Universiteit Utrecht

Persbericht van de Universiteit Utrecht

Wetenschapswinkel Rechten

6 februari 2006

Rood licht voor prostitutie?

Rechtspositie vrijwillige prostituees nog steeds zwak

De exploitatie van prostitutie is in 2000 door de Tweede Kamer gelegaliseerd. Met de opheffing van het bordeelverbod beoogde de wetgever onder meer de positie van de vrijwillige prostituee tegenover de exploitant te verbeteren. Vrijwillige prostituees kunnen voortaan als zelfstandige of in loondienst bij exploitanten werken. Uit onderzoek van de Wetenschapswinkel Rechten, van de Universiteit Utrecht, blijkt echter dat het nog steeds onduidelijk is wanneer een prostituee in loondienst is of als zelfstandige werkt. Indien een prostituee in loondienst werkt, heeft zij de nodige rechtsbescherming die loopt zij nu vaak mis. Op woensdag 8 februari worden twee onderzoeksrapporten hierover overhandigd aan drs. Khadija Arib, Tweede-Kamerlid van PvdA.

Uitgangspunt bij de opheffing van het bordeelverbod is de gedachte dat de prostitutiesector geen uitzonderingspositie toekomt binnen het arbeidsrecht. Vijf jaar na de legalisering van deze branche blijft er echter onenigheid bestaan over de vraag wanneer een prostituee binnen een prostitutiebedrijf in loondienst is of als zelfstandige werkt. Bij arbeid in loondienst geniet een prostituee van de volledige bescherming die het arbeidsrecht werknemers toekent, zoals vakantiedagen en loondoorbetaling bij ziekte. Dit betekent echter ook dat de exploitant als werkgever bevoegd is om instructies te geven over de te verrichten arbeid. Hiermee kan het grondwettelijke recht op lichamelijke integriteit van de prostituee worden aangetast.

Duits model: Prostitutiewet
Mr. Menachem de Jonge, auteur van het onderzoek 'Rood licht voor prostitutie in loondienst', is voorstander van het volgen van een Duits voorbeeld. In Duitsland heeft de wetgever een Prostitutiewet aangenomen. Deze wet roept een tewerkstellingovereenkomst in het leven tussen prostituee en exploitant. De Jonge: "De prostituee heeft hierdoor recht op sociale bescherming bij ziekte en werkloosheid, en kan aanspraak maken op pensioenrechten. De Duitse Prostitutiewet geeft de exploitant geen juridische instrument om de prostituee tot het verrichten van bepaalde prostitutiearbeid te bewegen." De Jonge pleit dan ook voor de introductie van een arbeidsovereenkomst in Nederland met onder meer de volgende kernmerken: een gegarandeerde minimale arbeidsduur per week, een opzegtermijn in plaats van ontslagbescherming, het recht op werknemersverzekeringen en geen gezagsbevoegdheid van de werkgever over de uit te voeren arbeid.

Symposium 'Rood licht voor prostitutie?'
Op woensdag 8 februari wordt tijdens het symposium 'Rood licht voor prostitutie?' aandacht besteed aan de strafrechtelijke en arbeidsrechtelijke aspecten van prostitutie. Tijdens deze middag worden twee onderzoeksrapporten aangeboden aan drs. Khadija Arib, Tweede-Kamerlid van PvdA. Deelnemers aan het symposium zijn onder meer het ministerie van Justitie, de Politie, GGD's, gemeenteraadsleden, kamerleden, hulpverleningsorganisaties en vertegenwoordigers van de betrokkenen. Het symposium staat onder voorzitterschap van prof. mr. Martin Moerings, hoogleraar Penologie aan de Universiteit Leiden. Voor meer informatie, kijk ook op: www.law.uu.nl/wwr (onder het kopje Nieuws en agenda).

Rapporten
'Mensenhandel, de strafrechtelijke grens van exploitatie van prostitutie', L. Otten, herzien door H. Peters, ISBN 90-5213-129-5, 115 p. 'Rood licht voor prostitutie in loondienst?', M. de Jonge, ISBN 90-5213-137-6, 70 p., Uitgever: Wetenschapswinkel Rechten, Janskerkhof 3, 3512 BK Utrecht, (030) 2537025, wewir@law.uu.nl. De samenvatting van beide rapporten en recensie-exemplaren zijn beschikbaar.

De Wetenschapswinkel Rechten heeft als taak een brugfunctie te vervullen tussen universiteit en maatschappij. Zij maakt juridisch onderzoek toegankelijk voor non-profit maatschappelijke organisaties. De Wetenschapswinkel Rechten is verbonden aan de faculteit Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Utrecht. Website: www.uu.nl/wetenschapswinkels.

Nadere informatie
Soleanie Martis, Perscommunicatie Universiteit Utrecht (030) 2532411, s.c.c.martis@uu.nl.