Socialistische Partij
WMO is Wet Maatschappelijke Onrust
De nieuwe zorgverzekeringswet is amper ingevoerd en de volgende
grootschalige stelselwijziging staat al weer voor de deur. Het kabinet
introduceert de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), volgens
eigen zeggen om de zorg dichterbij de mensen te brengen. Klinkt mooi,
zegt SP-Kamerlid Agnes Kant, maar het is vooral een verkapte en
onverstandige bezuinigingsoperatie.
---
Agnes Kant is Tweede-Kamerlid voor de SP
---
Als het om zorg gaat heeft dit kabinet een duidelijke doelstelling:
minder verantwoordelijkheden voor de landelijke overheid en minder
collectieve lasten. Dat gaat grotendeels onder de mom van `eigen
verantwoordelijkheid'. Zo is ook de gedachte achter de invoering van
de WMO. Deze wet moet welzijnsvoorzieningen,
gehandicaptenvoorzieningen en een deel van de Algemene Wet Bijzondere
Ziektekosten op lokaal niveau bij elkaar brengen. Een deel van de zorg
wordt overgeheveld naar de gemeenten, om te beginnen de huishoudelijke
zorg van de thuiszorg. Op zich is het niet zo'n gekke gedachte om
beslissingen dichterbij de mensen te brengen. Maar in dit geval zal
het leiden tot verslechteringen van de zorg. De operatie is een
slinkse route geworden om te bezuinigen - een slinkse route met de
nodige valkuilen.
De eerste valkuil is dat met de overdracht van taken aan de gemeenten
het recht op AWBZ-zorg vervalt. De landelijk geregelde zorgplicht
vervalt en gemeenten krijgen geen enkele plicht om de burgers te
voorzien van kwalitatief goede zorg. De chronisch zieke, oudere of
gehandicapte burgers lopen daardoor mogelijk met de neus tegen een
gesloten gemeentedeur aan. Ze zijn afhankelijk van de willekeur van
hun gemeente.
De tweede valkuil is dat geld dat gemeenten gaan krijgen slechts
tijdelijk geoormerkt is. Na een paar jaar mogen gemeente zelf bepalen
hoe zij het geld besteden. Het kan dan aan alles worden besteed, ook
aan de verbouwing van het gemeentehuis of prestigeprojecten. Het
sociale gehalte van de WMO gaat dus onlosmakelijk samenhangen met de
bereidheid en het sociale gevoel van de gemeente, maar ook van diens
financiële positie. Want bij financieel armlastige gemeenten, of bij
gemeenten die door de regering worden gedwongen sterk te bezuinigen,
kan men zich gedwongen voelen het WMO-geld ergens anders aan te
besteden.
De derde valkuil is dat gemeenten straks zelf de hoogte van eigen
bijdragen kunnen bepalen. Een gemeente kan kiezen voor een hoge, niet
inkomensafhankelijke eigen bijdrage, ook om een financiële drempel op
te werpen. Dat is een erg slechte zaak. Bij de laatste landelijke
verhoging van de eigen bijdrage voor de thuiszorg bleek al dat mensen
om financiële redenen hoognodige zorg opzeggen of het aantal uren
verminderen. Een gemeente die weinig wil investeren in welzijn en zorg
kan er dan voor kiezen om de eigen bijdrage zo hoog te maken dat
mensen al niet eens meer om de hulp vragen. Daar komt trouwens nog bij
dat gemeenten de opbrengsten van die eigen bijdragen mogen besteden
aan wat ze willen. Het kan dus een melkkoetje worden en de eigen
bijdrage kan ook gaan naar lantarenpalen of bijvoorbeeld weer die
verbouwing van het gemeentehuis.
Het ideaal om de zorg dichter bij de mensen te brengen en zorg op maat
te leveren komt niet dichterbij met deze wet. Het doel is onmiskenbaar
bezuinigen, wat overigens bijzonder kortzichtig is. Mensen zullen
moeilijker aan zaken als thuiszorg kunnen komen en daardoor eerder
kiezen voor een verzorgingshuis of verpleeghuis, over het algemeen een
duurdere vorm van zorg. Het kabinet zal de handen in onschuld wassen
als blijkt dat mensen vervuilen omdat er geen huishoudelijke zorg
geleverd wordt, of dat mensen weer in een instelling gaan wonen omdat
de eigen bijdrage voor de thuiszorg te hoog is. De regering kan de
gemeenten de schuld geven, en zelf elke verantwoordelijkheid
afschuiven op lokale bestuurders. Volkomen terecht heeft de WMO al een
bijnaam: Wet Maatschappelijke Onrust. Chronisch zieken, ouderen en
gehandicapten zijn de dupe. De wet leidt tot problemen voor de mensen
die onze maatschappelijke ondersteuning juist het hardste nodig hebben
en die ook ten volle verdienen
Eerder verschenen in de GDP bladen