KPMG


Aandeelhouder profiteert onvoldoende van fusie

27 januari 2006

Aandeelhouders hebben onvoldoende voordeel van fusies en overnames. Van de transacties met een waarde van meer dan 100 miljoen dollar die in 2002 en 2003 wereldwijd plaatsvonden had 43% geen meerwaarde voor de aandeelhouder tot gevolg.

Bij 31% van de transacties werd de aandeelhouder er beter van en 26% zorgde voor een waardevermindering. Dit blijkt uit onderzoek van KPMG Transaction Services naar het slagen van fusies en overnames. De bedrijven zelf zijn veel positiever over het succes van de transactie. Ruim 90% van de bedrijven vindt dat de aandeelhouder er uiteindelijk beter van geworden is. Uit het onderzoek blijkt voorts dat de bedrijven teveel geld uitgeven voor een fusie of overname. Het creëren van waarde voor de aandeelhouder legt een enorme druk op de bedrijven om de geplande voordelen van de transactie te realiseren, constateert Gopal Ramanathan van KPMG Transaction Services. De ondernemingen gaan veelal uit van het behalen van synergievoordelen en efficiëntie verbeteringen en worden onder druk van het biedingproces soms gedwongen een deel van deze voordelen en kostenbesparingen te verdisconteren in de overnameprijs. Bij 43% van de transacties die in de onderzochte periode plaatsvonden betaalde de koper hierdoor een hogere prijs voor de onderneming.

Hoewel het behalen van meerwaarde op termijn voorop staat, worden deze synergievoordelen door bijna tweederde van de bedrijven uiteindelijk niet volledig gerealiseerd. Ramanathan: Bij veel van de bedrijven ontbreekt een gedegen analyse van de voordelen die men wil bereiken. Uit het onderzoek blijkt dat niet meer dan één op de vijf kopers een plan kent waarin de beoogde voordelen nauwkeurig en gedetailleerd zijn vastgelegd. De overige bedrijven maken een ruwe schatting of laten dit zelfs geheel achterwege. Van de ondermeningen die uiteindelijk met de transactie waarde aan het bedrijf toevoegden, was meer dan de helft ook succesvol in het volledig realiseren van de vooraf geplande voordelen.

Volgens Ramanathan blijkt uit het onderzoek overduidelijk dat veel bedrijven moeite om in de fase na de transactie controle te krijgen over de overgenomen onderneming. Ramanathan: Afgezien van het feit dat een groot aantal bedrijven te maken heeft met een wettelijke termijn van drie maanden na de transactie, duurt het vaak nog gemiddeld negen maanden voordat de bedrijven het gevoel hebben dat ze controle hebben over het overgenomen bedrijf. Dit komt vooral door aanpassing aan de regelgeving en het harmoniseren van de verslaggevingregels. Daarnaast spelen de cultuurverschillen tussen de twee organisaties en bijvoorbeeld de verschillende automatiseringssystemen een belangrijke rol. Slechts 60% van de ondernemingen heeft voor de ondertekening van het uiteindelijke contract een plan klaar waarin staat hoe het na de transactie verder moet. De voordelen hiervan liggen vooral in het beperken van het risico van klantenverlies, het duidelijk in kaart brengen van de beoogde voordelen van de transactie en gedegen aandacht voor de dialoog met de buitenwereld, waardoor geruchten en miscommunicatie kunnen worden vermeden. Daarnaast biedt planning vooraf de bedrijven de gelegenheid mogelijke obstakels in een vroeg stadium te identificeren. Van de onderzochte bedrijven geeft 63% aan bij een voorgenomen transactie te hebben afgehaakt door vooraf geïdentificeerde beren op de weg.

Voor nadere informatie: Andy Bellm, telefoon (020) 656 7039

© 2006 KPMG Holding N.V., member of KPMG International, a Swiss cooperative. All rights reserved.