Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht
PB06-016
14 februari 2006
Economie groeit 0,9 procent in 2005
De Nederlandse economie is in 2005 met 0,9 procent gegroeid. Dit is bijna de
helft minder dan de groei van 1,7 procent in 2004, maar ruim boven de nullijn
in de jaren 2002-2003. De uitvoer was ook in 2005 de trekker van het
bescheiden economisch herstel. Daarnaast leverden de consumptie en de
investeringen een geringe positieve bijdrage. Het aantal banen was vorig jaar
0,4 procent lager dan in 2004. Deze daling is veel kleiner dan in 2004. Dit blijkt
uit de eerste raming van het CBS.
Economische groei vierde kwartaal 1,6 procent
In het vierde kwartaal van 2005 was het bruto binnenlands product (BBP)
1,6 procent hoger dan in hetzelfde kwartaal van 2004. Dat is de hoogste
kwartaalgroei in 2005. De groei in het vierde kwartaal is te danken aan
aantrekkende consumptieve bestedingen en een stijgend uitvoeroverschot.
Het aantal banen in het vierde kwartaal was 0,2 procent hoger dan in het
vierde kwartaal van 2004. Het is voor het eerst in bijna drie jaar dat er meer
banen zijn dan een jaar eerder.
Hoge kwartaal-op-kwartaalgroei
Het volume van het BBP is in het vierde kwartaal van 2005, na correctie voor
werkdag- en seizoeneffecten, met 1,0 procent toegenomen ten opzichte van
het derde kwartaal van 2005. Het vierde kwartaal van 2005 telde twee
werkdagen minder dan het vierde kwartaal van 2004. De kwartaal-op-
kwartaalgroei van 1,0 procent is veel hoger dan het gemiddelde van de
voorgaande vier kwartalen.
Minder groei uitvoer
ln.... export heeft ook in 2005 voor het overgrote deel betrekking op de
In 2005 was het volume van de uitvoer van goederen en diensten 4,8 procent
hoger dan in 2004. Dat is een kleinere groei dan in 2004. De stijging van de
sbc.... Nederlands fabrikaat bleef daarbij vergeleken beperkt. In het vierde kwartaal
wederuitvoer. Dit zijn elders geproduceerde goederen, bij voorbeeld in China,
Taiwan of de VS, die vanuit Nederland verder worden gedistribueerd na een
geringe bewerking te hebben ondergaan. De stijging van de export van
bedroeg de groei van de export 3,7 procent.
w De invoer groeide in 2005 met 4,4 procent iets minder dan de uitvoer. In het
w vierde kwartaal bleef de groei van de invoer vrij ruim achter op de uitvoer.
w
CBS Persbericht PB06-016 pagina 1 van 9
Geringe groei consumptie van huishoudens
In 2005 was het volume van de consumptie van huishoudens 0,3 procent
hoger dan in 2004. Na een daling begin 2005 trok de consumptie van
huishoudens in de tweede helft van het jaar duidelijk aan. De verbetering is
het meest zichtbaar bij de bestedingen aan duurzame consumptiegoederen.
Na enkele jaren van daling stegen deze vooral in het vierde kwartaal van 2005
sterk, met meer dan 5 procent.
Overheidsconsumptie iets hoger
Het volume van de overheidsconsumptie was vorig jaar 0,7 procent hoger dan
in 2004. Ook hier is de groei geconcentreerd in de tweede helft van het jaar.
Dit komt mede door extra uitgaven voor de voorbereiding van
stelselwijzigingen. De reële uitgaven voor de zorg namen in 2005 toe.
Licht herstel investeringen houdt aan
In 2005 is 2,0 procent meer geïnvesteerd dan in 2004. Daarmee houdt het
lichte herstel van de investeringsactiviteit aan. In 2005 is flink meer
geïnvesteerd in woningen, bedrijfsauto's en vooral in computers. Daarentegen
is in machines, bedrijfsgebouwen en vrachtauto's juist iets minder
geïnvesteerd dan in 2004.
Hogere productie bouw en commerciële dienstverlening
Vanuit de productie benaderd zijn de bouw en vooral de commerciële
dienstverlening de trekkers van de economische groei in 2005. De
bouwnijverheid profiteerde van de aantrekkende woningbouw. In de
commerciële dienstverlening komt de groei vooral van de groothandel, die
betrokken is bij de wederuitvoer, en van de uitzendbranche. Ook de productie
van banken en verzekeraars en van zakelijke dienstverleners zoals
computerservicebureaus en reclamebureaus steeg. Dankzij de zorg groeide
ook in de niet-commerciële dienstverlening de productie nog een beetje.
De industrie produceerde iets minder dan in 2004 en blijft daarmee opvallend
achter bij eerdere perioden van economisch herstel. Dat is vooral het gevolg
van de krimp in de elektrotechnische en de transportmiddelenindustrie. De
productie van aardgas was fors lager. Ook in de landbouw is minder
geproduceerd.
Meer banen
Na de grote krimp van de werkgelegenheid in 2004 bedroeg de daling van het
aantal banen van werknemers in 2005 slechts 0,4 procent. In de loop van
2005 verbeterde de werkgelegenheid duidelijk en nam het aantal banen zelfs
licht toe. In het vierde kwartaal van 2005 waren er 18 duizend banen meer
dan in het vierde kwartaal van 2004. De omslag is te danken aan het herstel
van de werkgelegenheid in het bedrijfsleven, door vooral veel meer
uitzendwerk.
De arbeidsproductiviteit, het volume van de productie per arbeidsjaar, is in
2005 ongeveer 1,5 procent hoger dan in 2004. Deze stijging is minder groot
dan in 2004, het eerste jaar van conjunctureel herstel. Het is een aanwijzing
dat het aanhoudend economisch herstel steeds meer doorwerkt op de
arbeidsmarkt.
CBS Persbericht PB06-016 pagina 2 van 9
Technische toelichting
Algemeen
De economische groei wordt gemeten aan de volumegroei van het bruto
binnenlands product (BBP). Dit is het totaal van de in het productieproces
gevormde inkomens (de `toegevoegde waarde').
Achtergrondinformatie over de ramingen
Er worden twee ramingen samengesteld en gepubliceerd van de economische
groei in een kwartaal. De eerste raming of flash-raming wordt uiterlijk 45
dagen na afloop van een kwartaal gepubliceerd. De cijfers van de eerste
raming kunnen wijzigen op grond van nieuwe statistische broninformatie die
nadien beschikbaar komt. In de tweede raming die uiterlijk 90 dagen na afloop
van een kwartaal wordt gepubliceerd, is deze nieuwe en meer uitgebreide
statistische informatie verwerkt. Bovendien komen op dat moment meer
detailgegevens beschikbaar.
Ook nadien kunnen de cijfers nog worden aangepast. De kwartaalgegevens
worden namelijk eenmaal per jaar in juli geijkt aan de jaarcijfers van de
Nationale rekeningen die volgens een vaste cyclus van drie opeenvolgende
ramingen (voorlopige raming, nader voorlopige raming en definitieve raming)
worden herzien.
In de tabellen zijn de bijgestelde (kolommen met) cijfers steeds voorzien van
een "#".
Werkgelegenheid
In het persbericht over de eerste raming van de economische groei in een
kwartaal wordt conform Europese afspraken tevens een eerste raming van de
werkgelegenheid in dat kwartaal gepubliceerd. Deze raming heeft uitsluitend
betrekking op werknemers. Zelfstandigen blijven buiten beschouwing. De
raming luidt zowel in banen als in arbeidsjaren (=voltijdbanen). De tweede
raming van de werkgelegenheid met daarbij een verdeling van de
werkgelegenheid naar bedrijfstakken wordt gepubliceerd in een afzonderlijk
persbericht één werkdag na verschijning van het persbericht over de tweede
raming van de economische groei op kwartaalbasis.
Seizoengecorrigeerde gegevens
Normale praktijk is dat mutaties worden berekend ten opzichte van het
vergelijkbare kwartaal van het voorafgaande jaar. Om een zo goed mogelijk
beeld te geven van de conjuncturele stand van zaken wordt de groei van het
BBP en van het aantal banen ook ten opzichte van het voorgaande kwartaal
berekend. Hierbij wordt gecorrigeerd voor seizoen- en werkdageffecten. Bij
het uitkomen van nieuwe kwartaalcijfers wordt deze seizoencorrectie steeds
opnieuw doorgerekend. Dit kan leiden tot (fractionele) bijstellingen van eerder
geraamde cijfers.
Jaarcijfers
Het persbericht over de tweede raming van de economische groei voor het
eerste kwartaal bevat additionele gegevens over het productie- en
bestedingendeel van de jaarpublicatie Nationale rekeningen. In dat
persbericht zullen daarom twee extra tabellen worden opgenomen met enkele
nieuwe jaarcijfers.
CBS Persbericht PB06-016 pagina 3 van 9
Tabel 1: Bruto Binnenlands Product (marktprijzen)
Verandering ten opzichte van
zelfde periode vorig jaar voorgaande periode1)
volumemutaties in %
2001 . .
2002 0,1 .
2003 -0,1 .
2004 1,7 .
2005 0,9 .
2001-I . .
II . 0,4
III . 0,0
IV . 0,0
2002-I -0,2 -0,2
II 0,1 0,4
III 0,5 0,0
IV -0,1 -0,3#
2003-I 0,4 0,1#
II -0,7 -0,4#
III -0,5 0,1#
IV 0,2 0,6#
2004-I 1,2 0,9
II 1,4 0,3#
III 2,0 0,5#
IV 2,3 -0,1#
2005-I -0,5 -0,8
II 1,3 1,2
III 1,3 0,7#
IV 1,6 1,0
1) Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden en werkdageffecten.
#) Deze cijfers zijn bijgesteld, achtergrondinformatie staat in de technische toelichting.
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-016 pagina 4 van 9
Tabel 2: Goederen- en dienstentotalen
2004 2005 2005
I II III IV
volumemutaties in % t.o.v. een jaar eerder
Consumptieve bestedingen 0,0 0,4 -1,0 -0,1 1,2 1,7
w.v. door huishoudens 0,0 0,3 -1,4 0,1 1,2 1,3
door overheid 0,0 0,7 -0,3 -0,4 1,3 2,3
Investeringen in vaste activa 2,9 2,0 -1,6 2,6 6,6 1,0
Veranderingen voorraden1) 0,2 -0,3 0,6 -1,6 -0,2 0,1
Nationale bestedingen 0,8 0,3 -1,3 0,3 1,8 0,6
Uitvoer goederen en diensten 8,5 4,8 5,3 5,5 5,0 3,7
Invoer goederen en diensten 7,8 4,4 4,8 4,4 6,1 2,3
Bruto binnenlands product 1,7 0,9 -0,5 1,3 1,3 1,6
1) In procenten van het BBP in constante prijzen.
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-016 pagina 5 van 9
Tabel 3: Waarde- en prijsontwikkeling van het BBP (marktprijzen)
Waarde Waardeverandering Prijsverandering
mld euro in % t.o.v. jaar eerder
2001 447,7 . .
2002 465,2 3,9 3,8
2003 476,3 2,4 2,5
2004 488,6 2,6 0,9
2005 500,2 2,4 1,4
2001-I 109,9 . .
II 113,5 . .
III 108,4 . .
IV 115,9 . .
2002-I 113,7 3,5 3,7
II 117,8 3,8 3,7
III 113,4 4,6 4,1
IV 120,2 3,7 3,8
2003-I 117,4 3,2 2,9
II 121,2 2,8 3,5
III 114,9 1,3 1,8
IV 122,9 2,2 2,0
2004-I 119,9 2,1 0,9
II 123,9 2,3 0,9
III 117,8 2,6 0,5
IV 127,0 3,3 1,0
2005-I 121,1 1,0 1,5
II 127,3 2,7 1,3
III 120,8 2,6 1,3
IV 131,0 3,2 1,5
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-016 pagina 6 van 9
Tabel 4: Toegevoegde waarde van producenten (bruto, basisprijzen)
2004 2005 2005
I II III IV
volumemutaties in % t.o.v. een jaar eerder
Producenten van:
Goederen 2,1 -1,0 -2,8 1,3 -0,8 -1,5
Landbouw en visserij 4,9 -0,3 0,7 -1,4 -0,5 -0,1
Industrie en energie: 2,0 -1,9 -2,8 0,4 -2,3 -2,6
w.o. Industrie 1,2 -0,7 -2,1 0,2 -0,1 -0,7
Bouwnijverheid 1,2 1,6 -4,0 4,8 4,2 1,6
Commerciële diensten 2,1 2,2 0,9 2,3 2,2 3,3
Handel, horeca en transport 3,5 2,2 0,6 1,7 3,0 3,3
Financiële en zakelijke 0,9 2,2 1,1 2,7 1,6 3,3
diensten
Niet-commerciële diensten 0,6 0,3 -0,1 -0,7 0,5 1,5
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-016 pagina 7 van 9
Tabel 5: Banen van werknemers
Aantal banen V a n ing ten opzichte van
er der
zelfde periode vorig jaar voorgaande periode1)
X 1 000 mutaties in %
2001 7 559 . .
2002 7 607 0,6 .
2003 7 561 -0,6 .
2004 7 445 -1,5 .
2005 7 418 -0,4 .
2001-I 7 415 . .
II 7 581 . 0,7
III 7 658 . 0,4
IV 7 581 . 0,1
2002-I 7 510 1,3 0,1
II 7 639 0,8 0,2
III 7 684 0,3 0,0
IV 7 595 0,2 -0,1
2003-I 7 528 0,2 0,1
II 7 609 -0,4 -0,5
III 7 620 -0,8 -0,4
IV 7 485 -1,4 -0,7
2004-I 7 392 -1,8 -0,2
II 7 478 -1,7 -0,4
III 7 500 -1,6 -0,3
IV 7 410 -1,0 -0,2
2005-I 7 317 -1,0 -0,2
II 7 437 -0,6 0,0
III 7 489 -0,1 0,1
IV 7 428 0,2 0,2
1) Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden.
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-016 pagina 8 van 9
Tabel 6: Arbeidsvolume werknemers
Aantal arbeidsjaren dering ten opzichte van zelfde
Veran
periode vorig jaar
X 1 000 mutaties in %
2001 5 858 .
2002 5 850 -0,1
2003 5 797 -0,9
2004 5 694 -1,8
2005 5 659 -0,6
2001-I 5 782 .
II 5 873 .
III 5 911 .
IV 5 867 .
2002-I 5 813 0,5
II 5 871 0,0
III 5 886 -0,4
IV 5 832 -0,6
2003-I 5 798 -0,3
II 5 823 -0,8
III 5 814 -1,2
IV 5 754 -1,3
2004-I 5 682 -2,0
II 5 714 -1,9
III 5 714 -1,7
IV 5 667 -1,5
2005-I 5 611 -1,3
II 5 667 -0,8
III 5 689 -0,4
IV 5 671 0,1
Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-016 pagina 9 van 9
---- --
Centraal Bureau voor de Statistiek