Socialistische Partij
Goedkope dienstmeid of huisknecht geen teken van beschaving
30-01-2006 * De Raad voor werk en inkomen (RWI) wil huishoudelijk werk
dat zwart wordt gedaan witwassen. Hiervoor zijn twee opties gegeven.
De eerst is dat verdiensten van minder dan 500 euro per maand
belastingvrij worden. De tweede is dat huishoudelijke hulp een 1-op-1
contracten krijgt met de opdrachtgever. Hierbij worden echter geen
rechten toegekend, zoals ontslagbescherming en betaling bij ziekte.
"Voor het legaliseren van de zwarte werkster is wel wat te zeggen,"
stelt Jan de Wit, Tweede-Kamerlid voor de SP. "Maar dit voorstel leidt
tot de legalisering van rechteloosheid en dat is niet beschaafd.
Bovendien: moeten we nu alle zaken uit het leven uitbesteden om 24 uur
per dag de economie te dienen, of mag er nog meer zijn in het leven
dan werken?"
Jan de Wit Het eerste idee van de RWI is vrij eenvoudig: legaliseer
zwart huishoudelijk werk tot 500 euro per maand met een maximale
werkweek van 12 uur. Over het verdiende wordt geen belasting en
premies betaald. Er zijn geen sociale rechten. Jan de Wit ziet
hierdoor een verleden opdoemen waarbij de rijken voor een appel en een
ei beschikten over huispersoneel dat zich zonder wettelijke
bescherming de luimen van de heer of vrouw des huizes moest laten
welgevallen.
Het tweede voorstel draait om het `fiscaal stimuleren' van de
opdrachtgever-opdrachtnemer relatie. De opdrachtgever kan de kosten
van de persoonlijke dienstverlening van de belasting aftrekken. De
opdrachtnemer betaalt dan belasting en premies en bouwt rechten op. De
opdrachtgever mag dan de kosten van huishoudelijk hulp in zijn geheel
van de belasting aftrekken en de BTW wordt afgeschaft. De
huishoudelijk werker betaalt wel belasting en premies en krijgt
daardoor recht op sociale zekerheid. "Maar waarom zouden we met
belastinggeld het huishoudelijk werk van de rijken subsidiëren?"
vraagt de Wit zich af.
De Tweede Kamer had de Raad voor werk en inkomen om een advies
gevraagd over de ontwikkeling van de markt voor persoonlijke
dienstverlening. Door het inschakelen van huispersoneel zou de
arbeidsparticipatie vergroot worden. De Wit ziet deze ambitie als een
volgende stap in de ontmenselijking van de samenleving. "Moeten we
echt allemaal de hulp aan onze ouders, de verzorging van onze kinderen
en het huishouden uitbesteden omdat werkgevers willen dat we 24 uur
per dag klaar staan voor de baas? Het leven bestaat toch uit meer dan
alleen werken? En hoe kan een kabinet met het CDA, dat het gezin de
hoeksteen van de samenleving noemt, deze ontwikkeling steunen en zelfs
aanjagen?"
In de Verenigde Staten is het uitbesteden van het gezins- en
huishoudelijk leven een wijdverbreid verschijnsel. Het heeft geleid
tot uitbuiting en situaties die grenzen aan slavernij. Vorig jaar nog
stonden honderden huishoudsters op de trappen van het Witte Huis om de
uitsluiting van sociale wetgeving aan de orde te stellen. "Wij moeten
niet gaan streven naar een soortgelijke situatie," concludeert De Wit.
Ook collectieve voorzieningen als kinderopvang en thuiszorg komen
volgens De Wit door de voorstellen onder druk te staan.
"Arbeidsvoorwaarden van mensen die daar vakkundig werken met de
bescherming die daar bij hoort, zullen worden vervangen door
individuen die hun arbeidsrelatie met hun opdrachtgever moeten
regelen. Zonder de bescherming van het arbeidsrecht. Dat is geen
vooruitgang."