Dierenbescherming daagt Veerman over Oostvaardersplassen
Dierenbescherming
http://www.dierenbescherming.nl
Dierenbescherming daagt Veerman voor rechter over Oostvaardersplassen
Den Haag, 14 februari 2006 - De Dierenbescherming spant een kort geding aan tegen minister
Veerman (LNV) en Staatsbosbeheer. Inzet is het beheer van de grote grazers in de
Oostvaardersplassen gedurende deze winter. De Dierenbescherming eist van Staatsbosbeheer
dat de edelherten, runderen en paarden worden bijgevoerd tijdens extreme
weersomstandigheden om onacceptabel lijden te voorkomen. Vorig jaar stierven honderden
dieren de hongerdood als gevolg van zware sneeuwval en koude in maart. LNV is het
eindverantwoordelijke ministerie voor het door Staatsbosbeheer gevoerde beleid.
De Dierenbescherming ziet de dieren in de Oostvaardersplassen als gehouden dieren. De
grote grazers zijn door de mens in het afgerasterde gebied geplaatst en kunnen het niet
verlaten om bijvoorbeeld voedselrijkere gebieden te zoeken. 'Voor onze organisatie staat
vast dat Staatsbosbeheer daarom een wettelijk voorgeschreven zorgplicht heeft', aldus
algemeen directeur Thomas Posthumus Meyjes van de Dierenbescherming.
Posthumus Meyjes benadrukt dat het kort geding zich toespitst op mogelijke calamiteiten
die zich déze winter kunnen voordoen. 'In afwachting van de voorstellen van de
onderzoekscommissie Gabor, die de hevig ter discussie staande wijze van beheer van
Staatsbosbeheer onderzoekt, eisen wij dat dieren worden bijgevoerd wanneer dat de komende
weken nodig blijkt te zijn'. De kritieke periode voor de dieren in de Oostvaardersplassen
is eind februari en maart. Dan zijn de grazers door hun reserves heen.
De Dierenbescherming heeft getracht te bereiken dat Staatsbosbeheer haar
verantwoordelijkheid neemt. 'Dat is helaas niet gelukt', aldus Posthumus Meyjes. 'Ons
meningsverschil gaat vooral over een doodordinaire getallenkwestie. Wij zijn bereid om
vijftien procent sterfte als een min of meer acceptabele, natuurlijke sterfte te zien,
Staatsbosbeheer legt de lat bij maar liefst zestig procent'. Dat betekent dat bijvoeren
voor Staatsbosbeheer slechts een optie is als zestig procent van de totale populatie is
gestorven. Is het percentage lager, dan is de beheerder alleen bereid zijn dieren een
ellendige hongerdood te besparen door ze dood te schieten.
Dat afschot van lijdende dieren noemt Staatsbosbeheer het 'verbeterd predatormodel'. De
Dierenbescherming kan zich voor deze winter in principe vinden in deze werkwijze, maar
vindt dat veel eerder moet worden ingegrepen door middel van bijvoeding bij slechte
weersomstandigheden. De Dierenbescherming erkent overigens dat bijvoeren van dieren geen
structurele oplossing is voor een gebied waar de draagkracht voor het houden van
duizenden grote grazers inmiddels ver overschreden is.
Het kort geding dient op vrijdag 3 maart a.s. om 9:00 uur voor de Rechtbank 's-Gravenhage
(Paleis van Justitie - Prins Clauslaan 60).
(einde bericht)