Unicef
In Afghanistan gaat het langzaam beter
01 februari 2006, Kabul - Edward Cawardine werkt al vier jaar als
communicatiemedewerker voor het Unicef-kantoor in Afghanistan. Het
land heeft in die periode verbazingwekkend veel vooruitgang geboekt,
concludeert hij.
Edward Cawardine is Unicef-medewerker in Afghanistan. Foto: Unicef
Afghanistan/2004
Edward Cawardine is Unicef-medewerker in Afghanistan. Foto: Unicef
Afghanistan/2004
Vandaag zijn twee mijlpalen in mijn agenda rood onderstreept. De ene
is de slotdag van de donorconferentie voor Afghanistan in Londen, een
bijeenkomst waar een constructie voor de wederopbouw van het land
wordt bedacht. De andere mijlpaal is het feit dat ik hier vier jaar
geleden aankwam. De rode markeringen in mijn agenda herinneren me
eraan dat de ontwikkeling van Afghanistan oneindig doorgaat. Elke dag
zien we successen en nieuwe uitdagingen.
Als ik terugkijk, ben ik verbaasd over de veranderingen die in gang
zijn gezet. Vier jaar geleden zorgde Unicef namens de regering voor
allerlei hulp, die varieerde van het geven van vaccinaties tot het
leveren van schoolmaterialen. Nu neemt de regering steeds meer zelf de
touwtjes in handen; de noodhulpfase is voorbij en er kan gewerkt
worden aan een duurzame ontwikkeling van Afghanistan.
Nu en toen
Sinds 2002 hebben we hier steeds meer democratische instituten geboren
zien worden: verkiezingen, ministeries die op een zakelijke manier
geleid worden, een overheidsapparaat en een samenleving die wil dat
degenen die het voor het zeggen hebben, verantwoording afleggen voor
hun daden. Het Afghanistan van nu is nauwelijks te vergelijken met het
Afghanistan van toen.
Les in de buitenlucht, op een officieuze meisjesschool in
Jalalabad. Foto: Unicef/HQ00-0951/Roger LeMoyne
Les in de buitenlucht, op een officieuze meisjesschool in Jalalabad.
Foto: Unicef/HQ00-0951/Roger LeMoyne
Pas geleden was ik bij een voorlichtingsbijeenkomst voor Afghaanse
journalisten. Het ging over de wederopbouw van Afghanistan, onderwerp
van de donorconferentie in Londen. De voortgang van de plannen zullen
steeds worden getoetst. Gelukkig staan de maatregelen om de hoge
kinder- en moedersterfte terug te dringen en de plannen om meer
kinderen naar school te laten gaan centraal in het ontwerp voor de
wederopbouw. Ook wordt er gekeken naar de rollen van de regering, de
donoren en de Verenigde Naties. Iedereen is het erover eens dat de
regering van Afghanistan zelf meer verantwoording moet krijgen voor de
wederopbouw.
Waakhond
Ik luisterde naar de vragen, kritische opmerkingen en commentaren van
de journalisten. Ze namen geen genoegen met de gebruikelijke beloftes
die werden gedaan, maar wilden de verzekering dat die ook echt zullen
worden nagekomen. De Afghaanse media zijn zich bewust van hun functie
als waakhond; voor mij het bewijs dat het land ook wat dit betreft is
gegroeid.
Afghanistan kent nog vele problemen. Elke dag overlijden er ongeveer
600 kinderen onder de vijf jaar aan oorzaken die te voorkomen waren
geweest. Als je hier vrouw bent, is een zwangerschap niet iets om naar
uit te kijken; dagelijks sterven minstens 50 vrouwen die in
verwachting zijn. Miljoenen kinderen, merendeels meisjes, gaan niet
naar school. Hier heerst ongelijkheid. Tussen provincies, districten,
gemeenschappen en gezinnen. De levensomstandigheden van vrouwen en
kinderen zijn er sinds 2002 op vooruit gegaan, maar we zijn er dus nog
lang niet.
Rode streep
De doelen in het ontwerp voor de wederopbouw moeten binnen vijf jaar
zijn gehaald. Dan zijn er hopelijk investeringen gedaan in
gezondheidszorg en onderwijs, zodat op de langere termijn ook de
armoede in dit land zal verminderen. En daardoor zal het land ook meer
een eenheid zijn. Ik ga onder de deadline in mijn agenda weer een
grote rode streep zetten!