Ministerie van Financiën
Persbericht ministerraad
24 februari 2006
KABINET TEVREDEN OVER NALEVING CODE VOOR GOED BESTUUR
De ministerraad heeft op voorstel van minister Zalm van Financiën ingestemd
met toezending aan de Tweede Kamer van de kabinetsreactie op de rapportage
van de Commissie Frijns. In de brief stelt het kabinet tevreden te zijn
over de naleving van de corporate governance code. In ruim 80 procent van
de gevallen wordt de code onverkort nageleefd. In 8 procent van de gevallen
wordt uitgelegd waarom een bepaald element uit de code niet wordt gevolgd.
Het zogeheten 'pas toe of leg uit'-principe wordt daarmee in 88 procent van
de gevallen gevolgd. Voor een code die nog maar relatief kort in werking
is, is dat een hoge score. Wel zal de naleving naar 100 procent moeten.
In 2003 werd de Commissie Tabaksblat aangesteld die, door het opstellen van
een code voor 'goed bestuur', moest bijdragen aan herstel van vertrouwen in
het beursgenoteerde bedrijfsleven. In 2004 werd de code via het 'pas toe of
leg uit'-principe wettelijk verankerd. Een beursgenoteerde onderneming is
sindsdien verplicht zich te houden aan de bepalingen in de code of uit te
leggen waarom een bepaalde bepaling niet wordt gevolgd, zodat
aandeelhouders zich daar een oordeel over kunnen vormen. Om de naleving van
de code te volgen en te bewaken, werd de Commissie Tabaksblat opgevolgd
door de Commissie Frijns. Deze commissie zal jaarlijks rapporteren over die
voortgang.
Het kabinet kijkt uit naar de volgende rapportage van de Commissie Frijns
waarin onder meer wordt ingegaan op die elementen van de code die (al dan
niet beargumenteerd) op grote schaal niet worden gevolgd. Het door de
Commissie geconstateerde relatief lagere toepassingspercentage op het
terrein van beloningen is zorgelijk, vooral omdat beloningen in de private
en de (semi)-publieke sector maatschappelijk sterk in de belangstelling
staan. Het kabinet onderschrijft dan ook de aanbevelingen van de Commissie
op dit terrein, die met name als doel hebben de onderbouwing en
transparantie van beloningen te verbeteren.
Het kabinet ziet het rapport als een bevestiging dat de Commissie een
geschikt orgaan is om de naleving van de code te bevorderen. Het laat
vennootschappen en hun aandeelhouders de vrijheid om met de gewenste
flexibiliteit uitvoering te geven aan de code en tegelijkertijd vormen de
rapportages en aanbevelingen van de Commissie een juiste prikkel om te
bevorderen dat de code wordt nageleefd.
RVD, 24.02.2006
Ministerie van Algemene Zaken