Rivierengebied veilig voor hoogwater (persbericht) (06-02-2006)
De dijken in het gebied van Waterschap Rivierenland bieden vrijwel
overal goede bescherming tegen het rivierwater van Maas, Rijn, Lek,
Waal en Merwede. Op enkele plaatsen scoren de dijken net onder de norm
of is extra onderzoek nodig. Dit blijkt uit de uitgebreide toetsing,
die Waterschap Rivierenland elke vijf jaar uitvoert. Het waterschap
start dit jaar nog met de aanpak van de tekortkomingen.
Waterschap Rivierenland zorgt voor veilige dijken in het
rivierengebied. Naast de halfjaarlijkse controle tijdens de schouw
toetst het waterschap elke vijf jaar de kwaliteit van de dijken
volgens de regels van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Dat is
nodig omdat dijken altijd een beetje in beweging blijven en door de
jaren heen bijvoorbeeld licht kunnen zakken. Bovendien worden nieuwe
inzichten en rekenmethoden in de toetsing verwerkt, waardoor de
toetsing nog meer waardevolle informatie oplevert. Zo weet het
waterschap waar verbeteringen nodig zijn en welke prioriteit ze moeten
krijgen. Door de voortdurende wisselwerking tussen toetsing en
verbetering blijven de dijken op orde.
Veiligheidsoordeel dijken
De dijken moeten bestand moeten zijn tegen waterstanden die optreden,
wanneer via de Rijn bij Lobith 15.000 kubieke meter water per seconde
Nederland binnenkomt. Uit de beoordeling door Waterschap Rivierenland
blijkt dat de meeste dijken aan deze norm uit 1996 voldoen. Van de 550
kilometer dijk die het waterschap langs de grote rivieren in beheer
heeft, voldoet 99,2% van de dijkvakken aan de eisen voor de hoogte,
krijgt 94,8% een voldoende voor de stabiliteit en is de bekleding van
de dijk met gras of stenen bij 98,5% van de dijkvakken in orde.
Daarnaast maken coupures, sluizen, inlaatpunten voor water en gemalen
op sommige plaatsen deel uit van de dijk. Ook deze `kunstwerken' zijn
door het waterschap op veiligheid beoordeeld. Van de tientallen
kunstwerken voldoen er drie niet aan de veiligheidsnorm.
Programma Veiligheid
Daar waar de dijken niet helemaal aan de norm voldoen, gaat Waterschap
Rivierenland de dijken verbeteren. In een aantal gevallen is groot
onderhoud al voldoende. Op andere plaatsen zijn uitgebreidere
maatregelen nodig of extra onderzoek. Het waterschap neemt de
maatregelen en onderzoeken op in het programma Veiligheid. Hierin
staan bijvoorbeeld ook de werkzaamheden, die te maken hebben met het
project Ruimte voor de Rivier. Dit jaar start het waterschap met de
aanpak van de tekortkomingen, die uit de toetsing blijken. Voor de
volgende toetsronde in 2010 moeten alle tekortkomingen zijn opgelost.
Goed voorbereid op hoogwater
Veiligheid betekent ten eerste zorgen voor sterke en hoge dijken.
Tegelijkertijd houdt veiligheid in dat het waterschap weet waar zich
bij extreem hoogwater problemen kunnen voordoen. Dat is waardevolle
informatie, die uit de toetsing naar voren komt. Deze kennis stelt het
waterschap in staat tijdig en op de juiste plaatsen maatregelen te
treffen in de aanloop naar hoge waterstanden. Risico's blijven
daardoor beperkt.
Rekening houden met Ruimte voor de Rivier
Voor de huidige toetsing is de veiligheidsnorm van 1996 als
uitgangspunt genomen. Deze gaat uit van waterstanden die optreden bij
15.000 m3/s bij Lobith. Ter illustratie: tijdens het hoogwater van
1995 was sprake van ruim 12.000m3/s bij Lobith. Vanwege onder meer de
klimaatverandering moet er in de toekomst echter rekening worden
gehouden met grotere hoeveelheden rivierwater. In 2001 is de
veiligheidsnorm daarom verhoogd van 15.000 naar 16.000m3/s bij Lobith.
De afspraak is dat deze norm in 2015 moet worden gehaald. Om verdere,
grootschalige dijkverbeteringen zoveel mogelijk te voorkomen, heeft
het Ministerie van Verkeer en Waterstaat het project Ruimte voor de
Rivier opgestart. De doelstelling van het project houdt het geven van
meer ruimte aan de grote rivieren in. Bijvoorbeeld door dijken
landinwaarts te leggen of door uiterwaarden af te graven. De rivieren
kunnen daardoor meer water verwerken. Zodoende kunnen dijken met
gelijkblijvende hoogte een grotere hoeveelheid water keren. Wanneer
het project in haar doelstellingen slaagt, voldoen de huidige dijken
in 2015 tenminste aan de norm van 16.000m3/s bij Lobith.
Verantwoording
De toetsing is niet alleen een instrument voor Waterschap Rivierenland
om de kwaliteit van de dijken te controleren. Het waterschap legt
hiermee ook verantwoording af aan Gedeputeerde Staten van de
provincie, de toezichthouder van het waterschap. Gedeputeerde Staten
informeren vervolgens de Minister van Verkeer en Waterstaat over de
waterstaatkundige toestand van de dijken.