Verzoek KPN tot schorsing besluit OPTA afgewezen
Den Haag, 10 februari 2006 - De voorzieningenrechter van het College
van Beroep voor het bedrijfsleven heeft vandaag het verzoek van KPN
om het besluit van de OPTA van 21 december 2005 te schorsen afgewezen.
In dat besluit wordt KPN verplicht om concurrenten de mogelijkheid te
bieden vaste telefoonaansluitingen af te nemen die zij vervolgens
kunnen aanbieden aan consumenten.
Besluit OPTA
Op grond van de Kaderrichtlijn (Richtlijn 2002/21/EG) en hoofdstuk 6A
van de Telecommunicatiewet moet de Onafhankelijke Post en
Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) markten in de
telecommunicatiesector onderzoeken. Indien blijkt dat een partij een
aanmerkelijke marktmacht heeft, wat betekent dat deze partij op een
bepaalde markt economisch gezien veel macht heeft, kan OPTA passende
maatregelen treffen.
Op 21 december 2005 heeft OPTA onder meer besloten dat Koninklijke KPN
N.V. en haar groepsmaatschappijen (KPN) een aanmerkelijke marktmacht
hebben op de wholesalemarkt voor laagcapacitaire vaste
telefoonaansluitingen (kort gezegd: aansluitingen voor particulier
gebruik) en dat KPN verplichtingen moeten worden opgelegd om de
problemen die hiervan het gevolg kunnen zijn te ondervangen. OPTA
heeft KPN onder meer de verplichting opgelegd haar concurrenten de
mogelijkheid te bieden vaste telefoonaansluitingen af te nemen en aan
consumenten aan te bieden. Deze verplichting wordt wel aangeduid als
WLR (Wholesale Line Rental).
Het besluit van 21 december 2005 van OPTA is gepubliceerd op
www.opta.nl.
KPN heeft tegen dit besluit beroep ingesteld bij het College van
Beroep voor het bedrijfsleven en zij heeft de voorzieningenrechter van
het College gevraagd het besluit van 21 december 2005 te schorsen. KPN
heeft aangevoerd dat zij een spoedeisend en zwaarwegend belang heeft
bij schorsing van het besluit en dat ernstig getwijfeld moet worden
aan de rechtmatigheid van dit besluit.
Uitspraak voorzieningenrechter
De voorzieningenrechter heeft het verzoek van KPN afgewezen. Naar het
oordeel van de voorzieningenrechter is het belang van KPN spoedeisend
en zwaarwegend. De waarschijnlijkheid dat het College in de
beroepszaak van KPN zal beslissen dat de aan KPN opgelegde
verplichting tot WLR onrechtmatig is, wordt echter door de
voorzieningenrechter echter niet zodanig groot geacht dat een
uitzondering moet worden gemaakt op de hoofdregel dat het beroep van
KPN geen schorsende werking heeft. Ook anderszins is het belang van
KPN naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet zo zwaarwegend
dat het bestreden besluit om die reden moet worden geschorst.
Omdat het verzoek van KPN is afgewezen, blijven de verplichtingen die
OPTA bij het besluit van 21 december 2005 aan KPN heeft opgelegd van
kracht.
LJ Nummer
AV1487
Bron: College van Beroep voor het bedrijfsleven
Datum actualiteit: 10 februari 2006 Naar boven
Gerechtelijke organisatie