Minister erkent eindelijk dat er een zware claim dreigt

Essent nv

http://www.essent.nl

Essent: Meer dan een miljard

Getuige zijn persbericht en brief aan de Kamer van gisteren, is het nu toch tot de minister doorgedrongen dat de splitsingswet grote financiële risico's met zich brengt op het gebied van de cross border leases. Een schok, waarop de minister kennelijk geen ander antwoord wist, dan het 'klassieke' uitdelen van de nodige zwarte pieten, met name ook in de richting van Essent.

Hoewel het belangrijk is dat de Minister in ieder geval het probleem erkent, vraagt Essent zich wel verbijsterd af wat de Minister bezielt, nu hij - kennelijk er op hopend dat niemand de historie kent - heel duidelijk de suggestie neerlegt dat wij als bedrijven ons het probleem zelf op de hals hebben gehaald en nu maar op de blaren moeten zitten. Bestuursvoorzitter Michiel Boersma van Essent: 'De Minister vlucht nu echt in demagogie. Dit is onverantwoordelijk.'

Iedereen die de historie kent weet dat het in de jaren 90 volstrekt normaal was om dergelijke transacties af te sluiten, zeker niet alleen in de energiesector en ook zeker niet alleen door Nederlandse bedrijven of overheden. Deze leases zijn afgesloten in volledige openbaarheid en alle relevante partijen waren op de hoogte. Met Ministerie van Economische Zaken heeft zelfs - volgens een eigen verklaring - de cross border leases van de energiebedrijven destijds getoetst op de voorzieningszekerheid. Tot begin 2001 werden cross border leases door Ministeries als normaal en volledig geoorloofd beoordeeld, getuige Kamerbrieven van Staatssecretaris Vermeend in 1999 (22 maart) en van Minister Jorritsma in 2001 (5 februari). Pas eind 2001 werden publiekrechtelijke organen door Minister de Vries van Binnenlandse Zaken uitgesloten van het afsluiten van nieuwe leases. Reeds afgesloten leases zouden worden gerespecteerd.

Het geld dat met deze leases is vrijgekomen, is niet 'verjubeld' maar is gebruikt om de balanspositie te verbeteren van deze bedrijven. De publieke aandeelhouders konden op dat moment geen kapitaal leveren voor versterking van het eigen vermogen en hoefden dat middels deze leases ook niet. Het geld is gebruikt om leningen af te lossen, om de solvabiliteit van deze bedrijven naar een aanvaardbaar niveau te brengen en om lagere financieringslasten te hebben.

Kortom de bedrijven zijn er gezonder van geworden, hetgeen belangrijk was en is voor de publieke aandeelhouders, voor de continuïteit van de Nederlandse energievoorziening en voor de klant.

Essent heeft vanaf begin vorig jaar zeer concrete informatie verstrekt over de risico's die samenhangen met splitsing. De ontkenning hiervan op velerlei wijzen in de brief aan de Kamer is tekenend. Daarnaast hanteert de Minister nu ook nog eens een nieuwe lijn: er zijn wel grote risico's aan de cross border leases verbonden, maar die hangen niet samen met dit Wetsvoorstel.

Helemaal gortig wordt het als de Minister stelt dat Essent meent, dat de borging van cruciale publieke belangen zoals de betrouwbaarheid
en efficiëntie van de energievoorziening, moeten wijken voor door enkele energiebedrijven in het verleden aangegane privaatrechtelijke contracten. Hij acht het onacceptabel dat op die manier de grenzen van het door de overheid te voeren energiebeleid door één of meerdere energiebedrijven gedicteerd zouden worden.
Michiel Boersma: 'Buitengewoon suggestief. Essent dicteert helemaal niets. Wij hebben alleen gewezen op de zeer reële risico's en wij doen dat al lange tijd. En laten we maar eens een stevig gesprek hebben over de vraag wiens opstelling nou eigenlijk een gevaar oplevert voor de zekerheid van onze energievoorziening.' In dat kader hecht Essent er aan nog eens duidelijk te stellen dat haar verzet tegen de splitsingswet niet louter stoelt op het 'praktische' probleem van de financiële risico's en maatschappelijke kosten, maar met name op de overtuiging dat het voor Nederland slecht is. De splitsingswet creëert een ongelijk speelveld in Europa en zet daarom de Nederlandse energiesector zwaar op achterstand. In een tijdperk waarin de zekerheden over de toegang tot olie en gas afnemen als gevolg van internationale ontwikkelingen, zou je juist alles moeten doen om de nationale energiesector te versterken en gezamenlijk een duurzame weg naar de toekomst te ontwikkelen.
---