D66

Bijdrage van Gerard Schouw (D66) aan het begrotingsdebat over de Nederlandse Antillen op dinsdag 14 februari 2006

Voorzitter

Dit is de derde keer alweer dat ik in deze kamer het woord voer over de Nederlandse Antillen tijdens ons jaarlijks begrotingsdebat. Ik wil vandaag de volgende vier onderwerpen aan de orde stellen: - Staatskundige veranderingen
- De schuldenlast van 2,2 miljard
- Werkloosheid en armoede
- Verzuchting

Staatskundige verandering
De uitslag van de verkiezingen op de Nederlandse Antillen moet voor de meeste kiezers, en ook voor Nederland zelf, een hele opluchting zijn. De Nederlaag van Godett en het uit beeld verdwijnen van de partij van Cova maakt de besprekingen over nieuwe staatsrechtelijke verhoudingen binnen de Nederlandse Antillen en tussen de Nederlandse Antillen en Nederland wel gemakkelijker. Al zullen er nog genoeg problemen overblijven.

Mijn vraag aan de minister is eigenlijk heel eenvoudig. Hoe ziet de roadmap eruit? Wanneer worden welke stappen gezet en hoe passen die stappen in een samenhangende visie?

Ten aanzien van die visie is er eigenlijk één hoofdvraag die maar niet beantwoord lijkt te worden. Die vraag is of, los van de uitwerking van de staatskundige verandering, er op koninkrijksniveau nu meer of minder bevoegdheden moeten komen. Strakker sturen of loslaten? Zelf denk ik dat glashelder en ondubbelzinnig sturen de meeste kans op succes heeft.

De schuldenlast
Het is geen geheim dat de schuldenlast van de Nederlandse Antillen torenhoog is en als een zwaard van Damocles boven de eilanden hangt. Dit blok aan het been hindert veel ontwikkelingen en zou een structurele oplossing behoeven. Bij het oplossen van deze schuld gaat het volgens mij om vier vragen:
- Hoe heeft dit zo kunnen ontstaan? En wat wordt gedaan om nieuwe schulden te voorkomen?
- Wie is hiervoor primair verantwoordelijk en dus probleemeigenaar? - Welke varianten zijn denkbaar om deze schuld op te lossen? - En onder welke strikte voorwaarden is de Nederlandse regering bereid om iets te doen aan schuldsanering?

Aan de minister zou ik willen vragen om langs deze vier vragen een reactie te geven.

Onze fractie is er geen voorstander van wanneer de Nederlandse regering de schuldenlast zou overnemen. De resultaten van de Rondetafelconferentie op de Antillen zijn geen blanco check. Dat lijkt me het belonen van slecht gedrag. Denkbaar is dat Nederland helpt bij herfinanciering van schulden en mogelijk een gedeelde kwijtschelding.

De schuldenquote van de Nederlandse Antillen is 87 procent van het bruto binnenlands product (2204), voor Nederland bedraagt dit percentage 53 procent. Mijn vraag is waar ligt de grens, bij welk percentage kan je spreken van een gezonde en bij welk percentage van een niet gezonde situatie?

Ook de economische groei is niet groot, in 2005 zo'n 1procent. Vooral de toeristische sector kwakkelt vooruit kan niet vooruit kwakkelen.

Werkloosheid en armoede
De werkloosheid op de Nederlandse Antillen was in 2004 ongeveer 15 procent tegen 6,4 procent in Nederland. Daarbij is de jeugdwerkloosheid op Curaçao bijna 37 procent. En dat is natuurlijk erg hoog.

In Nederland, met Rotterdam als prominent uithangbord, worden de komende tijd steeds straffere maatregelen genomen om de overlast van Antilianen aan te pakken. Het gaat dan vaak om drugsgerelateerde criminaliteit, maar ook om groepsverkrachtingen en overvallen. Wij staan helemaal achter die harde aanpak. Te lang is gewacht om iets te doen. Het effect van deze binnenlandse aanpak kan twee kanten op. Of de Antillianen verbeteren hun leven, of pakken hun biezen naar elders, bijvoorbeeld terug naar de Antillen. Dat laatste lijkt me het meest waarschijnlijk. Echter, dat zal de problemen daar alleen maar doen toenemen. Hoe kijkt deze minister daar tegenaan?

Ik ben wat cynisch over het bedrag van 19 miljoen euro dat de minister voor een periode van zes jaar heeft vrijgemaakt voor de financiering van de sociale vormingsplicht. Kansarme jongeren van 16 tot 24 moeten leer-werk trajecten krijgen. Een nobel doel, maar komt er iets van terecht?

Waar ik serieus belangstelling voor heb is om te weten onder welke condities dit geld beschikbaar komt. Vanuit Het Nederlandse Grote Stedenbeleid weten we dat dit soort projecten staan of vallen bij de kwaliteiten van de projectleider en de projectopzet. En daarin schuilt niet de allergrootste kwaliteit van de Antillen.

Waarom neemt Nederland niet de verantwoordelijk voor de uitvoering van dit project?

Voorzitter

Begin dit jaar heeft minister Donner de vrees uitgesproken dat de Nederlandse Antillen verworden tot `pirateneilanden'. Donner zei dat de eilanden kwetsbaar zijn voor criminaliteit, voor politieke instabiliteit, voor infiltratie, smokkel en toestroom voor politieke vluchtelingen. Ook suggereerde hij dat de politiek invloed lijkt uit te oefenen op de rechtsspraak. Hierover heb ik een paar vragen: 1. Is het kabinet van mening dat een waterdichte rechtshandhaving een randvoorwaarde is voor een besluit over nieuwe staatsrechterlijke verhoudingen?
2. Laat Nederland onderzoeken of in delen van het Koninkrijk politici invloed hebben op de rechtspraak, zoals minister Donner suggereerde? 3. Is de minister van mening dat de rechtsorde op koninkrijksniveau moet worden bewaakt?

Verzuchting

Voorzitter, tot slot heb ik nog een verzuchting.

Dit jaar is het de derde keer dat ik in deze kamer een bijdrage lever aan het begrotingsdebat over de Nederlandse Antillen. Maar in tegenstelling tot vele andere debatten in onze kamer heb ik sterk het gevoel dat we lang in en uit kunnen praten, maar dat er per saldo niets gebeurt. En dat ligt niet aan het kabinet of deze minister zeg ik er gelijk bij.

De huidige structuur en verantwoordelijkheidsverdeling maken dat Nederland met gebonden handen staat. Soms heb ik het idee dat we kunnen onderhandelen tot we een ons wegen, maar in feite geeft het statuut geen onderhandelingsbevoegdheden aan het kabinet. Er is te weinig afdwingbaar. Onderhandelbaar.

Tot nu toe is de beleidslijn van het kabinet te kenmerken als diplomatiek, geven en nemen en zorgen dat het touwtje niet breekt. Handhaven van de gunstrelatie. Mijn vraag is echter of deze strategie ons brengt bij een oplossing. Zijn wij niet een beetje te lief? Moet er niet veel offensiever beleid worden gemaakt?

14-2-2006 12:18