Unicef
Voorlopige eindstand SHO-actie Pakistan: 41,5 miljoen euro 17 februari 2006, Utrecht - De noodhulpactie voor Pakistan en India van de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) heeft 41,5 miljoen euro opgebracht. Dit bedrag is inclusief de 2 miljoen euro van minister Van Ardenne van Ontwikkelingssamenwerking. Daarmee is deze Nationale Actie na de tsunami (2005) en Kosovo (1999) de grootste ooit door de SHO gehouden.
Door het uitblijven van een strenge winter is er meer tijd geweest om hulpgoederen te leveren aan de getroffenen. De coördinatie tussen de particuliere organisates en de overheid is over het algemeen goed. De daklozen hebben inmiddels allemaal tijdelijk onderdak gekregen bij familie of in tenten. Maar de omstandigheden blijven moeilijk. Regen en sneeuwstormen belemmeren zo nu en dan de hulpverlening, omdat wegen door landverschuivingen onbegaanbaar worden.
De hulporganisaties werken hard om de situatie in de tentenkampen te verbeteren. Veel tenten bieden nog te weinig bescherming tegen de kou en zijn ook vaak brandgevaarlijk. Er zijn te weinig lokale traumabegeleiders voor de hulp aan vrouwen en kinderen. Veel sanitaire voorzieningen worden niet adequaat gebruikt en/of onderhouden, waardoor infectiehaarden ontstaan. Afvoer van regen en smeltwater in opvangkampen moet worden verbeterd. Nog steeds melden zich mensen vanuit de bergen voor opvang in een kamp.
Door de SHO-organisaties wordt op grote schaal medische zorg verleend en voedsel uitgedeeld. Ook wordt er gewerkt aan sanitaire voorzieningen en herstel van toegang tot schoon drinkwater. In tijdelijke veldhospitalen wordt medische hulp verleend aan mensen.
Bijna alle kinderen in de opvangkampen zijn gevaccineerd en hebben toegang tot basisgezondheidsdiensten.
De hulporganisaties houden er rekening mee dat duizenden getroffen mensen nog een tweede winter niet in hun dorpen zullen wonen. De schade was enorm en het kost tijd om de infrastructuur te herstellen. Daarom ontvangen duizenden families golfplaten en gereedschappen om tijdelijke huizen te reconstrueren. Deze bouwmaterialen kunnen na de winter worden gebruikt voor de bouw van permanente huizen. Kwetsbare mensen die zelf geen tijdelijke huizen kunnen bouwen krijgen betere tenten.
Bij de aardbevingsramp die Pakistan op 8 oktober 2005 trof, vielen zo'n 80.000 doden. Meer dan 3 miljoen mensen verloren hun huis.
Nog dezelfde avond startte de SHO een nationale hulpactie. De hulpverlening kwam snel op gang Verschillende hulporganisaties waren direct aanwezig met het bieden van noodhulp in de vorm van tenten, medicijnen, voedsel, dekens en drinkwater. Samen met lokale partnerorganisaties wordt nu een begin gemaakt met de wederopbouw.
Op de website www.giro800800.nl kan het Nederlandse publiek op de hoogte blijven van het verloop van de Nationale Actie en de hulpverlening door de SHO-organisaties.
---
De hulp van Unicef
Voor Unicef staat het beschermen van de 1,6 miljoen kinderen in het gebied voorop. Bescherming tegen de kou en het voorkomen van luchtweginfecties zijn op dit moment de voornaamste doelen. Daartoe zijn inmiddels 231.000 'winterkisten' uitgedeeld. Een kist bestaat onder meer uit een paar snow boots, een sjaal, een dikke jas en sokken. Deze week worden nog eens 433.000 kisten verspreid. Het doel is vóór 10 februari alle getroffen gebieden te voorzien.
Daarnaast zijn 605.000 dekens, 38.000 quilts en 29.800 plastic zeilen voor de opvangtenten geleverd. Bijna alle kinderen in de opvangkampen zijn gevaccineerd en hebben toegang tot basale gezondheidsdiensten. Verder speelt Unicef een rol in de internationale hulpverlening op het gebied van water en sanitatie, voeding, bescherming en onderwijs. In totaal krijgen nu zo'n 39.000 kinderen weer onderwijs in 79 noodscholen binnen de kampen en 350 noodscholen buiten de kampen.