeer regelmatig adresgegevens nodig voor allerlei doeleinden. Zij heb-ben zich contractueel verplicht de cliënt zo goed mogelijk van dienst te zijn. Dat lukt niet wanneer het NAW-bestand niet in orde is. Veel mensen verzuimen de bank een verhuisbericht te sturen wanneer zij verhuizen. Meestal is dat een kwestie van nalatig-heid. Soms is er sprake van onvermogen en soms opzet. Wanneer rekeningoverzich-ten niet langer aankomen kan een cliënt het overzicht over zijn financiële situatie ver-liezen. Ook de afwikkeling van andere contractuele verplichtingen, bijvoorbeeld de toe-zending van bescheiden, kan nadelige gevolgen ondervinden van een verouderde re-gistratie. Wanneer een verzekering tot uitkering komt kunnen de begunstigde of zijn erfgenamen niet meer worden achterhaald. Betalingsachterstanden kunnen niet meer aan de cliënt worden doorgegeven. In geval van juridische verwikkelingen met een cliënt moeten banken al snel hoge buitengerechtelijke en gerechtelijke incassokosten maken. Minnelijke schikkingen zijn niet meer mogelijk. Aanmaningen noch ingebrek-stellingen komen op het juiste adres aan.
Regelmatig worden vorderingen op onvindbare cliënten afgeboekt omdat de opspo-ringskosten niet opwegen tegen de baten. Wordt de cliënt eindelijk toch gevonden, dan zullen alle gemaakte incassokosten op hem worden verhaald.
5 ) Door fusies in het verleden kunnen binnen een concern meerdere cliëntregistratiesystemen operationeel zijn. 6 ) Het gebruik van dit nummer is op grond van artikel 24 Wbp gereguleerd in het Besluit gebruik sofi-nummer Wbp. 7 ) Gobaal geschat gaat het om 1,5 miljoen verhuizingen per jaar..5/6 (position paper bsn. doc) Banken hebben een belang bij het juiste actuele adres van hun cliënten. Zij zullen min-der schade lijden door minder oninbare vorderingen op onvindbaar gebleven cliënten. Ook de overheid is gebaat met de registratie van cliënten door banken die volledig overeenkomt met de cliëntregistratie van de overheid. De techniek van het informatie-verstrekken aan de fiscus met het sofi-nummer kan/zal immers uitgebreid worden tot alle overheidsinstellingen die bij de uitvoering van hun wettelijke taak informatie van de banken nodig hebben. De verhoogde kwaliteit van de cliëntregistratie van banken garandeert dat overheidsinstellingen de aangeleverde informatie snel en nauwkeurig 8) kunnen verwerken.
5 Reductie van administratieve lasten
Naast eerder besproken kwalitatieve overwegingen die pleiten voor toegang tot het BSN-stelsel ziet de NVB een aanvullende mogelijkheid tot reductie van administratieve lasten voor de banken.
Een aanzienlijke besparing kan worden bereikt indien de verplichting van art 52a AWR sub c (bewaren kopie paspoort) achterwege zou kunnen blijven voor cliënten die volle-dig geïdentificeerd zijn op basis van de gegevens uit het BSN-stelsel. Het aanhouden van en onderhouden van een (digitaal) bestand van kopieën van identiteitsbewijzen is een kostbare aangelegenheid, waarvan het nut voor de belastingdienst betrekkelijk is. Internationaal (3e AML) wordt volstaan met het noteren van het soort identiteitsbewijs en het opslaan van het desbetreffende nummer. Vanuit fiscale optiek lijkt de aan banken opgelegde inspanning hier disproportioneel hoog en niet meer noodzakelijk als de cliëntregistratie bij de banken geheel in lijn loopt met die van de overheid.
6 Privacy
De NVB hecht groot belang aan de vertrouwelijke omgang met persoonsgegevens en naleving van de privacy-regels. Zonder het vertrouwen van hun klanten kunnen banken immers niet functioneren.
De NVB heeft in 2003 samen met het Verbond van Verzekeraars als één der eerste branche-organisaties een privacycode vastgesteld waarin de algemene regels van de Wet bescherming persoonsgegevens voor de financiële sector werden geconcreti-seerd. De code kan beschouwd worden als een verlengstuk van de Wbp. Zij werd goedgekeurd door het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP), dat ook toeziet op de naleving daarvan.
Het CBP heeft al enige jaren geleden te kennen gegeven dat men het belang van banken onderkent om over actuele NAW-gegevens te kunnen beschikken. Destijds ging het om gegevens uit de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA). Dit standpunt is onlangs nogmaals bevestigd in een advies van het CBP d.d. 8 juni 2005 9) terzake van het voorstel tot wijziging van de Wet GBA.
De privacygevoeligheid van de gegevens die de banken via de toegang tot het BSN-stelsel willen verifiëren en zonodig aanpassen is betrekkelijk. De cliënt heeft de gege-vens al verstrekt of moet ze nog verstrekken op basis van de contractuele relatie met 8 ) De belastingdienst heeft in recent overleg aangegeven dat gemiddeld 7% van de aangeleverde renseigneringsbestanden niet voorzien zijn van een sofi-nummer en tenaamstelling die voor 100% aansluit bij de identificerende gegevens van de belastingdienst. 9 ) Eind jaren negentig hebben de banken en het CBP overleg gevoerd over de vraag onder welke voorwaarden de banken toegang tot de GBA zouden kunnen verkrijgen. In dat kader werd een principe-akkoord bereikt over een specifieke Gedragscode Bevraging GBA door Financiële Instellingen. Vanwege een verdere beperking van de toegang tot de GBA werd de code nimmer ingevoerd..6/6 (position paper bsn. doc) de bank. De algemene voorwaarden van de banken verplichten de cliënt immers om wijzigingen aan de bank door te geven.
Het spreekt voor zich dat toegang tot de raadpleegfunctie van het BSN-stelsel omge-ven moet zijn met waarborgen tegen oneigenlijk gebruik. Met systemen die een derge-lijke geclausuleerde toegang tot gevoelige informatie verzekeren heeft de banksector reeds ruime ervaring. Vanuit privacyoverwegingen lijken, naar het oordeel van de banken, mits met deugdelijke waarborgen omkleed, er dan ook geen belemmeringen te bestaan om voor banken een 'ruimere' toegang te creëren tot de raadpleegfuncties van het BSN-stelsel.
Ten slotte zij opgemerkt, dat in Nederland de toegang tot een basisadministratie als de GBA op dit moment beperkt is tot slechts een klein aantal partijen. In andere Europese landen is de mogelijkheid van toegang tot dit soort gegevens aanmerkelijk ruimer. Zo zijn in Denemarken, Finland en Frankrijk de bevolkingsregisters voor iedereen toegan-kelijk en in Zweden en het UK hebben crediteuren toegang tot adresgegevens. Terwijl in Nederland privacybescherming wordt aangevoerd als reden voor een zeer beperkte toegang zijn sommige andere Europese landen aanmerkelijk liberaler, terwijl die lan-den toch dezelfde Europese privacyrichtlijn 10) hebben geïmplementeerd. Voor een overzicht van de situatie in andere Europese landen 11) verwijzen wij naar *bijlage 3.
7 Verzoek aan de Minister van Financiën
Gelet op de wettelijke taken die de banken nu en in de toekomst moeten uitvoeren en de te bereiken maatschappelijke voordelen is een 'ruimere' toegang tot de raadpleeg-functies van het BSN-stelsel in combinatie met het BSN als ordeningsinstrument bij-zonder wenselijk. Ook lijkt vervolgens een vermindering van de administratieve lasten door het afschaffen van het bewaren van het "kopie paspoort" van artikel 52a AWR bereikbaar.
De NVB verzoekt de Minister van Financiën dan ook via aanvullende wetgeving te bevorderen dat banken een 'ruimere' toegang tot de 'raadpleegfuncties' van het BSN-stelsel krijgen dan nu op basis van de beoogde BSN-wetgeving mogelijk zal zijn en dat de banken tevens het BSN als intern ordeningsinstrument in de cliëntenadministratie kunnen gaan gebruiken.
10 ) Toegang tot het BSN en gerelateerde gegevens voor instellingen als banken is toegestaan binnen de ruimte die de Europese privacyrichtlijn 95/46/EG (hierna: RL) biedt. Artikel 5 RL geeft aan dat de overheid een eigen beleidsruimte heeft. Artikel 6 lid
1 sub b RL laat ook gebruik buiten de primaire verzameldoelstelling toe (principe van verenigbaar gebruik). Alle door de banken beoogde verwerkingen vinden hun rechtvaardiging in de artikelen 7(c) en 7f) RL. Artikel 14 lid 1 RL geeft een flankerende waarborg ten aanzien van verwerkingen gebaseerd op art. 7f RL. Artikel 8 lid 7 RL voorziet ten slotte in de mogelijkheid van het verder gebruik van nationale identificatienummers onder nader te stellen voorwaarden. Daarnaast biedt artikel 13 lid
1 sub d, e en f RL ruimte voor afwijkingen. 11 ) Bron: http://www.ipr.uni-heidelberg.de/studie/index.htm