Ingezonden persbericht


Gezamenlijk persbericht

\

Delft/Den Haag, 10 maart 2006

Overheden en DSM bereiden gezamenlijk rechtsgang voor

Rechter gevraagd om uitspraak in verschil van inzicht grondwateronttrekking

De provincie Zuid-Holland, Gemeente Delft en het Hoogheemraadschap van Delfland en DSM Gist hebben vandaag de rechter gevraagd om een oordeel in een principieel verschil van inzicht over de grondwateronttrekking door DSM Gist in Delft. De vier partijen hebben in goed overleg afgesproken dit vraagstuk voor te leggen aan de rechter, met het doel een onafhankelijke uitspraak te krijgen. Tevens is in de overeenkomst die de partijen hiertoe vandaag ondertekenden, afgesproken dat DSM Gist in deze procedure als eisende partij optreedt, en de overheden als (gezamenlijke) gedaagde. Inhoudelijk willen alle partijen een antwoord op precies dezelfde vraag, vandaar de gezamenlijke voorbereiding.

De overheden en DSM willen van de civiele rechter een principiële uitspraak over de vraag of en zo ja, welke termijn redelijk is om DSM op eigen kosten het grondwater te laten oppompen ten behoeve van het waterpeilbeheer in de regio. In het bestuurlijk overleg tussen de provincie Zuid-Holland, het Hoogheemraadschap van Delfland, de gemeente Delft en DSM Gist is vastgesteld dat er geen overeenstemming is te bereiken over de opzegtermijn voor de onttrekking van grondwater door DSM Gist.

Alle partijen zijn gebaat bij een eenduidige en spoedige uitspraak van de rechter. Op dit moment pompt DSM Gist het grondwater onverminderd op op het niveau van 1200 m3 per uur, volgens de geldende vergunning. Tot het moment dat er een uitspraak van de rechter ligt, wordt de bestaande grondwateronttrekking voortgezet. Na de uitspraak wordt duidelijk bij wie deze kosten definitief terechtkomen, en op dat moment vindt een definitieve verrekening van de feitelijke kosten en leges plaats.

Gemeenten die binnen de invloedsfeer van de grondwateronttrekking liggen zijn geinformeerd en worden in het proces betrokken.

De rechtszaak neemt naar verwachting minimaal een jaar in beslag. De uitspraak van de rechter zal richting geven aan verdere ontwikkelingen.