NLR levert bijdrage aan ontwikkeling helikopter-vliegtuig
Nat. lucht- en ruimtevaartlab
Het Nationaal Lucht - en Ruimtevaartlaboratorium (NLR) heeft onlangs composiet-rotorbladen
ontwikkeld voor een nieuw type tiltrotor-vliegtuig, volgens het ERICA-concept. De
tiltrotor is een kruising tussen een helikopter en een vliegtuig. Het tiltrotor-principe
houdt in dat de rotor-as of propeller-as kan 'tilten' of kantelen van horizontaal (de
'vliegtuigmode') naar vertikaal (de 'helikoptermode') en weer terug. Het voordeel is dat
het vliegtuig kan starten, landen en stilhangen als een helikopter maar tegelijkertijd
hetzelfde vliegbereik en dezelfde vliegsnelheid heeft als een conventioneel vliegtuig.
Het nieuwe type, de ERICA is het antwoord van de Europese helikopterindustrie op de
Amerikaanse V22. Het verschil is dat bij de V22 alleen de motorgondel kantelt. Bij de
ERICA kantelt de buitenvleugel met de motorgondel mee tijdens de overgang van vliegtuig-
naar helikopterfase. Dat vermindert de weerstand en levert in vliegtuigmode
brandstofbesparing op. Daarnaast heeft de V22 drie grote bladen die de grond raken en de
ERICA vier kleinere die de grond niet raken. Om die reden kan de ERICA als een vliegtuig
landen en stijgen, terwijl de V22 alleen als helikopter het luchtruim kan kiezen.
Het NLR werkt in dit project samen met o.a. Agusta , Eurocopter, Westland, Onera en DLR.
Het NLR is betrokken bij verschillende deelprojecten, die gesubsidieerd worden door de
EU. Zo houdt het zich onder andere bezig met het ontwerpen, het maken en het testen van
de rotorbladen. Modellen van de rotorbladen zullen binnenkort in de
DNW-lagesnelheidswindtunnel getest worden op aerodynamische eigenschapen, belastingen en
geluid.
Amsterdam, 28 februari 2006