Radboud Universiteit Nijmegen
Prof. Eni Sabine Becker wil meer weten over cognitieve processen bij angst
Iedereen is wel eens bang. Angst is meestal een gezonde reactie op
dreigend gevaar. Het maakt ons alert. Er zijn ook mensen die bang zijn
als er geen gevaar dreigt. Ze zijn geneigd gewone situaties te
vermijden die ze met de angst in verband brengen. Als die vermijding
hun leven steeds meer gaat bepalen spreken we van een angststoornis.
Zo'n 20% van de vrouwen tussen de 19 en 25 jaar lijdt in meer of
mindere mate aan een angststoornis, meestal aan een sociale fobie.
Prof. dr. Eni Sabine Becker is hoogleraar klinische psychologie aan de
Radboud Universitet Nijmegen en doet experimenteel onderzoek naar
angststoornissen. Vrijdag 24 februari spreekt ze in haar oratie over
over cognitieve processen en angststoornissen. Welke cognitieve
processen veranderen als je angstig bent? Hoe sturen ze die angst? Of
hoe stuurt angst die processen? Eni Becker is op zoek naar een beter
begrip van cognitieve processen en angst.
Vooringenomenheid heeft grote invloed op angst
Met behulp van computerexperimenten en metingen van oogbewegingen
onderzoekt prof. Becker de invloed van cognitieve processen op angsten
en fobieën. Het gaat om de invloed van aandacht, herinnering
automatische associaties en interpretatie bij angst. En het gaat erom
hoe die processen juist door de angst veranderen.
Voor onderzoek naar de rol van automatische associaties bij angst
ontwikkelde Becker een computertaak voor studenten met en zonder angst
voor spinnen. Ze kregen plaatjes van spinnen en vlinders te zien, maar
zo snel, dat ze niet zeker waren of er een spin of een vlinder voorbij
kwam. Toch moesten ze aangeven welk dier ze hadden gezien. De mensen
met een spinnenfobie waren niet beter in het signaleren van spinnen
dan degenen zonder spinnenangst. Wel dachten mensen met een
spinnenfobie dat ze vaker een spin zagen waar er geen was. Dat
betekent niet dat er iets mis is met de manier waarop ze de stimuli
interpreteerden. Vooringenomen interpretatie zoals hier, heeft een
grote invloed op het bestaan van angst. Onderzoek naar deze processen
zal leiden tot een beter begrip van disfunctionele angst. En deze
kennis is van belang voor behandeling. Prof. Becker pleit dan ook voor
evidence-based pschychologische behandeling. De meeste
behandelingsmethoden zijn niet op onderzoek gebaseerd.
Hersenonderzoek
Onlangs is prof. Becker samen met het FC Donders Institute for
Cognitive Neuroimaging een onderzoek gestart naar aandachtsprocessen
in het brein. Daarbij is het de vraag of bij mensen met een sociale
fobie bij bepaalde taken een hersengebied wel of niet is geactiveerd.
Dat juist vrouwen zo gevoelig zijn voor fobieën heeft volgens prof.
Becker mogelijk te maken met hormonale schommelingen, opvoeding of
culturele achtergrond. Een andere verklaring is dat mannen hun angsten
wegdrinken. Ze gebruiken alcohol als medicijn tegen depressies. In
moslimlanden waar alcohol in de ban is, lijden veel mannen aan
depressies.
Prof. Eni Becker aanvaart met haar oratie het hoogleraarschap
Klinische psychologie. Eni Sabine Becker (1965) studeerde psychologie
aan de Philipps-University van Marburg, Duitsland en promoveerde cum
laude aan de universiteit van Marburg. Ze geeft leiding aan het
onderwijsprogramma in de klinische psychologie en levert daaraan
vernieuwende bijdragen.
Cogito ergo timeo? Cognitive processes in the origin, maintenance, and
treatment of anxiety disorders, oratie prof. Eni Sabine Becker, 24
februari Radboud Universiteit Nijmegen.