21-2-2006
Aanval op de verloedering
Hieronder vindt u de speech die fractievoorzitter Jozias van Aartsen
hield op dinsdag 21 februari 2006 tijdens een politiek café in Den
Haag in het kader van de gemeenteraadsverkiezingen van 7 maart 2006.
Dames en heren, liberale vrienden en vriendinnen,
Wat een geweldige opkomst hier in Den Haag. De
VVD-Gemeenteraadscampagne loopt. Iedereen heeft er zin in, dat zie je
zo. Afgelopen zaterdag hebben we de aftrap gegeven in Tivoli in
Utrecht. Ik ben blij dat ik vandaag on tour mijn eigen gemeente Den
Haag mag aandoen.
Sander Dekker en zijn équipe zijn keihard aan de slag om te zorgen dat
de VVD in deze stad de grootste blijft. Dat moet. Den Haag is
namelijk, om met het verkiezingsprogramma te spreken, een stad om
trots op te zijn. Maar dat moet zo blijven. Onze inbreng in het
College is daarvoor absoluut noodzakelijk. We weten allemaal hoe de
stad ervoor stond na het laatste linkse college uit '86-'89: de
Hofstad onder financiële curatele van het Rijk. Dat kan natuurlijk
niet. Als we nu de boel enkel aan rood en groen overlaten, dan jagen
we de middenklasse de stad uit. En dan krijgen we hogere lasten ervoor
terug. Daarom zeg ik: stop het Linkse Volksfront. Want Den Haag moet
een stad zijn om trots op te blijven!
De Haagse campagne is opgebouwd rond drie ervaringswerelden van ons
allemaal. Ons leven, je huis en de buurt. De naschoolse opvang, de
betaalbare koopwoning en de veilige tram.
Ten eerste, ons leven. De VVD wil graag dat mensen werken en meedoen
in de samenleving. Keerzijde is dat dit mensen onder grote tijdsdruk
zet. Daar moeten wij dus bij helpen. Bijvoorbeeld met die naschoolse
opvang. Maar denk ook aan verruiming van winkelsluitingstijden, zoals
de VVD hier bepleit. Of aan goede en snelle dienstverlening door de
gemeente. Allemaal dingen die we kunnen doen aan de drukte van het
bestaan.
Morgen ga ik on tour naar Eindhoven, voor de `Kidsmiddag', en daar zal
ik duidelijk maken dat het de VVD menens is als het gaat om goede
kinderopvang in Nederland. Dus wie in de gelegenheid is, vandaag Den
Haag, morgen Eindhoven, komt allen!
Ten tweede, het huis. Als je 's avonds thuiskomt is dit de plek waar
je jezelf kunt zijn, waar je je veilig voelt, de privé-ruimte bij
uitstek. De VVD wil dat mensen hun huis zelf kunnen inrichten. Ook
willen we kosten en lasten van wonen zoveel mogelijk beperken. Daarom
bepleit de VVD al jaren de afschaffing van een zekere onrechtvaardige
woonbelasting. Maar over dat drieletterwoord is de afgelopen dagen wel
genoeg gesproken.
Nee, ik wil vanavond ingaan op het onderwerp dat hier in Den Haag het
meeste speelt, de derde ervaringswereld, die van de buurt. Daarom was
ik heel blij met het mooie Haagse verkiezingsprogramma dat onder
voorzitterschap van mijn collega Stef Blok is opgesteld. Meteen
vooraan: `Leefbaarheid begint bij veiligheid.' Zo is het precies. De
buurt moet leven, je moet er kunnen winkelen en spelen en een biertje
kunnen pakken. De VVD wil dat de straten schoon en veilig zijn. Wij
weigeren de openbare ruimte prijs te geven aan verloedering.
Wie moet daaraan werken?
In Utrecht heb ik gezegd: laten we de woningbouwcorporaties niet
vergeten. Die kunnen veel doen tegen de stedelijke verloedering. In
sommige wijken bezitten zij bijna alle huizen. Een verzorgde buurt
geeft nu eenmaal minder kans op overlast, intimidatie en
huisjesmelkerij dan rommelige vervallen buurten met zwerfvuil,
graffiti en gebroken ruiten. Buurtconciërges kunnen hier goed werk
doen. Daarom moet van de VVD een gemeente woningbouwcorporaties kunnen
verplichten zo'n buurtconciërge aan te stellen in wijken waar dat
nodig is. En ze betalen zelf, want woningbouwcorporaties zitten op
miljarden, dus dat kan er best vanaf!
De woningbouwcorporaties moeten hun verantwoordelijkheid nemen voor de
leefbaarheid. Maar primair is dit toch de taak van de overheid. Ook op
dat vlak moet er een forse tand bij. Dat is essentieel voor het
vertrouwen van de burgers in de politiek.
Steeds meer wordt duidelijk dat de Nederlandse samenleving een
probleem heeft met overlast op straat. Het wordt besproken aan de
borreltafel, in volksvertegenwoordigingen en rechtszalen. Er is een
grote groep overlastveroorzakers die niet geholpen kan worden, of dat
zelfs gewoonweg niet wil.
De jaren-zeventig-aanpak van welzijnswerk en goede bedoelingen ligt
achter ons. Wel resteert uit die jaren nog een lappendeken aan
instellingen, het zogeheten `sociale vangnet'. Wij liberalen hadden
toen al onze twijfels, maar in de huidige tijd erkent iedereen: deze
softe aanpak is onvoldoende.
Dan is er natuurlijk het strafrecht. Niet voor niets. Want zoals mijn
collega Anton van Schijndel gisteren schreef in de NRC: Bij extreme
overlast hebben we het niet over `Pietje Bell-gedrag'. Buurtbewoners
worden bedreigd en te grazen genomen.
Toch stuit het strafrecht op grenzen. Probleem is dat de strafbare
feiten waarmee dit gedrag gepaard gaat - zoals vernieling, schelden,
bedreigen, spuwen, lichte mishandeling, ruiten ingooien - hooguit
korte vrijheidsstraffen opleveren. Het gaat hier om een patroon van
ordeverstorend gedrag waar het strafrecht niet goed mee overweg kan,
omdat het pas in actie kan komen als de daders al ver zijn afgegleden.
Voor buurtbewoners, de mensen die naast, onder of tegenover zulke
lieden wonen, is dat veel te laat.
Daarom is het beter extreme overlast aan te pakken als probleem van
openbare orde. De politie weet namelijk meestal precies om wie het
gaat. Vaak om een zéér klein groepje. Maar de dienders moeten met lede
ogen duimendraaien. En daar bent u de dupe van.
Daarom lanceert mijn fractie het idee om de burgemeester de
bevoegdheid te geven om aan raddraaiers gedragsaanwijzingen te geven.
Dit dan zonder tussenkomst van de rechter of de Officier van Justitie.
Voorbeelden van zulke gedragsaanwijzingen zijn het opleggen van een
meldplicht, een verplichte cursus of een contactverbod. Prima, maar
als het aan mij ligt voegen we aan dit rijtje de avondklok toe. Want
de VVD vindt: Het gespuis zit 's avonds thuis!
Dames en heren, rond dit tijdstip van de avond, over twee weken
precies, dan sluiten de stembussen. En we hebben met zijn allen
afgesproken: we gaan campagne voeren tot de laatste seconde. Dus tot
de laatste kiezer in het stemhokje heeft gestemd op VVD, dus op Lijst
1.
Sander, ongelooflijk veel succes, de schouders eronder. Wij hebben
ongelooflijk veel vertrouwen in jou en je ploeg.
Jullie kunnen het: het moet en het zal Lijst 1 blijven!
21 februari 2006
Jozias van Aartsen
VVD