Voedingcentrum


WTO: EU moet genvoedsel toelaten

8 februari 2006

De WTO (World Trade Organisation) heeft bepaald dat Europa in de periode 1999-2003 onterecht genetisch gemodificeerd voedsel heeft geweerd. Over het toelatingsbeleid dat sinds 2004 geldt, is echter geen uitspraak gedaan. Dit betekent dat de huidige strenge eisen van Europa ongewijzigd kunnen blijven. Het Voedingscentrum wijst erop dat deze regels de veiligheid en de voedingswaarde van genetisch gemodificeerd voedsel waarborgen.

De uitspraak van de WTO over de Europese Unie is onderdeel van een uitgebreid rapport over de wereldhandel in gentech-producten. De EU verliest het geschil van Canada, Argentinië en de Verenigde Staten, die veel genvoedsel exporteren. Het gaat hierbij om de periode 1999-2003, toen er sprake was van een zgn. moratorium. Volgens de WTO was dit in strijd met de regels voor de vrijhandel. In maart volgt de definitieve uitspraak.

Veiligheid van gentech-voedselÂ
Het Voedingscentrum verwacht niet dat de WTO uitspraak snel tot aanzienlijke veranderingen in het aanbod zal leiden. In 2004 zijn de richtlijnen van de Europese Unie voor het toelaten van genetisch gemodificeerde gewassen en ingrediënten aangepast. Sindsdien kunnen deze weer worden toegelaten, maar alleen onder strenge voorwaarden.

In Europa bestaat veel weerstand tegen genetisch gemodificeerde producten, zowel vanwege vermeende gezondheidsrisicoâs als de belasting van het milieu. Daarnaast speelt handelspolitiek mee in de afwijzende houding. De Europese Unie heeft daarom zeer strenge toelatingsprocedures voor levensmiddelen die tot stand zijn gekomen met gentechnologie. Nederlandse consumenten kunnen ervan uitgaan dat de veiligheid en de voedingswaarde van genetisch gemodificeerde levensmiddelen gewaarborgd is. Wanneer in een levensmiddel ingrediënten, additieven of aromaâs zitten die afkomstig zijn van genetisch gemodificeerde grondstoffen, moet het etiket dat vermelden.Â

Genetisch gemodificeerd voedsel in Nederland
Op dit moment zijn diverse genetisch gemodificeerde maïssoorten en één sojasoort toegestaan voor gebruik in voedsel. Verder is olie uit zeven soorten genetisch gemodificeerd koolzaad toegelaten als ingrediënt. Ook zijn enkele tientallen genetisch gemodificeerde micro-organismen toegestaan, met name schimmels en bacteriën.

In de praktijk zijn er maar weinig producten te koop met gentech-ingrediënten. Omdat veel fabrikanten bang zijn dat mensen deze producten laten staan, zijn zij overgestapt op alternatieven. In de voedingsindustrie wordt wel veel gebruik gemaakt van genetisch gemodificeerde bacteriën, schimmels en gisten voor de productie van enzymen en sommige additieven en aromaâs. Ook voor veevoer wordt op grote schaal gebruik gemaakt van gentech-gewassen.