Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Bijlage 2

Overzicht van de maatregelen/activiteiten gericht op de verbetering van de arbeidsmarktpositie van etnische minderheden

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ontplooit diverse activiteiten die gericht zijn op de verbetering van de arbeidsmarktpositie van etnische minderheden. Er zijn generieke activiteiten, waarvan allochtonen en jongeren naar evenredigheid profiteren. Aanvullend zijn er activiteiten speciaal gericht op jongeren en activiteiten speciaal gericht op allochtonen. Voor het eerste is de Taskforce Jeugdwerkloosheid ingesteld om 40.000 jeugdbanen te genereren. Voor het tweede wordt ondermeer gewerkt aan het tegengaan van negatieve beeldvorming en discriminatie van etnische minderheden op de arbeidsmarkt, en waar nodig wordt tijdelijk, aanvullend specifiek beleid gevoerd. Hieronder zal eerst een korte schets worden gegeven van het generieke beleid en zal daarna worden ingegaan op de specifieke activiteiten van de Taskforce Jeugdwerkloosheid en op de activiteiten voor allochtonen.


1. Generiek beleid

De hervormingsagenda van het kabinet heeft als vertrekpunt: meer mensen aan het werk. Werk biedt mensen de gelegenheid hun talenten te ontplooien en verder te ontwikkelen. Werk bevordert de integratie, het biedt mensen sociale contacten en betrekt hen bij de samenleving. De eigen verantwoordelijkheid van mensen staat hierbij voorop, de overheid ondersteunt en stimuleert.
Het jaar 2006 wordt het jaar waarin de eerste vruchten van de hervormingen kunnen worden geplukt. Door de verbetering van de conjunctuur en de economische groei is te zien dat het aantal banen in het derde kwartaal van 2005 licht is toegenomen. De werkgelegenheid volgt de economische groei altijd met enige vertraging. Daardoor zal het herstel van de arbeidsmarkt in 2006 naar verwachting duidelijker zichtbaar zijn in een toename van het aantal banen. Het CPB verwacht voor 2006 dat per saldo de groei van de werkgelegenheid groter zal zijn dan de groei van de beroepsbevolking, zodat de werkloze beroepsbevolking licht zal afnemen.

In het kabinetsbeleid staat de noodzaak centraal van een stelsel van werk en inkomen dat mensen goed toerust voor de arbeidsmarkt, dat stimuleert om te participeren en dat prikkelt om zelf verantwoordelijkheden te nemen. Daarbij is een aantal thema's van belang: er moet een activerende sociale zekerheid zijn, een arbeidsmarkt die kansen biedt, werken moet een aantrekkelijk perspectief zijn en kwaliteit en maatwerk zijn nodig in de uitvoering.

Een activerende sociale zekerheid nodigt uit tot (hernieuwde) deelname aan de arbeidsmarkt. De nieuwe Wet inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) is hier een voorbeeld van. In de wet ligt de nadruk niet langer op iemands beperkingen, maar op zijn of haar mogelijkheden.

Daarnaast is, ter optimalisatie van de reïntegratiemarkt, een doelstelling geformuleerd voor alle trajecten (WW, WAO, Bijstand en NUG) om 25 % meer duurzame uitstroom te realiseren.

Een arbeidsmarkt die kansen biedt is het tweede thema. Daarbij is ondermeer van belang dat er voldoende aandacht is voor scholing, voor werkzoekenden die een tussenstap nodig hebben op weg naar de arbeidsmarkt en voor gelijke kansen op de arbeidsmarkt.
---

Om het leren van volwassenen een extra impuls te geven heeft het kabinet de Projectdirectie Leren & Werken per 1 maart 2005 opgericht. Voor de inrichting van duale trajecten, EVC en extra leerwerkplekken is in 2006 5 miljoen beschikbaar gesteld. Daarnaast geldt de maatregel afdrachtvermindering onderwijs, gericht op het creëren van meer leerarbeidsplaatsen door verlaging van de loonkosten. Dit is een fiscale faciliteit voor werkgevers als tegemoetkoming om voormalig werklozen op te leiden tot het niveau van de startkwalificatie en EVC-trajecten.

Er is een tijdelijke financieringsregeling voor ID banen, die benut zal worden voor het regulier maken van de ID banen, zodat de zittende werknemers in ID- en WIW-banen door kunnen stromen naar ongesubsidieerde, structurele banen.

De sociale werkvoorziening wordt gemoderniseerd. Het is erop gericht de arbeidsparticipatie van personen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking, die uitsluitend onder aangepaste omstandigheden tot arbeid in staat zijn te bevorderen.

Gemeenten krijgen met de participatiebanen een extra instrument in handen om bijstandsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt te activeren. De participatiebanen zijn specifiek bedoeld voor uitkeringsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt van wie niet kan worden verwacht dat zij op korte termijn doorstromen naar reguliere arbeid; belangrijkste doelgroep zijn WWB'ers. Gemeenten bepalen zelf of zij participatiebanen willen inzetten. Het doel van de participatiebanen is om werklozen door te laten stromen naar een volgende trede op de ladder waarbij het accent meer ligt op arbeidsactivering (bijv. leerwerktrajecten, scholing, taalcursussen) of arbeidstoeleiding (bijv. bemiddeling, sollicitatiecursus) en uiteindelijk naar reguliere arbeid. Momenteel wordt gewerkt aan de benodigde wetswijziging die per 1 januari 2007 in moet gaan.

De afgelopen jaren zijn diverse maatregelen genomen om de armoedeval te verminderen en om (laagbetaald) werk lonender te maken. Een voorbeeld daarvan zijn de arbeids- en combinatiekortingen, die alleen ten goede komen aan werkenden en daarmee het financiële verschil met de uitkeringssituatie vergroten. In 2006 worden deze kortingen opnieuw verhoogd. Daarnaast worden ook andere maatregelen genomen ter vermindering van de armoedeval.

Het stimuleren van een grotere arbeidsdeelname van alle bevolkingsgroepen heeft voor het kabinet hoge prioriteit. Daarom moet werk een aantrekkelijk alternatief zijn. Daarvoor heeft SZW een aantal specifieke activiteiten ondermeer voor jongeren en allochtonen. Deze zullen verderop in dit overzicht besproken worden.

Van belang is dat arbeid en zorg gecombineerd kunnen worden. Werknemers moeten daartoe gefaciliteerd worden. SZW zorgt voor een adequaat stelsel van verlofarrangementen en een stelsel van toegankelijke en verantwoorde kinderopvang. Voorbeelden zijn het vergroten van de beschikbaarheid van kinderopvang en de Wet arbeid en zorg, waarin een nieuw langdurig zorgverlof wordt geregeld.

Het uiteindelijke succes van beleid wordt voor een groot deel bepaald in de uitvoering. Kwaliteit en maatwerk is daarbij van groot belang. Dit komt onder meer tot uitdrukking in de Sluitende Aanpak, waarbij uitstroom van jongeren wordt bevorderd vóór zes maanden werkloosheid. Dit is een actieve op maat gesneden aanpak voor mensen die niet zelfstandig aan de slag komen. Gemeenten, CWI, UWV en werkgevers hebben de verantwoordelijkheid en de middelen om individuele ondersteuning te geven bij bemiddeling, sollicitatietraining, stages en scholing.


---

2. Inzet Taskforce Jeugdwerkloosheid

De Taskforce Jeugdwerkloosheid moet ervoor zorgen dat er in 2007 40.000 extra jeugdbanen bijkomen en dat werkloze jongeren en voortijdig schoolverlaters binnen een half jaar terug naar school gaan of werk hebben. Daarbij ontplooit de Taskforce verschillende activiteiten.

Algemeen
Regionale bestrijding van de jeugdwerkloosheid waardoor die jongeren geholpen worden die bij een gemeente of CWI bekend zijn als werkzoekend. Hierdoor worden die jongeren geholpen die het nodig hebben.

Aanpak

· Realiseren van jeugdbanen;

· Preventieve kant van de bestrijding van jeugdwerkloosheid: opleidings- en beroepskeuze;

· Tweede Kans Beroepsonderwijs: sectoren en gemeenten bundelen hun middelen om jongeren te laten instromen in een Leerbaan;

· Versterken lokale samenwerking: Leerbaanoffensief en Jongerenloketten;
· Oplossingen zoeken voor structurele problemen:

o flexibele instroom van leerlingen gedurende het schooljaar;
o het ontbreken van een verantwoordelijkheidsverdeling bij het zoeken en vinden van een leerbaan;

o het ontbreken van inzicht in de beschikbaarheid van
beroepspraktijkvormingsplaatsen en het aantal jongeren dat zo'n plaats zoekt.

Bovenstaande aanpak en acties komen zowel ten goede aan autochtone als aan allochtone jongeren. Bij een aantal acties die voortkomen uit de aanpak van de Taskforce is sprake van directe betrokkenheid van jongeren. Hieronder volgt een overzicht. Een aantal van die acties is specifiek voor allochtone jongeren.

Acties van de Taskforce Jeugdwerkloosheid waar allochtone jongeren direct bij betrokken zijn:

· Actiedagen in samenwerking met gemeenten;

· Jongerenactieweek CWI;

· 2e Kans Beroepsonderwijs: werken en een opleiding voor werkzoekende jongeren;
· Accrediteren van allochtone ondernemingen als erkend leerbedrijf;
· Regionale uitvoering van Adopteer een CV: Allochtone jongeren worden geïntroduceerd in het netwerk van ondernemers;

· Inrichting servicepunt bij CWI voor bemiddeling hoogopgeleide allochtonen wordt voorbereid.


3. Activiteiten gericht op allochtonen

Binnen SZW worden verschillende activiteiten ontplooid gericht op de arbeidsparticipatie van allochtonen. Zo zijn uit het Breed Initiatief Maatschappelijk Binding (BIMB), dat het kabinet begin 2005 heeft gestart om het sociale klimaat te verbeteren en de binding van burgers met de samenleving te versterken, verschillende projecten voortgekomen. Ook zijn er de ESF en Equal programma's gericht op het voorkomen uitval uit arbeid en inschakeling in reguliere arbeid, inburgering en integratie van allochtonen. De projecten worden vanuit SZW gecofinancierd. Daarnaast is er binnen SZW nog een groot aantal andere activiteiten gericht
---

op allochtonen. Hieronder vindt u een overzicht van de diverse activiteiten onderverdeeld in verschillende doelgroepen.

JONGEREN

Pilot ABU/CWI/gemeenten
ABU (de brancheorganisatie van uitzendbureaus) en CWI zijn met subsidie van SZW gestart met een project, waarbij moeilijk bemiddelbare jongeren zonder uitkering (waaronder veel allochtone jongeren) die zich bij een uitzendbureau melden via het CWI aan passende scholing of een ander reïntegratietraject worden geholpen. De jongeren, die anders niet door de uitzendbureaus bemiddeld zouden worden, worden nu door middel van warme overdracht doorverwezen naar het CWI. Het project is gestart in oktober 2005 en loopt t/m april 2006. De bedoeling is dat in mei 2006 een evaluatie wordt gehouden van het project waarbij ook een advies voor de toekomst wordt gegeven. Er zijn op dit moment 9 gemeenten waar de samenwerking goed op gang is gekomen; Leeuwarden, Groningen, Enschede, Deventer, Dordrecht, Amsterdam, Breda, Purmerend en Helmond. Inzet is dat eind februari 14 gemeenten meedraaien in het project.

Project `on stage'/coaching van VMBO jongeren
Op initiatief van de brancheorganisatie van reïntegratiebedrijven Borea en de Taskforce Jeugdwerkloosheid gaan reïntegratiebedrijven belangeloos VMBO-scholen adopteren. Het project is gestart in het schooljaar 2005/2006. Borea heeft samen met de Taskforce Jeugdwerkloosheid en het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO) een voorstel uitgewerkt om ervoor te zorgen dat jongeren op VMBO-scholen zicht krijgen op hun kansen op een baan. Coaches zullen jongeren onder hun hoede nemen om hen te helpen hun weg te vinden op de arbeidsmarkt. SZW subsidieert het project. Het project loopt tot het einde van het schooljaar 2005/2006. 22 reïntegratiebedrijven nemen deel aan het project en zijn gekoppeld aan verschillende VMBO-scholen. Duizend jongeren zullen in het schooljaar 2005/2006 worden gecoacht of stage lopen.

Proefondernemen in de praktijk
VNO-NCW is met subsidie van SZW een project gestart waarin werkloze allochtonen die de ambitie hebben een eigen bedrijf te beginnen, op weg worden geholpen. Stap één is dat in kleine groepjes onder begeleiding een bedrijf wordt opgezet. Er wordt een ondernemingsplan opgesteld, een bankrekening geopend en de bedrijfsvoering wordt georganiseerd. Hierdoor kunnen de deelnemers het ondernemerschap ontdekken: ze maken kennis met het ondernemerschap en ze ontwikkelen relevante vaardigheden. In een aantal gemeenten zal gestart worden met pilots. Uiteindelijk doel is dat 300 allochtone werklozen gaan meedoen, waarvan er 100 uiteindelijk echt een eigen bedrijf beginnen. Dit project sluit aan bij de BIMB actiepunten op het terrein van ondernemerschap. In januari zijn de voorbereidingen gestart en wordt besloten in welke regio's het project zal gaan lopen. Het project loopt tot eind 2006.

Coachingstraject hoogopgeleide allochtone jongeren
Forum en De Baak hebben met subsidie van SZW en de Taskforce Jeugdwerkloosheid gezamenlijk een coachingstraject voor hoogopgeleide allochtone jongeren opgezet. Het doel is deze jongeren weerbaarder te maken en te introduceren in netwerken van ondernemers. Het project richt zich in eerste instantie op Marokkaanse jongeren. Op 25 november 2005 heeft een startbijeenkomst van het project plaatsgevonden. Daar bleek dat er veel animo onder Marokkaanse jongeren was voor het coachingstraject. Uiteindelijk zijn 41 jongeren geselecteerd om door 7 topbedrijven gecoacht te worden. Deelnemende bedrijven zijn KPN, TPG Post, Cap Gemini, Red Bull, de gemeente Utrecht, Vitae en Nuon. Alle organisaties doen mee om zelf ook iets van de doelgroep te leren en erkennen dat diversiteit in organisaties steeds belangrijker wordt. Het project loopt tot september 2006. De Baak heeft gemerkt dat er
---

ook bij andere bedrijven veel enthousiasme is om jongeren te gaan coachen. De Baak kijkt nu naar de mogelijkheden om werknemers van de bedrijven met interesse op te leiden tot coaches.

ECHO Talent base voor stages
ECHO, Expertisecentrum diversiteit, start met subsidie van SZW een project voor een 'Talent base' voor stages. Doel is bij te dragen aan een oplossing voor de stageproblematiek van allochtone studenten. ECHO gaat een behoefte-inventarisatie naar stageplekken doen onder hogescholen en universiteiten. Aan de hand daarvan zal de bestaande ECHO Talent base worden uitgebreid voor stages en zullen werkgevers worden aangeschreven om stages beschikbaar te stellen.
Het project loopt tot eind 2007. Eerst zal de behoefte inventarisatie worden gehouden. Stagecoördinatoren van verschillende hogescholen en universiteiten zullen worden benaderd om te inventariseren welke behoeften er bestaan ten aanzien van stages. Daarbij zal onder meer worden gekeken naar de eisen die de instellingen aan werkgevers stellen bijvoorbeeld wat betreft kwaliteit van de opdracht en stagevergoeding. Daarna zal ECHO de Talent base voor stages opzetten. Naast de behoefte inventarisatie bij de onderwijsinstellingen zullen verschillende bedrijven worden benaderd om stages beschikbaar te stellen. Daarnaast zal ook aandacht besteed worden aan de voorbereiding en begeleiding van stagiairs en de voorbereiding van stagebegeleiders en werkgevers. Ook zal een stage barometer worden ontwikkeld waarop wordt bijgehouden hoeveel bedrijven meewerken, hoeveel studenten zijn ingeschreven en hoeveel studenten via de Talent base een stageplek hebben gevonden. Er zal ook actief worden gezocht naar middelen om de Talent base na afloop van de subsidieperiode voort te zetten.

Empowerment allochtone jongeren/doorbreken van negatieve beeldvorming (DIVAZ) Diverse Vrouwen Aan Zet (DIVAZ, succesvolle allochtone vrouwen) gaan met subsidie van SZW jonge allochtonen op MBO- en HBO- opleidingen inzicht en handvatten bieden met behulp van rolmodellen. In een interviewbundel worden alle tips, trucs en aanbevelingen opgenomen. Doel is de interviewbundel breed te verspreiden. DIVAZ wil tevens jonge allochtonen en werkgevers aan elkaar matchen en de (negatieve) beeldvorming rondom allochtone werknemers doorbreken door het organiseren van een grote inspirerende dag getiteld `Talenten op de werkvloer'.
Het project loopt tot medio 2006. DIVAZ benadert rolmodellen voor de interviewbundel door gebruik te maken van het uitgebreide netwerk van de leden van het DIVAZ netwerk. De conferentie Talenten op de werkvloer is gepland op 8 juni 2006. Voor de conferentie worden allochtone studenten en starters op de arbeidsmarkt en werkgevers uitgenodigd. De jongeren zullen tijdens de conferentie zelf aan de werkgevers laten zien waarom zij een meerwaarde hebben voor de bedrijven.

Onderzoek Forum hoogopgeleide allochtone jongeren
Tijdens de werktop tussen kabinet en sociale partners op 1 december 2005 is afgesproken dat het kabinet Forum zal verzoeken allochtone HBO/WO studenten te volgen om antwoord te krijgen op de vraag waarom deze studenten na hun afstuderen meer problemen ondervinden bij het verkrijgen van een betaalde baan dan autochtone HBO/WO afgestudeerden.

VROUWEN

Project Samenleving & Bedrijf voor allochtone vrouwen
Naar aanleiding van de door haar met de commissie PaVEM gesloten overeenkomst start Samenleving & Bedrijf - een landelijk netwerk van grootbedrijven - een project met als uiteindelijk doel om een substantieel aantal allochtone vrouwen aan een baan te helpen,
---

ondersteund met coaching of mentoraat, en taalvaardig te maken op niveau NT2. TPG Post is trekker van het project en is inmiddels een kwartiermakerfase gestart.

Regiegroep "Allochtone vrouwen en arbeid"
Per 1 februari 2006 is een orgaan ingesteld dat stimulerend en sturend zal optreden bij het vertalen van de PaVEM - afspraken naar concrete resultaten, om zo de beweging die in gang is gezet, voort te zetten: de Regiegroep `allochtone vrouwen en arbeid'. De Regiegroep is ingesteld tot eind 2007. Leidend binnen de Regiegroep zijn de afspraken die de commissie PaVEM maakte met gemeenten, werkgevers en uitvoeringsinstanties op het gebied van `werk'. Binnen de Regiegroep zijn deze partijen ook vertegenwoordigd. De Regiegroep levert als geheel een impuls voor het uitvoeren van de afspraken, met als uiteindelijk doel dat meer allochtone vrouwen aan het werk gaan.

Bemiddelingsmethodieken allochtone vrouwen
In samenwerking met de Commissie PaVEM hebben CWI en TNO groepsgewijze bemiddelingsmethodieken voor allochtone en herintredende vrouwen ontwikkeld. Het gaat om ZZ Top en Life Skills. De methodieken zijn verschillend: ZZ Top is een traject van een half jaar en is gericht op het vergroten van de zelfwerkzaamheid en zelfredzaamheid voor het vinden van een baan. Life Skills is een vijfdaagse workshop, gericht op het ontwikkelen van toekomstplannen en het tot actie komen om passend werk te vinden.

VLUCHTELINGEN

Banenoffensief vluchtelingen
VluchtelingenWerk Nederland heeft samen met UAF, Emplooi en CWI en met subsidie van SZW een banenoffensief voor vluchtelingen gestart. Doel van het project is om in 3,5 jaar 2600 extra vluchtelingen naar werk te bemiddelen. In het najaar van 2005 zijn de eerste 70 plaatsingen al gerealiseerd.
Het banenoffensief loopt tot eind 2008. Arie Kraaijeveld is benoemd als ambassadeur van het banenoffensief. Hij gaat in gesprek met werkgevers en gemeenten om ze te laten meedoen met het banenoffensief.

Communicatiecampagne hoger opgeleide vluchtelingen
Daarnaast start UAF met behulp van een communicatiebureau een publiciteitscampagne over hoog opgeleide vluchtelingen. Enerzijds komt er een campagne gericht op werkgevers en HRM-functionarissen om hen bekend te maken met het potentieel onder hoog opgeleide vluchtelingen, anderzijds komt er een publicatie, met name bedoeld voor gemeenteambtenaren, die een reëel beeld geeft van de mogelijkheden en knelpunten voor vluchtelingen bij hun participatie op de arbeidsmarkt.
Dit project loopt tot medio 2006. In het kader van de campagne gericht op werkgevers zullen er verschillende producten worden ontwikkeld om werkgevers te informeren. Daarbij kan gedacht worden aan een inlegvel voor vakbladen en een internetsite. De publicatie die met name bedoeld is voor gemeenteambtenaren zal worden ontwikkeld en verspreid onder gemeenten. Daarnaast worden andere middelen gezocht die ook kunnen bijdragen aan het informeren van gemeenteambtenaren.

Onderzoek arbeidsmarktpositie hoger opgeleide vluchtelingen
SZW heeft Regioplan gevraagd een onderzoek te verrichten naar de arbeidsmarktpositie van hoger opgeleide vluchtelingen. Achtergrond is dat de werkloosheid onder hoger opgeleide vluchtelingen veel hoger is dan op basis van hun opleiding en elders verworven competenties zou verwachten. De arbeidsmarktpositie van hoger opgeleide vluchtelingen is vergeleken met zowel de autochtone als de (overige) allochtone beroepsbevolking zeer ongunstig. Doel van
---

het onderzoek is een goed beeld te krijgen van het aantal hoger opgeleide vluchtelingen in Nederland, hun positie op de arbeidsmarkt en de belemmeringen die zij ervaren om op eigen niveau duurzaam werk te vinden.

Diverse projecten voor vluchtelingen
Naast de in het overzicht genoemde projecten ontplooit SZW diverse activiteiten voor vluchtelingen. De afgelopen jaren is ingezet op verbetering van de voorwaarden voor arbeidsparticipatie van vluchtelingen. Zo is er aandacht voor een goede dossiervorming in de asielfase (COA) en bemiddelt het CWI bij de waardering van buitenlandse diploma's (IDW) en de erkenning van Eerder Verworven Competenties (EVC). Hiermee wordt bereikt dat de talenten van hoogopgeleide vluchtelingen in een vroeg stadium worden herkend en erkend. Op het terrein van EVC heeft SZW een onderzoek van het kenniscentrum EVC naar de ontwikkeling van EVC-methodieken voor hoger opgeleide vluchtelingen en asielzoekers mede gefinancierd. Eind 2005 is dit onderzoek afgerond.
Ook wordt er gewerkt aan het opstarten van projecten waarbij in drie jaar tijd minimaal 300 hoger opgeleide vluchtelingen (technici, medici en leraren) via maatwerktrajecten op hun eigen niveau duurzaam naar werk worden geleid.

DISCRIMINATIE

Aanbevelingen STAR en discriminatiemonitor
Tijdens de werktop tussen kabinet en sociale partners op 1 december 2005 zijn afspraken gemaakt op het terrein van de arbeidsparticipatie van allochtonen. Afgesproken is onder meer dat de Stichting van de Arbeid aanbevelingen zal opstellen ten behoeve van CAO-partijen en bedrijven over het in bedrijven te voeren minderhedenbeleid en tot het tegengaan van discriminatie (werving en selectie, ongelijke behandeling, diversiteitsbeleid, rol medezeggenschapsorganen). Deze aanbeveling wordt begin 2006 verwacht.
Ook is afgesproken dat werkgevers- en werknemersorganisaties zich inzetten om een bijdrage te leveren aan de totstandkoming van een door het kabinet op te zetten landelijke discriminatiemonitor arbeidsmarkt. Binnen SZW worden op dit moment ­ in overleg met Justitie ­ voorbereidingen getroffen om te komen tot een landelijke discriminatiemonitor arbeidsmarkt.

Campagne `Discriminatie? niet met mij!'
De Campagne `Discriminatie? niet met mij!' is de opvolger van de Campagne `Discriminatie? Bel gelijk!'. De nieuwe campagne is voor 80% gefinancierd uit het Europese Actieprogramma ter bestrijding van discriminatie (artikel 13 EG-Verdrag) en voor 20% gezamenlijk door de ministeries van BZK, VWS, Justitie (V&I) en SZW. Deze campagne, die is uitgevoerd door onder andere het Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie, richt zich in eerste instantie op personen die kwetsbaar kunnen zijn voor discriminatie en ongelijke behandeling. De campagne verschaft deze personen informatie over hoe zij met discriminerend gedrag kunnen omgaan op zodanige wijze dat het hen zo min mogelijk belemmert in hun functioneren en dat zij tegenwicht kunnen bieden aan personen die discriminerend gedrag al dan niet bewust vertonen. In tweede instantie richt de campagne zich op de omgeving waarin discriminerend gedrag kan plaatshebben.
Er is een brochure `Discriminatie? Niet met mij!' ontwikkeld met praktische tips over de aanpak van discriminatie. Het eerste exemplaar van deze brochure is mij op 31 januari jl. overhandigd. Daarnaast wordt er een reader uitgebracht met specifieke informatie voor organisaties over het tegengaan van discriminatie.

Psychologische tests

---

Ter bevordering van een zorgvuldig werving- en selectiebeleid zijn door het LBR met subsidie van SZW richtlijnen voor het gebruik van psychologische tests ontwikkeld gericht op het waarborgen van gelijke kansen van etnische minderheden. Deze publicatie is aan de Kamer aangeboden bij brief van 23 augustus 2005.

ALGEMEEN

Gesprekken op de werkvloer
De FNV is met subsidie van SZW een project gestart voor het op gang brengen van gesprekken op de werkvloer. Doel is om werknemers uit verschillende etnische minderheidsgroepen en autochtone werknemers te stimuleren met elkaar in gesprek te gaan over de verschillen tussen culturen en de invloed daarvan op de onderlinge verhoudingen op de werkvloer; het samenwerken zo prettig mogelijk te maken en daarmee de integratie op de werkvloer te bevorderen; en vooroordelen te bespreken die bij elke etnische groep aanwezig zijn ten opzichte van de andere etnische groep(en). In 2006 moeten binnen 30 arbeidsorganisaties dergelijke gesprekken worden gevoerd. Momenteel wordt geïnventariseerd welke sectoren zullen deelnemen. Het project loopt tot medio 2007. In 2007 zal, naast het voortzetten van de gesprekken, worden gewerkt aan aanbevelingen op het terrein van onder meer het opzetten van voorlichtingscampagnes over racisme en het verrichten van kleine onderzoeken naar de positie van etnische minderheden op de werkvloer.

Mobiliseren van personeelsfunctionarissen
De Nederlandse Vereniging voor Personeelsmanagement & Organisatieontwikkeling (NVP), heeft in samenwerking met ABU en FNV een initiatief ontwikkeld in het kader van `meer openheid op de arbeidsmarkt'. Het project beoogt een warme overdracht van CV's door uitzendconsulenten aan personeelsfunctionarissen van allochtone kandidaten te realiseren en een gecoördineerde aanpak ter verbetering van de arbeidsmarktpositie van allochtonen. Verder streeft men naar professionalisering van werving en selectie, die vrij is van discriminatie, en naar een hogere participatie van allochtonen in ondernemingsraden en vakbonden. Tijdens een te organiseren congres worden de resultaten gepresenteerd om zo draagvlak en continuïteit van acties te realiseren. Voor dit congres is samenwerking gezocht met het Landelijk Netwerk Diversiteitsmanagement Div. Het project loopt tot medio 2006. Voor de uitvoering van het project is een werkgroep opgezet met betrokkenen van ABU, FNV, NVP en SZW.

Contest Inspiratie voor integratie (De Baak, TANNET, SZW, V&I)
De Baak heeft in samenwerking met het Turks Academisch Netwerk (TANNET) een landelijke wedstrijd georganiseerd, de Contest Inspiratie voor Integratie. 15 kandidaten kregen de kans een project uit te voeren. De 15 geselecteerden werden ondersteund met een leertraject met behulp van Baak Coaching en een financiële ondersteuning van 1000 euro. 24 oktober 2005 was de prijsuitreiking. Winnaar is geworden Sezayi Zanlier. Hij reisde met zijn inspiratieteam het hele land door en inspireerde zo honderden leerlingen van het VMBO om door te gaan met leren. In 2006 zal hij zijn missie richting VMBO-jongeren voort blijven zetten.
De Contest Inspiratie voor Integratie zal jaarlijks worden georganiseerd. De eerste Contest heeft zijn functie, het scheppen van een positief klimaat voor wederzijdse integratie, en het bieden van een podium voor rolmodellen die zich willen inzetten voor meer integratie van zoveel mogelijk groepen in Nederland, bewezen. SZW beziet voor 2006 op welke wijze een verdere bijdrage aan de Contest Inspiratie voor Integratie gegeven kan worden. Daarnaast bekijken de organisatoren van de wedstrijd nu de mogelijkheden om een project voor biculturele coaching te starten.


---

Hogere participatie van allochtonen in vakbonden en ondernemingsraden
Tijdens de werktop tussen kabinet en sociale partners op 1 december 2005 is afgesproken dat werknemersorganisaties zullen streven naar een hogere participatie van allochtone werknemers in vakbonden en ondernemingsraden, omdat dit de integratie bevordert.

Onderzoek RWI hoogopgeleide allochtonen
Tijdens de werktop tussen kabinet en sociale partners op 1 december 2005 is afgesproken dat aan RWI gevraagd een samenhangend onderzoek te verrichten naar de gehele groep hoger opgeleide allochtonen, waarbij het doel is dat RWI met een advies komt over hoe de geconstateerde problemen kunnen worden opgelost.
Voor het eerste onderzoek worden de voorbereidingen binnenkort gestart. Het tweede onderzoek bevindt zich in de voorbereidende fase.

Landelijk Netwerk Diversiteitsmanagement Div
In mijn brief van mei 2005 (Tweede Kamer 2004-2005, 27 223, nr 66, de kabinetsreactie op het onderzoek "Etnische minderheden op de arbeidsmarkt"), heb ik aangekondigd dat het Landelijk Netwerk Diversiteitsmanagement (Div), als onderdeel van haar werkzaamheden het overlegplatform "Samenwerken aan integratie op de werkvloer"zal faciliëren. Daarnaast heb ik in de brief aangekondigd dat Div jaarlijks een markt zal organiseren met deelname van alle partijen van het overlegplatform. Doel van de markt is om goede voorbeelden, nieuwe instrumenten en nieuwe informatie te delen en te verspreiden. Deze markt is in 2005 op 16 november onder de slogan: "Diversiteit in Bedrijf" door Div georganiseerd (in samenwerking met de gemeente Amsterdam) en zal in 2006 opnieuw plaatsvinden. Tussentijds zijn bijeenkomsten met de projectleiders van het overlegplatform voorzien. In het algemeen zal Div zich in 2006 sterk op etniciteit richten in haar eigen activiteiten en in bijdragen aan activiteiten van andere partijen.
De website www.Div-management.nl is het afgelopen jaar fors uitgebreid met informatie, goede voorbeelden en verwijzingen naar partijen en organisaties die bijdragen aan bewustwording van nut en noodzaak van diversiteitsbeleid, vooral op het gebied van etnische minderheden.

Onderzoek succesfactoren allochtonen
SZW heeft SEOR gevraagd onderzoek te doen naar de factoren die een rol hebben gespeeld bij de sociale stijging van allochtonen in Nederland. Doel van het onderzoek is bij te dragen aan de kennis die het mogelijk maakt om succesbevorderende factoren te vergroten. Centrale vraag daarbij is hoe het opgedane inzicht kan worden vertaald in arbeidsmarktbeleid. De factoren herkomstmilieu, opleidingsniveau, individuele eigenschappen, sociale hulpbronnen, bijzondere arbeidsmarktfactoren zoals arbeidsmarktbeleid en multiculturalisering van de arbeidsorganisatie en de rol van de overheid (lokaal, nationaal) worden expliciet meegenomen.

---