Dit viert de gemeente Den Haag met een fotoboek, een
fototentoonstelling in het Atrium van het stadhuis en een feest voor
de leidsters en leerkrachten van de voorscholen. Op 31 januari 2006
openen wethouders Pierre Heijnen van Onderwijs en Jetta Klijnsma van
Welzijn om 16.30 uur de tentoonstelling én reiken ze de eerste
exemplaren van het boek uit aan een aantal kinderen van de voorschool.
Een voorschool is een samenwerking tussen een peuterspeelzaal en een
basisschool en wil (taal)achterstanden bij kinderen voorkomen of zo
vroeg mogelijk aanpakken. In de voorschool komen peuters vier keer per
week naar de peuterspeelzaal. In de groepen 1 en 2 van de basisschool
is er, net als in de speelzaal, vier keer per week een extra
leerkracht aanwezig om te zorgen dat alle kinderen dié aandacht en
hulp krijgen die ze nodig hebben. Peuterspeelzaalleidsters en
leerkrachten stemmen hun werkwijze en programma's op elkaar af: op de
speelzaal wennen de peuters spelenderwijs aan het leren en naar school
gaan, in groep 1 en 2 wordt die aanpak voortgezet. Ouders worden
nadrukkelijk bij de aanpak betrokken.
In 2001 zijn de eerste voorscholen van start gegaan. Ieder jaar komen
er weer een aantal bij.
In augustus 2005 zijn acht nieuwe voorscholen gestart. Dat brengt het
totaal van voorscholen op 66. In Den Haag gaan ongeveer 6.200 kinderen
naar de voorschool: 1.600 peuters tot vier jaar en 5.200 kleuters. In
de komende jaren moet het aantal voorscholen groeien tot 86, zodat
alle Haagse scholen die subsidie krijgen in het kader van het
gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid (GOA) een voorschool
krijgen.
Gemeente Den Haag