Socialistische Partij
Agnes Kant presenteert jeugdplan voor eerlijke kansen
25-02-2006 * De SP heeft vandaag het jeugdplan `Alles Kids?'
gepresenteerd met voorstellen om achterstanden en ongelijkheid tegen
te gaan. Het vandaag gepubliceerde onderzoek `Kinderen in Tel' van
onder meer Jantje Beton dat de sociale situatie van kinderen per
gemeente in beeld brengt bevestigt de noodzaak van een integrale
aanpak.
Kant SP-Kamerlid Agnes Kant: "Kinderen die opgroeien in armoede en een
achterstandsituatie lopen een achterstand op in hun ontwikkeling en
gezondheid die ze nooit meer inhalen. De ongelijk kansen hebben dus
levenslange consequenties. Dat mogen we niet accepteren. In ons
jeugdplan staan voorstellen om alle kinderen een eerlijke start te
geven."
De kernpunten van `Alles Kids?'
- Armoedebestrijding gezinnen met kinderen
- Afschaffen jeugdminimumlonen
- Inkomensafhankelijke kinderbijslag
- Opvoedondersteuning in de wijken
- Vrijstelling sollicitatieplicht alleenstaande ouders
- Wettelijk zorgverlof ouders
- Kleinere klassen onderwijs
- Geen wachtlijsten speciaal onderwijs
- Maximering ouderbijdragen onderwijs
- Jeugdzorg in de wijk
- Schoolzwemmen in onderwijsprogramma
- Gratis sportstrippenkaart voor alle kinderen
- Minimaal 3 procent speelruimte per woonwijk
- Minister voor de Jeugd
In actie voor meer speelruimte
Alle Kids?
Armoede
In Nederland groeien 430.000 kinderen op in armoede. In alle gezinnen
waar kinderen opgroeien moet voldaan worden aan de basisvoorwaarden
voor een zo goed mogelijke gezondheid en ontwikkeling (psychisch,
sociaal en emotioneel) voor ieder kind. De hoogste tijd dus voor een
algemeen offensief tegen de armoede. Daarnaast moet er iets gedaan
worden aan de achterstelling van jongeren die op eigen benen gaan
staan. Er is geen enkele rechtvaardiging voor jeugdminimumlonen. Deze
moeten voor jongeren vanaf 18 jaar dan ook worden afgeschaft. En voor
kinderen onder de 18 verhoogd. Jongeren onder de 21 jaar moeten recht
krijgen op een volwaardige bijstandsuitkering. De kinderbijslag moet
inkomensafhankelijk worden.
Opvoeding en zorg
Zorgtaken en opvoeding moeten zowel in als buiten het gezin meer
worden gewaardeerd. Ouders moeten maximale ruimte krijgen voor hun
taak als opvoeder en daarbij kunnen rekenen op ondersteuning,
bijvoorbeeld door het opzetten van laagdrempelige bureaus in wijken en
dorpen waar zij altijd terecht kunnen met vragen over opvoeding. Ook
alleenstaande ouders moeten hun taak als opvoeder volwaardig op zich
kunnen nemen. Het verplichten tot betaalde arbeid is hiermee in
strijd, en de sollicitatieplicht voor alleenstaande ouders in de
bijstand moet daarom worden afgeschaft. Verder moeten er wettelijke
mogelijkheden komen tot zorgverlof en de wettelijke mogelijkheden voor
loopbaanonderbreking moeten worden uitgebreid. Bovendien moet het gaan
om betaald zorgverlof, zodat dit ook een reële optie wordt voor mensen
met lagere inkomens.
Onderwijs
De taak van het onderwijs moet zijn: kinderen, al zijn zij nog zo
ongelijk, gelijke kansen te bieden. Het onderwijs moet daarom de
ruimte krijgen om voldoende aandacht te geven aan alle kinderen en ze
die bagage mee te geven die voor goede kansen nodig is. Daartoe moet
het maximale aantal leerlingen per klas fors worden teruggebracht.
Bovendien moeten er voldoende faciliteiten zijn voor kinderen die
extra begeleiding nodig hebben. De wachtlijsten voor het speciale
onderwijs moeten worden opgelost. De feitelijke toegankelijkheid van
het onderwijs neemt als gevolg van ouderbijdragen af voor kinderen van
ouders met weinig geld. De ouderbijdragen moeten daarom worden
gemaximeerd.
Jeugdzorg
Reeds bij de geboorte blijken er verschillen in gezondheid tussen
rijke en arme kinderen. Deze sociaal-economische verschillen groeien
naarmate de kloof tussen rijk en arm groter wordt. De
jeugdgezondheidszorg kan de oorzaken van deze verschillen niet
wegnemen, maar moet wel in staat worden gesteld om bij kinderen die
qua gezondheid en ontwikkeling achterop dreigen te raken, deze
problemen en de achterliggende oorzaken tijdig te signaleren. De
uitgangspunten voor de jeugdzorg moeten zijn: vanuit één organisatie,
dichtbij het kind, zonder bureaucratie en wachtlijsten en zo vroeg
mogelijk. Zorg voor kinderen moet op kindafstand geboden worden.
Gewoon in de wijk. Bijvoorbeeld door aansluiting te zoeken bij de
consultatiebureaus. Ze zijn immers vanaf de periode na de geboorte al
bij het gezin betrokken. Het kind kan op deze manier goed gevolgd
worden en als dit nodig is kan er op tijd ingegrepen worden door
bijvoorbeeld het bieden van opvoedingsondersteuning. Nu komen kinderen
vaak pas bij de jeugdzorg terecht, als er problemen zijn, terwijl het
veel beter is om er vroeg bij te zijn en problemen te voorkomen.
Vanuit dat centrum in de wijk moet ook direct hulp en zorg geboden
kunnen worden als het nodig is.
Sport, cultuur en ontspanning
Voor de ontwikkeling en gezondheid van jongeren is het ook van belang
dat ze in aanraking komen met sport en cultuur, en dat er voldoende
mogelijkheden zijn voor spel en ontspanning. Via subsidiering en/of
eigen initiatieven moeten gemeenten ervoor zorgdragen dat er daarvoor
voldoende en betaalbare mogelijkheden zijn. Ook via het onderwijs
moeten jongeren meer in aanraking komen met sport en cultuur. Gratis
schoolzwemmen dient een wettelijk verplicht onderdeel in het
onderwijsprogramma te worden. Alle kinderen krijgen een
sportstrippenkaart zodat ze gratis met verschillende sport kennis
kunnen maken. Er moet een minimumnorm komen voor buitenspeelruimte.
Gemeenten moeten minimaal 3 procent van de ruimte per woonwijk
bestemmen voor buitenspelen.Voldoende speelruimte lijkt een
vanzelfsprekende zaak, maar is dat helaas niet. Te vaak verliezen
kinderen het van een parkeerplaats, winkelcentrum of woningbouw.
Kinderen zijn immers geen marktpartij waarmee rechtstreeks
onderhandeld moet worden. Buitenspelen heeft een positief effect op de
sociaal-emotionele, verstandelijke en motorische ontwikkeling van
kinderen. Maar het is ook goed voor het gezin, de leefbaarheid in de
buurt en op langere termijn voor de gezondheid. Maar bovenal: het is
gewoon leuk, kinderen hebben er recht op.
Permanente waakzaamheid
Wie niet investeert in de jeugd verkwanselt de toekomst. Daarom hoort
de toekomst van de Nederlandse jeugd permanent bovenaan op de
politieke agenda te staan. Om integraal jeugdbeleid te bevorderen,
moet er in de volgende kabinetsperiode een minister voor de
Jeugdzaken.