Gemeente Helmond
Wethouder Jan van den Heuvel
Het dagboek van Jan
Week 5
De verkiezingskoorts begint links en rechts wat op te steken. Ook bij
onze afdeling van D66 Helmond natuurlijk. Materialen zijn besteld of
komen rond deze tijd binnen, er komen uitnodigingen van kranten,
week-en wijkbladen met verzoeken om partijstandpunten kenbaar te
maken. Dus langzaam maar zeker nadert de zevende maart. Spannend, dat
wel. Elke politicus zit nu met dezelfde vragen: Hoe reageert de
Helmondse kiezer op de afgelopen vier jaar, wat zullen de oude en
nieuwe lokale partijen doen, in hoeverre spelen landelijke
ontwikkelingen een rol bij de lokale standpuntbepaling van de
Helmondse kiezer. Wat dat betreft hebben wij, als D66 Helmond, het tij
niet mee. Wij kunnen op geen enkele wijze invloed uitoefenen op de
politieke ontwikkelingen die er zich in Den Haag afspelen. Achteraf
wel natuurlijk, op congressen kun je het landelijk beleid van de D66-
fractie af- of goedkeuren, maar landelijk politieke processen
ontwikkelen zich autonoom en als je pech hebt (en dat hebben wij wat
dat betreft al heel lang gezien het dalend aantal zetels van D66)
krijg je daarvoor óók als afdeling meestal de rekening gepresenteerd.
En dat geeft een heel machteloos gevoel. Op het eind van een periode
mag, nee moet je worden afgerekend op je lokale politieke daden en je
lokale politieke prestaties van de afgelopen jaren en niet op
landelijke ontwikkelingen of incidenten vind ik.
Toch blijf ik, maar dan als bestuurder, ook de lokale voordelen zien
van een landelijke afdeling. Waar het voor lokale partijen doorgaans
heel lastig is contacten te leggen in Den Haag, te lobbyen voor
Helmondse projecten, ministers geïnteresseerd te krijgen voor
Helmondse ontwikkelingen, co-financiering los te krijgen of
medewerking te krijgen voor bijzondere pilots is het voor lokale
bestuurders van een landelijke partij juist heel gemakkelijk toegang
te krijgen tot de Haagse beleidmakers. Je kent elkaar, mailt of belt
elkaar. Ik heb de laatste vier jaar daar vele Helmondse voordelen van
mogen meemaken.
En natuurlijk, als het landelijk goed gaat met je partij, je op het
juiste moment de politieke wind in de zeilen krijgt dan profiteer je
hier lokaal van. Zonder daar iets voor te hoeven doen.
Maar al met al is dat de politieke realiteit waar je niet om heen kunt
en dus eigenlijk ook maar niet over moet klagen. Ik vertrouw en hoop
er op dat de Helmondse kiezer D66 Helmond en zijn vertegenwoordigers
op zijn daden beoordeelt.
Overgens slaat de verkiezingskoorts ook een beetje toe bij
journalisten.
Vrijdagmorgen las ik het redactioneel commentaar op mijn initiatief
eenmalig 40.000 euro ter beschikking te stellen om de impasse over het
schoolmaatschappelijk werk te doorbreken. Met een suggestieve kop
boven het artikel ("Bijsmaak") sabelt de redactie van het ED me neer
door te suggereren dat deze medewerking nogal riekt naar een
"verkiezingsstunt".
Toen ik enige weken geleden om voor mij allerlei oprechte redenen
weigerde een (gratis) parkeerontheffing af te geven voor een invalide
mevrouw, was er een redactioneel commentaar: " Zeuren", suggererende
dat ik niet zo flauw moet doen en gewoon die mevrouw haar zin had
moeten geven. Als ik die ontheffing echter wel had gegeven, had dit
ook een leuk, ander commentaar kunnen opleveren onder de kop:
"Wethouder doet aan populisme".
Zo is elke bestuurlijke beslissing, zeker in deze verkiezingstijd,
natuurlijk heel gemakkelijk te becommentariëren of in een bepaald
daglicht te zetten.
Toen ik enkele jaren geleden flink wat extra geld uittrok om scholen
in de gelegenheid te stellen het Brabants Verkeersveiligheids Label te
halen, twee jaar geleden veel extra geld uittrok om scholen in de
gelegenheid te stellen de methode "Leefstijl" aan te schaffen, iets
meer dan een jaar geleden 100.000 euro extra uittrok voor de
huisvesting van een onderwijsachterstandenschool, twee jaar geleden
extra geld uittrok voor Techniekeducatie, was er geen behoefte aan
redactioneel commentaar of een publicatie. De verkiezingen waren toen
nog niet in zicht.
En waarschijnlijk, als ik niet had voorgesteld middelen uit te trekken
om de ontstane impasse tussen scholen en het maatschappelijk werk te
doorbreken, was er in deze periode óók redactioneel commentaar
geweest. Alleen dan misschien met een andere kop en andere inhoud:
"Onderwijswethouder laat kinderen in de kou staan?"
Is er dus sprake van Verkiezingskoorts? Ja, en niet alleen bij
politici, want zon virus kan ook heel gemakkelijk journalisten
aansteken. Ik klaag overigens niet over het feit dat journalisten zich
kritisch en onafhankelijk opstellen, dat vind ik prima, dat maakt de
besluitvorming alleen maar transparanter. En dat je als wethouder
behoorlijk wat (onverwachte) wind kunt vangen, dat hoort er ook bij.
Een krant mag politici stevig aanpakken, maar een "redactioneel
commentaar" moet daarbij geen oneigenlijk beinvloedingsinstrument
worden vind ik.
Of moeten we journalisten ook democratisch gaan kiezen? Lijkt me ook
wel wat.