Ingezonden persbericht


Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht

PB06-015
13 februari 2006

Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005

In 2005 is de werkloosheid onder niet-westerse allochtonen nauwelijks gestegen. Ook onder autochtonen bleef de werkloosheid vrijwel gelijk. Niet- westerse allochtonen zijn driemaal zo vaak werkloos als autochtonen. Deze verhouding is sinds 2001 niet gewijzigd. Dit blijkt uit de nieuwste jaarcijfers van het CBS.

Werkloosheid niet-westerse allochtonen stijgt nauwelijks meer In 2005 was 6,5 procent van de totale beroepsbevolking werkloos. Van de niet-westerse allochtonen was ruim 16 procent werkloos. Daarmee is het werkloosheidspercentage van deze groep nagenoeg gelijk aan dat van een jaar eerder.
Het stijgingstempo van de werkloosheid onder de niet-westerse allochtonen is in 2005 teruggelopen naar vrijwel nul. In de periode 2001-2004 nam het werkloosheidspercentage nog fors toe. In 2005 was ruim 5 procent van de autochtonen werkloos. Dat was evenveel als een jaar eerder. Onder westerse allochtonen is de werkloosheid gestegen ten opzichte van het jaar ervoor. Ruim 9 procent was werkloos. In 2004 was dat nog ruim 8 procent.

Iets meer jonge niet-westerse allochtonen werkloos In 2005 waren er 26 duizend niet-westerse allochtonen in de leeftijd 15-24 jaar werkloos. Dat komt overeen met 26 procent van de niet-westerse allochtone beroepsbevolking. Een jaar eerder was bijna 23 procent werkloos. De werkloosheid van autochtone leeftijdsgenoten ligt veel lager. In 2005 was ln.... autochtone jongeren.
van hen 11 procent werkloos, iets lager dan een jaar eerder. Sinds 2001 zijn niet-westerse jongeren elk jaar ruim tweemaal zo vaak werkloos als sbc.... werkloos tegenover ruim 4 procent van de autochtonen. Niet-westerse Ook de werkloosheid onder niet-westerse allochtonen van 25 jaar of ouder is aanzienlijk hoger dan die van autochtonen in dezelfde leeftijdscategorie. In 2005 was 15 procent van de niet-westerse allochtonen in de leeftijd 25-44 jaar allochtonen zijn daarmee ruim driemaal zo vaak werkloos als autochtonen. w
w Werkloosheid het hoogst onder Marokkanen w Van alle niet-westerse allochtonen was in 2005 de werkloosheid onder Marokkanen het hoogst. Van deze bevolkingsgroep was 20 procent werkloos. CBS Persbericht PB06-015 pagina 1 van 5

Ook het werkloosheidpercentage van Antillianen en Arubanen was met 18 procent vrij hoog. Onder Turken en Surinamers was dit percentage een stuk lager, namelijk respectievelijk 14 en 12 procent. De werkloosheid onder de groep overige niet-westerse allochtonen was met 19 procent erg hoog.

Technische toelichting
Het CBS rekent personen tot de allochtonen als ten minste één ouder in het buitenland is geboren. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen personen die zelf in het buitenland zijn geboren (de eerste generatie) en personen die in Nederland zijn geboren (de tweede generatie). De herkomstgroepering wordt bepaald aan de hand van het geboorteland van de persoon (eerste generatie) of dat van de moeder (tweede generatie), tenzij de moeder in Nederland is geboren. In dat geval is de persoon ingedeeld naar het geboorteland van de vader.
Autochtonen zijn personen van wie beide ouders in Nederland zijn geboren, ongeacht het land waar ze zelf zijn geboren. Tot de categorie 'niet-westers' behoren allochtonen uit Turkije, Afrika, Latijns-Amerika en Azië met uitzondering van Indonesië en Japan. Op grond van hun sociaal-economische en sociaal-culturele positie worden allochtonen uit Indonesië en Japan tot de westerse allochtonen gerekend.
De werkloze beroepsbevolking volgens de officiële definitie bestaat uit alle mensen van 15-64 jaar zonder werk (of met werk voor minder dan twaalf uur per week), die actief op zoek zijn naar betaald werk voor twaalf uur of meer per week en daarvoor beschikbaar zijn.
De cijfers over de werkloze beroepsbevolking zijn voornamelijk gebaseerd op de Enquête beroepsbevolking, een steekproefonderzoek dat maandelijks onder dertigduizend mensen in Nederland wordt gehouden. De uitkomsten uit dit steekproefonderzoek kennen een onnauwkeurigheidsmarge. Bij kleinere groepen zijn de onnauwkeurigheidsmarges wat groter. Het CBS publiceert naast cijfers over de werkloze beroepsbevolking ook een aantal andere indicatoren van het onbenut arbeidsaanbod, zoals de geregistreerde werkloosheid en het aantal mensen met een bijstands- of WW- uitkering. Deze gegevens zijn beschikbaar in de database StatLine op de website van het CBS. Hier zijn ook de cijfers over de werkzame beroepsbevolking te vinden.
Het Centrum voor werk en inkomen (CWI) publiceert cijfers over de niet- werkende werkzoekenden op de CWI- website. Niet-werkende werkzoekenden en de werkloze beroepsbevolking verschillen sterk van samenstelling, waardoor ze niet zonder meer met elkaar kunnen worden vergeleken. Enerzijds staan niet alle werklozen ingeschreven bij het CWI. Dit betreft vooral personen zonder recht op een uitkering zoals jongeren en herintreders. Anderzijds staan er personen ingeschreven bij het CWI die niet tot de werkloze beroepsbevolking horen. Dit betreft vooral personen die niet direct beschikbaar zijn, of niet actief zoeken, of werk zoeken voor minder dan twaalf uur per week. Meer informatie over beide begrippen is te vinden in een gezamenlijk artikel van het CBS en het CWI.
CBS Persbericht PB06-015 pagina 2 van 5

Grafiek 1. Werkloosheid beroepsbevolking naar herkomstgroepering

%
18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
2000 2001 2002 2003 2004 2005

Autochtonen Westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen

Bron: CBS
Grafiek 2. Werkloosheid beroepsbevolking niet-westerse allochtonen %
25
20
15
10
5
0
2000 2001 2002 2003 2004 2005

Turken Marokkanen Surinamers Antillianen/Arubanen Overig niet-westers

Bron: CBS
CBS Persbericht PB06-015 pagina 3 van 5

Tabel 1. Werkloze beroepsbevolking naar herkomst en leeftijd, jaarcijfers 15-24 25-44 45-64 Totaal % x 1 000 % x 1 000 % x 1 000 % x 1 000 Autochtonen
2005 10,8 74 4,4 138 4,5 101 5,2 313

2004 11,7 82 4,6 147 4,2 91 5,3 321

2003 9,0 66 3,7 122 3,5 74 4,3 262

2002 7,7 58 2,8 91 2,7 56 3,4 206

2001 6,3 48 2,3 77 2,5 48 2,9 173

Westerse allochtonen
2005 16,2 11 8,6 32 8,0 20 9,1 63

2004 17,5 11 7,5 27 7,4 18 8,4 57

2003 13,8 10 7,2 27 4,8 12 7,1 48

2002 8,3 6 5,4 19 4,6 11 5,4 36

2001 10,4 6 4,4 16 3,3 8 4,5 30

Niet-westerse allochtonen
2005 25,9 26 15,1 63 13,3 18 16,4 107

2004 22,6 25 15,1 60 13,4 17 16,1 101

2003 20,6 19 14,5 58 9,7 11 14,6 89

2002 15,5 15 10,1 38 7,4 8 10,5 60

2001 14,1 14 8,1 28 7,0 7 8,9 49

Totaal
2005 13,1 112 5,9 233 5,3 138 6,5 483

2004 13,5 119 5,9 234 5,0 126 6,5 479

2003 10,6 96 5,1 206 4,0 97 5,4 399

2002 8,6 79 3,7 149 3,1 75 4,1 302

2001 7,4 68 3,0 121 2,7 63 3,5 252

Bron: CBS

CBS Persbericht PB06-015 pagina 4 van 5

Tabel 2. Werkloosheid 15-64-jarigen naar herkomstgroepering 2000 2001 2002 2003 2004 2005

%
Autochtonen 3,0 2,8 3,3 4,3 5,3 5,2 Niet-westerse allochtonen
totaal 11,0 8,9 10,5 14,6 16,1 16,4 Turken 9,1 8,0 9,2 14,4 13,9 14,4 Marokkanen 13,0 10,0 9,7 17,1 22,1 19,9 Surinamers 9,1 6,5 8,1 10,0 11,7 12,2 Antillianen/Arubanen 8,7 8,7 9,9 16,4 15,7 17,6 Overig niet-westers 13,9 11,3 13,9 16,6 18,5 19,1 Bron: CBS

CBS Persbericht PB06-015 pagina 5 van 5


---- --