Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
CENTRAAL BUREAU VOOR DE RIJN- EN BINNENVAART
Rotterdam, 30 januari 2006
De Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen wat CBRB betreft nog niet klaar!
Noodzaak tot meer duidelijkheid voor vervoerszekerheid van gevaarlijke stoffen op het basisnet en de noodzaak voor verbetering van het beleid betreffende de meldingsplichten bij incidenten.
Om de spanning tussen het vervoer en de ruimtelijke ordening te verminderen wordt er door de Minister van Verkeer en Waterstaat in de nota vervoer gevaarlijke stoffen ingezet op het vaststellen van een basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen met daaraan gekoppeld zogenaamde gebruiksruimten en veiligheidszones. Het CBRB acht het van groot belang om de
uitgangspunten van het basisnet in ieder geval voor de hoofdtransportassen duidelijker vast te leggen. Welke veiligheidsafstanden worden in acht genomen zodat het noodzakelijke vervoer zonder beperkingen in de te vervoeren hoeveelheden mogelijk is en blijft. Het CBRB verwacht op dit punt een meer realistische en uitvoerbare vastlegging van de uitgangspunten in de nota. Het CBRB heeft hier al eerder op aangedrongen en roept de leden van de Tweede kamer op om de nota nog niet definitief te aanvaarden maar om er op aan te dringen om in overleg met de belangrijkste partijen de uitgangspunten van het basisnet duidelijker en uitvoerbaar vast te laten leggen.
Daarnaast roept het CBRB in relatie tot verbetering bij het leren van incidenten de Tweede Kamer dringend op om te besluiten tot lastenverlichting en een vergaande vereenvoudiging bij de diverse huidige interdepartementale (wettelijke) meldplichten bij incidenten.
De Nota vervoer gevaarlijke stoffen is onlangs door de Minister aangeboden aan de Tweede Kamer. Morgen overleggen leden van de Tweede Kamer hierover. De toenemende spanning tussen het ruimtelijk gebruik en het noodzakelijke transport van gevaarlijke stoffen vraagt al tientallen jaren om een eenduidig en op elkaar afgestemd beleid. Het CBRB is er van overtuigd dat met de huidige hoogwaardige, moderne en duurzaam veilige binnenvaartvloot op basis van goed en doordacht beleid wonen, recreatie en vervoer (ook van gevaarlijke stoffen) tot in lengte van jaren goed en veilig samen kunnen blijven gaan. Vervoer over water is nu en ook in de toekomst een van de duurzaamste vervoersmodaliteiten.
Het CBRB is in de basis voorstander van het in de nota voorgestelde tweesporenbeleid. Duidelijke vaststelling van de uitgangspunten voor het basisnet wordt in de nota doorgeschoven naar het uitvoeringstraject van de nota. Ingegeven door de druk van de grote lokale economische belangen kan er hierdoor een eindeloze, onoverzichtelijke en lange discussie met veel onduidelijkheden ontstaan. Dit bemoeilijkt de beoogde echte verbetering van de veiligheid en de gewenste maatschappelijke helderheid. Het CBRB acht de nota op dit punt nog niet voltooid.
Het tweede spoor kan worden samengevat als de permanente verbetering van de veiligheid van het vervoer van gevaarlijke stoffen. Dit schept natuurlijk ook verplichtingen voor zowel bedrijfsleven als overheden. Het actieve beleid in het onderhouden van de internationale binnenvaartregelgeving is er de oorzaak van dat de gevaarlijke stoffenwetgeving (ADNR) up to date is en dat deze regels de laatste stand van de (veiligheid)techniek weerspreekt. Het CBRB maakt zich zorgen dat een terugtredende overheid samen met de uitstroom van deskundigen bij de overheid zal leiden tot een verminderde daadkracht in het aanpassen van de (inter)nationale regelgeving. Dit zal de Nederlandse binnenvaart schaden en dient ook niet de innovatie in de veiligheid. Alleen een krachtiger samenwerken tussen overheid en bedrijfsleven en bundeling van expertise zal de beoogde permanente verbetering in het internationale (sterk concurrerende) speelveld blijvend mogelijk maken. Het CBRB roept de Tweede Kamer op om het hiervoor noodzakelijke flankerende beleid op korte termijn vast te stellen.
Het CBRB roept voorts de kamer op om terughoudend te zijn in het streven naar meer doelregelgeving in de internationale vervoersreglementen(ADNR). Juist de bestaande (technische) middelregelgeving geeft Nederland de garantie voor een solide basis van de gewenste minimale en handhaafbare vervoersveiligheid. Hierdoor wordt verder bereikt dat de basisveiligheid geen onderdeel van onderlinge concurrentie wordt.
De huidige systematiek van de diverse interdepartementale wettelijke meldingsplichten bij incidenten in de binnenvaart werkt als een rem op het verdergaand ontwikkelen van een belangrijk doel in spoor twee van de nota. Het "Leren van incidenten". "Het CBRB dringt dan ook bij de leden van de Tweede Kamer aan op besluitvorming aangaande een nader interdepartementaal overleg gericht op een sterk vereenvoudigd meldingensysteem, de afbouw van de onnodige administratieve lasten en het bijeenbrengen van noodzakelijke informatie liefst bij een centraal onafhankelijk meldpunt.
Noot voor de redactie (