Voedsel en Waren Autoriteit

Spelen met dieren: aaien mag, handen wassen moet

02 maart 2006 - nieuwsbericht

Het is op de meeste kinder- en kampeerboerderijen goed gesteld met de hygiëne. Toch blijft het belangrijk de basisprincipes voor de hygiëne toe te passen: voeten vegen, handen wassen voor het eten en niets opeten dat op de grond heeft gelegen. De Voedsel en Waren Autoriteit controleert regelmatig of kinder- en kampeerboerderijen voldoende maatregelen treffen om de hygiëne op peil te houden. Ook moeten bezoekers voldoende geïnformeerd worden over de risico's van het omgaan met dieren.

Niet alleen vogels maar ook andere dieren op een boerderij dragen bacteriën, virussen of parasieten bij zich die bij mensen ziekten veroorzaken (Salmonella, Campylobacter, Escherichia coli,). Op kinder- en kampeerboerderijen is de kans op overdracht van ziekten extra aanwezig omdat er volop wordt geaaid en gespeeld met dieren, vooral door jonge kinderen.

Bij gezonde volwassenen beperken de ziekteverschijnselen zich meestal tot misselijkheid en diarree. Bij bepaalde groepen mensen, zoals kinderen en ouderen, kunnen de ziekteverschijnselen ernstiger zijn. Met name bepaalde varianten van Escherichia coli kunnen tot ernstige complicaties leiden. De ziekteverwekkers zitten meestal in de mest. Dieren die besmeurd zijn met uitwerpselen of urine, vormen een groter risico op besmetting dan schone dieren.

Samen met de Stichting Kinderboerderijen Nederland (SKBN) en de Vereniging Medewerkers Kinderboerderijen (VMK), heeft de VWA een hygiënecode opgesteld. Daarin staat onder anderen dat dit type boerderijen hygiënisch moet werken en hygiënevoorzieningen moet aanbrengen zoals borstels om de schoenen te vegen, een gelegenheid om handen te wassen en een afgescheiden ruimte om te eten. Ook moeten kinderboerderijen met behulp van een informatiebord de bezoekers attenderen op de risico's en de te nemen voorzorgsmaatregelen. Overwogen wordt om een dergelijke code ook voor de kampeerboerderijen op te stellen.

Bij ongeveer een kwart van de kinderboerderijen bleken in 2004 de hygiënevoorzieningen of het informatiebord niet naar wens. Bij veertig procent van de kampeerboerderijen waren de voorzieningen niet op orde. Bij volgende inspecties krijgen deze zaken extra aandacht. De VWA is er een groot voorstander van dat kinder- en kampeerboerderijen een eigen kwaliteitssysteem opzetten en dit door een onafhankelijke instantie laten controleren.