Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
Telefax (070) 333 40 33
2513 AA 's-GRAVENHAGE
Uw brief Ons kenmerk
06-SZW-B-002 UB/A/2006/8959
Onderwerp Datum
Begroting UWV 2006 7 februari 2006
Ten behoeve van het algemeen overleg over de tiende Voortgangsrapportage SUWI op 15
februari a.s. heeft de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid mij verzocht
cijfermatig te onderbouwen waarom ik de in het jaarplan UWV 2006 opgenomen begroting
2006 niet heb gehonoreerd. De commissie wenst daarbij specifiek te vernemen of en welke
taakstellingen hierbij een rol hebben gespeeld. Bij deze treft u een schriftelijke reactie op dit
verzoek aan.
Op 29 april 2005 heb ik UWV middels de zogeheten meibrief aangegeven binnen welke
financiële kaders UWV de activiteiten in 2006 dient te organiseren. Het in de meibrief
UWV opgenomen financiële kader voor 2006 bedraagt in totaal 1635,3 miljoen. In dit
kader is de SUWI-efficiencytaakstelling van 25% verwerkt. Tevens is in dit kader rekening
gehouden met de kosten en baten van in eerdere jaren vastgesteld nieuw beleid, waaronder
Walvis/Wfsv.
Het is gebruikelijk dat het financiële kader in de meibrief nog een aantal PM-posten bevat.
Dit betreft de effecten van nieuwe wet- en regelgeving, de volume-effecten en de
loon/prijsontwikkeling. Deze PM-posten worden in de periode voorafgaand aan de
aanbieding van het definitieve jaarplan ingevuld. De effecten van nieuwe wet- en
regelgeving in 2006 betreffen onder meer het effect op de uitvoeringskosten van
aanpassingen in de WW, de WIA en de implementatiekosten van de WIA. Wat betreft de
volume-effecten vormen de macro-economische veronderstellingen van het Centraal
Planbureau (MEV) het uitgangspunt. Voor de loon/prijsontwikkeling zijn de rijksbrede
indices van het Ministerie van Financiën leidend.
Het geactualiseerde financiële kader dat ik na verwerking van bovenstaande PM-posten
voor de begroting UWV 2006 heb vastgesteld, komt op totaalniveau op 1765,6 miljoen.
Dit is inclusief het op 28 oktober 2005 door mij toegezegde extra bedrag van 87 miljoen
ten behoeve van de zorgvuldige uitvoering van de herbeoordelingsoperatie.
Op 30 september 2005 heeft UWV mij het definitieve jaarplan 2006 aangeboden. De
begroting 2006 die hierin is opgenomen, bedraagt op totaalniveau 1928,3 miljoen.
2
Het verschil tussen het begrotingskader 2006 dat ik voor UWV heb vastgesteld en de door
UWV ingediende begroting bedraagt op totaalniveau derhalve 162,7 miljoen. Dit verschil
van inzicht komt bij verschillende onderdelen van de UWV-begroting naar voren.
Over de noodzaak tot aanvullende financiering heeft uitgebreid ambtelijk overleg met UWV
plaatsgevonden. Dit overleg heeft nog onvoldoende transparante informatie opgeleverd om
een beslissing te nemen over de begroting 2006. In goed overleg met UWV heb ik daarom
besloten om de goedkeuring van het jaarplan en de begroting 2006 op te schorten en externe
expertise in te huren om meer duidelijkheid te verschaffen over de verschillen van inzicht
tussen SZW en UWV inzake de uitvoeringskosten. Ik zal u met de meizending, die u op de
derde woensdag van mei wordt aangeboden, informeren over deze uitkomsten en de
consequenties voor het jaarplan en de begroting 2006 van UWV.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid