NMa ziet mogelijkheden voor zorgmakelaars
02-03-2006
Zorgmakelaars kunnen een belangrijke rol spelen in de onderhandelingen
tussen zorgaanbieders en verzekeraars. Dit blijkt uit de aanvulling
van de Richtsnoeren voor de zorgsector die de Nederlandse
Mededingingsautoriteit (NMa) heeft vastgesteld. Deze wijziging geeft
aan wat binnen de kaders van de Mededingingswet de mogelijkheden voor
zorgaanbieders zijn om met behulp van een zorgmakelaar te
onderhandelen.
Een zorgmakelaar treedt op als bemiddelaar tussen een zorgaanbieder,
zoals een huisarts of fysiotherapeut, en een zorgverzekeraar bij
contractonderhandelingen. De zorgmakelaar kan hiermee veel
administratief werk uit handen nemen van de zorgaanbieder. De
zorgmakelaar geeft advies en verleent bijstand aan de zorgaanbieder.
Deze werkzaamheden kunnen betrekking hebben op elk onderdeel van het
contract.
De nieuwe richtsnoeren geven aan de hand van concrete voorbeelden aan
wat wel en niet is toegestaan op grond van de Mededingingswet. Enkele
voorbeelden van wat is toegestaan:
* Vrije beroepsbeoefenaren binnen één onderneming, bijvoorbeeld een
maatschap, onderhandelen met behulp van één zorgmakelaar.
* Een groep concurrerende zorgaanbieders die onder de zogenoemde
bagatelgrens blijft, onderhandelt met behulp van één
zorgmakelaar. Maximaal acht concurrerende ondernemingen met een
gezamenlijke omzet van EUR 908.000 of minder, vallen onder de
bagatelgrens.
* Zorgaanbieders die actief zijn op afzonderlijke geografische of
productmarkten (bijvoorbeeld fysiotherapeuten en huisartsen),
onderhandelen met behulp van eenzelfde zorgmakelaar. Zij
onderhandelen door middel van deze zorgmakelaar collectief met de
zorgverzekeraars over tarieven en commerciële voorwaarden. Omdat
zij niet met elkaar concurreren, mogen zij samen onderhandelen via
dezelfde zorgmakelaar.
* Concurrerende zorgaanbieders onderhandelen met behulp van een
zorgmakelaar en voldoen aan in de richtsnoeren uitgewerkte
voorwaarden. Deze voorwaarden dienen te voorkomen dat het optreden
van de zorgmakelaar ertoe leidt dat tussen zorgaanbieders
concurrentiegevoelige informatie wordt uitgewisseld en afstemming
van gedrag kan plaatsvinden.
De wet verbiedt concurrentiebeperkende afspraken en gedragingen. De
inschakeling van een zorgmakelaar mag er bijvoorbeeld niet toe leiden
dat concurrentiegevoelige informatie tussen concurrerende
ondernemingen, die niet onder de bagatelgrens vallen, onderling wordt
uitgewisseld.
René Jansen, lid van de Raad van Bestuur van de NMa: Zorgmakelaars
kunnen zorgaanbieders veel administratieve rompslomp uit handen nemen.
Dat is een kwalitatief voordeel. Bovendien kunnen zorgaanbieders op
verschillende geografische en productmarkten de krachten bundelen via
de zorgmakelaar. Dat is eveneens een voordeel. Zo kunnen zij een
stevige onderhandelingspositie innemen richting zorgverzekeraars.
De NMa heeft zich bij de aanpassing van de richtsnoeren gebaseerd op
de huidige praktijk in Nederland. Ook heeft zij gekeken naar de
ervaringen van de Amerikaanse toezichthouder op de mededinging, de
Federal Trade Commission (FTC). De Verenigde Staten kennen in dit
kader de zgn. messenger.
De zorgsector is in 2006 een prioriteit van de NMa. De NMa zal ook in
de toekomst de markt blijven volgen en zonodig de richtsnoeren zorg
aanpassen op basis van ontwikkelingen in de praktijk.
Nederlandse mededingingsautoriteit (NMa)