24-2-2006
Het ministerie van VROM heeft circa 200 reacties ontvangen op het
concept aangepast deel 3 Planologische Kernbeslissing (pkb) Derde Nota
Waddenzee, de Strategische Milieubeoordeling en de passende
beoordeling. De inspraakprocedure heeft gelopen vanaf 12 januari en is
woensdag 22 februari afgesloten. Het concept pkb Derde Nota Waddenzee
bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee. In de pkb
benadrukt het kabinet de samenhang tussen de uitvoering van plannen,
projecten, activiteiten en de natuurlijke, landschappelijke en
cultuurhistorische waarden van het gebied.
Uit een eerste inventarisatie blijkt dat in de circa 200 zowel
mondelinge als schriftelijke reacties de hoofddoelstelling van het
waddenzeebeleid (duurzame bescherming en ontwikkeling van de Waddenzee
als natuurgebied en het behoud van het open landschap), wordt
ondersteund. Er wordt onder meer de nadruk gelegd op het belang van
natuurlijke overgangen tussen zoet en zout water. Maar uit de reacties
blijkt ook dat er belang wordt gehecht aan een brede afweging daarbij,
zoals bijvoorbeeld het laten meewegen van de gevolgen voor de
landbouw. Ook vinden veel insprekers het behoud van de nachtelijke
duisternis belangrijk. Daarnaast leeft het gevoel dat het waddengebied
te veel op slot wordt gezet. Als voorbeeld wordt het voorgenomen
verbod op waterskiën genoemd. Verder noemen de insprekers de maatregel
om het gebruik van ultralichte vliegtuigen boven de Waddenzee te
verbieden. Ook worden vanuit de pkb te veel beperkingen voor
uitbreiding van de waddenzeehavens gezien.
In totaal acht bijeenkomsten maakten onderdeel uit van de
inspraakprocedure. Deze bijeenkomsten zijn bezocht door ongeveer 360
belangstellenden. De bijeenkomsten vonden plaats op alle
waddeneilanden en in Delfzijl, Leeuwarden en Den Helder. Naast het
verkrijgen van informatie was het daar ook mogelijk om mondeling in te
spreken. Van die mogelijkheid werd gebruik gemaakt door bewoners,
overheden, het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties.
Minister Dekker van VROM heeft ook de adviezen ontvangen van de
Commissie voor de Milieu Effect Rapportage en de Raad voor de Wadden.
Alle reacties worden beoordeeld en het kabinet bepaalt of er
aanleiding is het concept pkb aan te passen. Naast de inspraak wegen
ook de adviezen en de gevoerde bestuurlijke overleggen mee.
Naar verwachting zal de pkb, het rijksbeleid voor de Waddenzee, vóór
de zomer van 2006 aan de Tweede Kamer worden aangeboden. Het streven
van het kabinet is - om na behandeling in de Tweede en Eerste Kamer -
zo spoedig mogelijk samen met de regionale overheden tot uitvoering
van het nieuwe waddenbeleid te komen. Onderdeel hiervan is het
opstellen van een Beheer- en Ontwikkelingsplan Waddengebied en het
operationaliseren van het Waddenfonds met daarin 800 miljoen euro.
Zie ook
* Dossier Waddenzee: http://www.vrom.nl/waddenzee
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer