Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Persbericht ministerraad
3 februari 2006
Eenvoudiger arbeidstijdenwet: minder regels voor werktijden
Er gaan minder regels gelden voor het maximale aantal uren dat iemand mag
werken en voor nachtarbeid. Verder verdwijnen de aparte regels voor
overwerk uit de wet en worden afspraken over pauzes een zaak van werkgevers
en werknemers. Deze voorstellen staan in het Wetsvoorstel vereenvoudiging
arbeidstijdenwet van minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
waarmee de ministerraad heeft ingestemd.
Het wetsvoorstel is deel van het kabinetsbeleid om het aantal regels terug
te brengen. Door minder en eenvoudiger regels wordt de internationale
concurrentiepositie van Nederland beter. Zeker voor industriële bedrijven,
die vaak met ploegendiensten werken, zijn soepeler regels voor
arbeidstijden zeer belangrijk om met het buitenland te kunnen concurreren.
Daarom beperkt de nieuwe wet zich zoveel mogelijk tot regels die nodig zijn
voor de bescherming van de veiligheid, gezondheid en welzijn van de
werknemer.
In de nieuwe Arbeidstijdenwet staan nog maar vier regels over de maximum
arbeidstijd. De huidige wet kent nog twaalf verschillende regels. Zo
schrijft de nieuwe Arbeidstijdenwet een maximum arbeidstijd voor van 12 uur
per dienst en 60 uur per week. Wanneer er geen overwerk wordt verricht,
geldt nu dat per dienst maximaal 10 uur mag worden gewerkt. In een periode
van 4 weken mag een werknemer onder de nieuwe wet gemiddeld maximaal 55 uur
per week werken en per 16 weken gemiddeld 48 uur, in de huidige situatie is
dat 45 uur per 13 weken. Door deze versoepelingen krijgen werkgevers en
werknemers meer ruimte de arbeidstijd per dag en per week zelf nader in te
vullen. Ook biedt de nieuwe wet werkgevers en werknemers de vrijheid zelf
afspraken te maken over de praktische details van pauzes, zoals aantal en
tijdstip(pen).
Verder komt er meer ruimte bij nachtarbeid. Wel blijft de wet werknemers
extra bescherming bieden: een nachtdienst mag niet langer zijn dan 10 uur.
Voor werknemers die regelmatig nachtdiensten draaien, mag de werkweek over
een periode van 16 weken gemiddeld niet meer dan 40 uur bedragen. Na één of
meer nachtdiensten geldt een langere rusttijd. Ook het aantal nachtdiensten
blijft beperkt: per 16 weken maximaal 36 diensten. Bij CAO of na een
afspraak van de werkgever met de ondernemingsraad mag dit aantal worden
verhoogd tot 140 nachtdiensten per jaar.
Zo'n dubbele norm, waarbij de ruimere norm alleen mag worden toegepast na
een collectieve afspraak (in een CAO of tussen werkgever en
medezeggenschapsorgaan), is er in de nieuwe wet alleen nog voor het aantal
nachtdiensten. Op andere punten kent de nieuwe wet, anders dan nu, nog maar
één norm. Dit betekent dat het systeem van standaard- en overlegregeling,
dat kenmerkend is voor de huidige Arbeidstijdenwet, zal verdwijnen.
Met dit wetsvoorstel volgt het kabinet nagenoeg een advies van de Sociaal-
Economische Raad. De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het
wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State zal worden gezonden. De
tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden
pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.
RVD, 03.02.2006
Ministerie van Algemene Zaken