Federaal Planbureau België
Time : 3:02:53 PM
Date : Monday, January 23, 2006
Sender Name: Bureau fédéral du Plan
De macro-economische vooruitzichten 2006-2012 voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan
Het Federaal Planbureau presenteert vooruitzichten voor de
wereldeconomie voor de periode van 2006 tot 2012; deze vooruitzichten
verschijnen in het januari-2006 nummer van "The NIME Economic Outlook
for the World Economy".
Voor de periode van 2006 tot 2012 worden een gelijkmatige globale
economische groei en lage inflatie verwacht. De groei wordt
hoofdzakelijk ondersteund door een robuuste productiviteitsgroei en
relatief lage rentevoeten, terwijl lage inflatieverwachtingen en de
afwezigheid van verdere loon- en prijseffecten ten gevolge van de
olieprijsstijgingen ervoor zorgen dat een versnelling van de inflatie
uitblijft. Desalniettemin bijven de groeivooruitzichten onzeker omdat
ook verwacht wordt dat de Amerikaanse externe onevenwichten zullen
toenemen. De vooruitzichten tonen ook dat tegen het einde van de
projectieperiode de demografische ontwikkelingen op de groei beginnen
te wegen en dat dit vooral het geval is in Japan.
De economie in de eurozone volgt een evenwichtig groeipad, maar onder
druk van een verouderende bevolking verzwakken de groeivooruitzichten
in de middellangetermijn. Na een jaar van zwakke groei in 2005, veert
de groei van het bruto
binnenlands product (bbp) van de eurozone op naar 2,3 procent in
2006, terwijl de deflator van de privéconsumptie onder de 2 procent
blijft. De groeiherneming is in belangrijke mate toe te schrijven aan
een verdere versterking van de tewerkstellingsgroei en gunstige
monetaire voorwaarden.
Gedurende de periode van 2007 tot 2012 zal het bbp van de eurozone
jaarlijks gemiddeld met 2 procent toenemen, waarbij de groei
hoofdzakelijk door de binnenlandse vraag ondersteund wordt. Merk
echter op dat tegen het einde van de projectieperiode de economische
groei zal vertragen ten gevolge van een lagere groei van het
arbeidspotentieel die veroorzaakt wordt door de vergrijzing van de
bevolking. De deflator van de privéconsumptie stijgt jaarlijks
gemiddeld met 1,8 procent over de periode 2007-2012; de inflatie zal
echter versnellen tegen het einde van de projectieperiode wanneer de
vraag sneller begint te stijgen dan het potentieel aanbod.
De kortetermijnrente stijgt van 2,3 procent in 2006 naar 4,4 procent
in 2012, terwijl de langetermijnrente stijgt van 3,4 procent in 2006
naar 4,5 procent in 2012. De effectieve nominale wisselkoers van de
eurozone apprecieert gemiddeld met 3,4 procent, hoofdzakelijk omwille
van een hogere inflatie in de rest van de wereld dan in de eurozone.
Er wordt slechts in beperkte mate vooruitgang geboekt met het herstel
van de overheidsfinanciën, en het begrotingstekort van de eurozone
daalt van 2,6 procent van het bbp in 2006 naar 1,6 procent in 2012.
De groei van de Amerikaanse economie vertraagt aangezien belangrijke
belastingvrijstellingen uitdoven gedurende de projectieperiode Voor
de Verenigde Staten wordt verwacht dat tussen 2006 en 2012 het bbp
jaarlijks gemiddeld met 2,6 procent groeit, met een piek van 3,4
procent in 2006 en een dal van 1,8 procent in 2012. De deflator van
de privéconsumptie stijgt jaarlijks gemiddeld met 2,1 procent. De
netto-uitvoer weegt negatief op de groei gedurende gans de
projectieperiode, terwijl de groei van de binnenlandse vraag in
belangrijke mate verzwakt tussen 2008 en 2011 aangezien, onder de
huidige wetgeving en het huidige beleid, belangrijke
belastingvrijstellingen zullen uitdoven.
Voor de periode van 2006 tot 2012 bedraagt de kortetermijnrente
gemiddeld 4,4 procent en de langetermijnrente 4,6 procent.
Terzelfdertijd apprecieert de effectieve nominale wisselkoers
jaarlijks gemiddeld met 2,9 procent, terwijl de effectieve reële
wisselkoers haast onveranderd blijft. Niettegenstaande dat
belangrijke belastingvrijstellingen uitdoven tussen 2006 en 2012, zal
het Amerikaanse begrotingstekort slechts geleidelijk verbeteren, en
het begrotingstekort daalt van 3,9 procent van het bbp in 2006 naar
2,7 procent in 2012.
Aangezien verondersteld wordt dat de externe waarde van de dollar
niet onderhevig zal zijn aan drastische schokken, blijft het tekort
van de lopende rekeningen van de Amerikaanse betalingsbalans een
stijgende trend vertonen en het tekort stijgt van 5,9 procent van het
bbp in 2006 tot 6,9 procent in 2012.
De economische groei in Japan verzwakt onder de druk van de
toenemende vergrijzing van de bevolking Gedurende de periode van 2006
tot 2012 groeit het bbp in Japan jaarlijks gemiddeld met 1,7 procent.
De vooruitzichten leren echter ook dat de groei zal afzwakken van 2,3
procent in 2008 tot 1,2 procent in 2012, ten gevolge van de daling -
in absolute termen - van de Japanse beroepsbevolking. Na een
ononderbroken periode van zeven jaar komt er in 2006 een einde aan de
deflatie, en tussen 2006 en 2012 stijgt de deflator van de
privéconsumptie jaarlijks gemiddeld
met 1,3 procent. Hoofdzakelijk als gevolg van deze prijsstijgingen
zal de nominale kortetermijnrente stijgen van 0,5 procent in 2006
naar 2,8 procent in 2012, terwijl de langetermijnrente zal stijgen
van 1,6 procent in 2006 naar 3,3 procent in 2012. Veronderstellend
dat er geen bijkomende corrigerende begrotingsmaatregelen genomen
worden, zal het Japans begrotingstekort hoog blijven en stijgt het
van 6,1 procent van het bbp in 2006 naar 7 procent in 2012. De
vooruitzichten voor de andere zones en de belangrijkste risico's
Gedurende de periode van 2006 tot 2012 groeit het bbp in de
landengroep bestaande uit Denemarken, het Verenigd Koninkrijk en
Zweden, jaarlijks gemiddeld met 2,8 procent, waarbij de groei haast
uitsluitend door de binnenlandse vraag ondersteund wordt en waarbij
de inflatie een gemiddelde van 1,7 procent per jaar bereikt.
Het bbp in de recent toegetreden EU lidstaten zou gemiddeld met 3,6
procent per jaar groeien, terwijl de deflator van de privéconsumptie
gemiddeld met 2,3 procent zou stijgen. De output in de rest van de
wereld groeit gemiddeld met 5 procent per jaar tussen 2006 en 2012,
terwijl de prijzen gemiddeld met 5,5 procent stijgen.
De risico's met betrekking tot deze vooruitzichten zijn naar beneden
gericht omwille van persistente tekorten in de internationale handel
en voortdurende spanningen in de wereldenergiemarkt. Focus op een
belastingherschikking in de eurozone Naast de vooruitzichten voor de
wereldeconomie bevat deze publicatie ook een thematische studie met
als titel Focus. In de Focus van dit nummer worden de resultaten
gepubliceerd van een studie over de tewerkstellingseffecten in de
eurozone van een verschuiving van directe belastingen op arbeid naar
indirecte belastingen op
consumptie.
Inlichtingen
Voor verdere inlichtingen, contacteer:
Eric Meyermans (+32 (0)2 507 74 56)
en Patrick Van Brusselen (+32 (0)2 507 74 55).
E-mail contact:nime@plan.be
De integrale versie van het document is in PDF-formaat beschikbaar op
de internetwebsite van het Federaal Planbureau, www.plan.be.