Productschap Margarine
28.02.2006
Quick scan: Stimulering biobrandstoffen loont de moeite
Biobrandstoffen van de 1e en de 2e generatie bieden verscheidene
partijen in Nederland de komende jaren belangrijke kansen. Een
stimuleringsbeleid is volgens een door Wageningen UR uitgevoerde quick
scan gerechtvaardigd.
De onderzoekers hebben de kansen bekeken van de
agroverwerkingsindustrie, de primaire sector, biobrandstofproducenten,
handel en op- en overslag en kennisinstellingen.
Grondstoffenleveranciers: agroverwerkingsindustrie
Er zijn belangrijke kansen voor de inzet van reststromen uit de
agroverwerkingsindustrie voor productie van biobrandstoffen in
Nederland, zowel op korte als middellange termijn, aldus de
onderzoekers. De ontwikkeling van 2e generatie biobrandstoffen zal de
kansen voor de agroverwerkingsindustrie verhogen, aangezien dan uit
bestaande reststromen een groter volume biobrandstoffen geproduceerd
kan worden en tevens een groter aantal reststromen geschikt wordt voor
biobrandstofproductie.
Grondstoffenleveranciers: primaire sector
De teelt van koolzaad, granen en eventuele andere gewassen voor de
productie van 1e generatie biobrandstoffen heeft in Nederland vooral
kans op bedrijven en percelen waarvoor weinig of geen hoogwaardige
alternatieven beschikbaar zijn. Het gaat dan om een beperkt areaal,
mogelijk om enkele tienduizenden hectares. Op de middellange termijn
zullen de kansen voor geteelde gewassen toenemen, door de ontwikkeling
van bioraffinageketens voor de gecombineerde productie van
hoogwaardige producten, bulkchemicaliën en energiedragers uit
gewassen. Bij de implementatie van 2e generatie biobrandstoffen is ook
een specifieke rol weggelegd voor de inzet van gras (inclusief
natuurgras) en houtige reststromen (bijv. stro) voor de productie van
bioethanol en Fischer-Tropsch-diesel uit lignocellulosehoudende
biomassa.
Biobrandstofproducenten
Kansen voor biobrandstofproducenten in Nederland liggen met name in
Zuid West Nederland (inclusief de haven van Rotterdam), door de
concentratie van grondstoffen, infrastructuur, en (petro-)chemische
industrie. Hiernaast liggen er kansen in andere gebieden waar een
concentratie van verwerkende industrie en de benodigde infrastructuur
aanwezig is, zoals b.v. Noord Nederland (Energy Valley). Overigens
vormt import mogelijk een bedreiging voor de binnenlandse productie
van biobrandstoffen. Naast het op grote schaal produceren van
biobrandstoffen liggen er ook kansen voor de primaire agrarische
sector voor kleinschalige biobrandstofproductie dicht bij de oorsprong
van de grondstof (niche markten). Voor biobrandstofproducenten is een
duidelijk meerjarig beleid noodzakelijk om investeerders voldoende
zekerheid te bieden, aldus het rapport.
Rest van de biobrandstofketen
Gezien de toenemende vraag naar biobrandstoffen bestaan er kansen voor
de grootschalige import van biobrandstoffen of grondstoffen /
halfproducten daarvoor zowel uit de EU als uit de rest van de wereld.
Hiervan profiteert vooral de handel en de grote havens met hun
infrastructuur voor op- en overslag. Ook de ontwikkeling van 2e
generatie biobrandstoffen zal verdere kansen bieden, aangezien er
hierdoor een grotere markt zal ontstaan voor biomassa, waarbij de
aanvoer, opslag en afvoer van biomassa nieuwe economische activiteit
zal bieden.
Kennisleveranciers
Kansen voor Nederlandse kennisinstellingen en -bedrijven liggen zowel
bij de verdere optimalisatie van 1e generatie biobrandstoffen, als ook
bij de ontwikkeling van de benodigde technologie voor het produceren
van 2e generatie biobrandstoffen. Ook kan de implementatie van
biobrandstoffen in Nederland een belangrijke schakel zijn bij de
verdere ontwikkeling van de biobased economy, b.v. door het op grotere
schaal beschikbaar maken van goedkope basischemicaliën (b.v. suikers).