Betrouwbaarheid getuigschriften hoger onderwijs onder druk
Inspectie van het onderwijs
Betrouwbaarheid getuigschriften hoger onderwijs onder druk
Utrecht, 9 februari 2006. De Inspectie van het Onderwijs signaleert dat de betrouwbaarheid
van getuigschriften onder druk kan komen te staan. Hoger Onderwijsinstellingen leven niet
altijd de regels na die gelden bij de afgifte van getuigschriften. Ook zijn de
beslissingen over de afgifte van getuigschriften niet altijd transparant. Daarnaast
blijkt dat de wet in sommige gevallen onvoldoende waarborg biedt voor een onafhankelijke
beoordeling. De inspectie concludeert deze zaken in het rapport 'Betrouwbaarheid van
getuigschriften in het Hoger Onderwijs' en pleit onder meer voor een versterking van de
rol van de Raad van Toezicht.
In 2004 en 2005 verrichtte de inspectie onderzoek naar risico's rond de wettelijke
bepalingen bij de afgifte van getuigschriften. De inspectie keek met name naar de regels
die gelden bij de toelating tot examens, het afnemen van examens en het verlenen van
vrijstellingen. Het onderzoek bestaat uit een literatuuronderzoek en zestien casestudies.
De naleving van de regels en het toezicht door de Raden van Toezicht zijn niet overal
geborgd, concludeert de inspectie. Instellingen leven de regels nu niet altijd na omdat
ze onbekend zijn met de regelgeving of omdat regelingen onduidelijk zijn. Ook worden
regels bewust overtreden. De inspectie stelt daarnaast vast dat een deel van de
regelgeving contra-productief is. Dit is ondermeer het geval bij de koppeling van de
inrichting van de examens aan een normatieve studielast. Daarnaast blijkt de wet in
sommige gevallen onvoldoende waarborgen te bieden voor onafhankelijkheid. Een ander
risico voor de betrouwbaarheid is dat niet altijd duidelijk is of de student de 'proeve
van bekwaamheid' ook zelf heeft verricht.
Voor de samenleving kan daardoor twijfel ontstaan waar getuigschriften precies voor staan.
Transparantie hierin is des te belangrijker nu het aantal afgiftes van getuigschriften
stijgt en er met de invoering van het bachelor-masterstelsel een toename is in de
variëteit in studieroutes en afstudeertitels.
De inspectie doet in haar rapport aanbevelingen om de aangegeven risico's te beperken.
Hoewel voor de casestudies instellingen zijn geselecteerd met een mogelijk verhoogd
risicoprofiel, acht de inspectie de resultaten zodanig dat de genoemde risico's bij meer
instellingen in het hoger onderwijs kunnen voorkomen. Hierdoor kan het maatschappelijk
vertrouwen in getuigschriften van het hoger onderwijs onder druk komen te staan.
De Staatssecretaris van het Onderwijs geeft in zijn beleidsreactie aan dat hij positief
staat tegenover de aanbevelingen van de inspectie voor versterking van de positie van de
examencommissies en de Raden van Toezicht. Hij kondigt aan dat de inspectie in
samenwerking met de NVAO nader onderzoek zal verrichten naar de naleving van bepalingen
met betrekking tot afgifte van getuigschriften en een internationale vergelijkende studie
naar dit onderwerp zal uitvoeren.
De Inspectie van het Onderwijs beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs in
onderwijsinstellingen en rapporteert publiekelijk over de kwaliteit van individuele
instellingen en van het bestel, in het belang van leerlingen en ouders,
onderwijsinstellingen en samenleving. Zo bevordert de inspectie dat onderwijsinstellingen
hun kwaliteit op niveau houden en continu versterken, geeft zij bestuurders en
beleidsmakers handvatten voor beleid en verschaft ze haar belanghebbenden betrouwbare
informatie over onderwijs.