College van Beroep voor het bedrijfsleven
Ontslag belastingambtenaar wegens het zich niet houden aan regels met
betrekking tot het verrichten van nevenwerkzaamheden
Strafontslag van een belastingambtenaar, omdat bij zich niet heeft
gehouden aan de regels met betrekking tot het verrichten van
nevenwerkzaamheden. Betrokkene heeft aangiftebiljetten voor de
inkomstenbelasting voor derden ingevuld. Hiermee is vast komen staan
dat betrokkene in strijd heeft gehandeld met het in artikel 61, derde
lid, van het ARAR neergelegde verbod, zoals nader uitgewerkt in het
Reglement Personeelsvoorschriften Belastingdienst (RPVB). In hoger
beroep wordt door betrokkene aangevoerd dat hij zijn
nevenwerkzaamheden heeft verricht ten behoeve van kennissen en
vrienden die zelf niet in staat waren hun aangifte te doen. Hiermee
doet betrokkene een beroep op een uitzondering op het verbod tot het
verrichten van nevenwerkzaamheden. Een ruime uitleg van het begrip
"niet in staat zijn" ligt, anders dan door betrokkene betoogd, niet in
de rede aangezien het nu juist een uitzondering op een verbond
betreft. Omdat betrokkene zijn stelling echter eerst in een zeer laat
stadium van de procedure naar voren heeft gebracht, terwijl hij dit
veel eerder had kunnen doen, laat de Raad deze stelling verder voor
wat zij is.
LJ Nummer
AV0492
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 13 maart 2006 Naar boven