1red16401
NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur
VICE-MINISTER-PRESIDENT ZALM, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD,
OVER DE FINANCIËLE MEEVALLER VAN 2 MILJARD EURO, WERKLOOSHEID ONDER
ALLOCHTONE JONGEREN EN DE KANDIDATUUR VAN WIEGEL VOOR DE FUNCTIE VAN
MINISTER-PRESIDENT.
- MEEVALLER -
VAN SLOOTEN:
Gaat het goed met de economie?
ZALM:
Ja, het ging al goed met de economie en het gaat nog steeds goed met de
economie naar mijn overtuiging. Maar daar komt die meevaller over het
afgelopen jaar overigens niet zozeer uit voort. Een belangrijk onderdeel
van het feit dat het tekort lager is uitgevallen is dat er minder is
uitgeven. En dat is soms ook teleurstellend, bijvoorbeeld bij de
infrastructuuruitgaven. Daar houden we geld over.
VAN SLOOTEN:
Want er zijn regels voor de luchtkwaliteit.
ZALM:
Ja, en dat betekent voor latere jaren juist meer uitgaven.
VAN SLOOTEN:
Want wat staat er nog op de rol? Wat gaan we nog uitgeven aan
infrastructuur?
ZALM:
Vele miljarden. Maar waar het hier om ging was zo'n driekwart miljard
minder uitgave in 2005. En dat blijft beschikbaar voor de infrastructuur in
het infrastructuurfonds. Dus dat moet dan in de komende tijd weer worden
ingehaald.
VAN SLOOTEN:
Maar het heeft ook een voordeel, want op het moment dat je het later
uitgeeft en je investeert in infrastructuur betekent dat ook
werkgelegenheid.
ZALM:
Ja, dat betekent werkgelegenheid. Maar het is niet zo dat je het op die
manier terugverdiend. Voor de begroting betekent bijvoorbeeld die post dat
we een extra begrotingsprobleem erbij krijgen in 2006 en 2007. Nu denkt
iedereen: we hebben in 2005 een meevaller, die zal wel doorlopen, die zal
wel blijven bestaan. Maar zo eenvoudig is het niet.
VAN SLOOTEN:
Maar u kunt dat geld dan toch gewoon op het volgende jaar boeken? Of werkt
dat weer te simpel?
ZALM:
Nee, we moeten de begroting 2006 ook weer op zijn eigen merites bekijken.
En dat betekent dat de ministerraad dus wordt geconfronteerd met extra
uitgaven ten behoeve van infrastructuur in 2006 en in 2007 die ook weer
moeten worden ingepast.
VAN SLOOTEN:
Het gaat dus wel goed, maar u weet niet helemaal zeker of het beklijfd?
ZALM:
De laatste cijfers over 2005 waarin dus 2 tot 2,5 miljard lager tekort is
uitgerold, daar durf ik niet van te zeggen of dat nu ook gunstig zal
uitwerken in 2006 en 2007, of dat het juist ongunstig zal uitwerken.
Daarvoor moeten we nog veel meer in die cijfers duiken. Zowel bij de
inkomstenkant als bij de uitgavenkant.
- WERKLOOSHEID ALLOCHTONE JONGEREN -
VAN SLOOTEN:
Deze week zijn er ook andere cijfers gepresenteerd. Die gingen over de
werkloosheid. En wat blijkt? Dat zijn nogal tegenvallende cijfers als het
met name gaat om allochtone jongeren. Bent u daarvan geschrokken?
ZALM:
Ja, maar ik ben ook een beetje in verwarring gebracht omdat het CBS zegt
andere cijfers te hebben die blijkbaar minder dramatisch zijn.
VAN SLOOTEN:
Het SCP heeft de meest zwarte cijfers?
ZALM:
Ja, en ik weet ook niet precies van wanneer die cijfers dateren.
VAN SLOOTEN:
Maar als we de trend bekijken.
ZALM:
De trend bij de jeugdwerkloosheid is juist een gunstige.
VAN SLOOTEN:
Maar niet onder allochtonen.
ZALM:
Dat moeten we dan nog even nader bezien. Want ik heb wel de indruk en dat
hebben we in het verleden ook wel gezien dat als die werkloosheid in zijn
algemeenheid gaat dalen, dan daalt het ook mee onder allochtonen. En de
jeugdwerkloosheid neemt nu volgens de meest recente gegevens af. En dan heb
ik de verwachting dat dat op een gegeven moment ook zichtbaar wordt in de
cijfers voor allochtone jongeren. Maar we hebben ook in het kabinet
afgesproken dat dit toch een onderwerp is dat ons naar het hart ligt. Er
zijn heel veel initiatieven al die lopen, onder andere het initiatief van
Hans de Boer.
VAN SLOOTEN:
Voorzitter van de Taskforce Jeugdwerkloosheid.
ZALM:
Ja, hij maakt er echt werk van. Hij trekt overal achteraan. Een geweldig
enthousiaste man. We gaan ook opnieuw bekijken of de plannen allemaal lopen
zoals ze moeten lopen of dat we er nog een schepje bovenop moeten doen.
VAN SLOOTEN:
Er is een ding wat natuurlijk wel een rol speelt en ook wat de jongeren
zelf iedere keer aangeven: als wij onder de naam Jansen of Zalm
solliciteren, dan worden we in ieder geval uitgenodigd voor een gesprek,
maar als we onder onze eigen naam solliciteren dan worden we niet eens
uitgenodigd ongeacht onze geschiktheid.
ZALM:
Ja, dat is een kwalijke zaak. En dat kan natuurlijk niet. Discriminatie op
de arbeidsmarkt is ook een onderwerp wat we niet kunnen tolereren.
VAN SLOOTEN:
Maar kan je er ook iets aan doen?
ZALM:
Dat is dus ook het punt waar naar gekeken zal worden. Wat we wel weten is
dat als die arbeidsmarkt heel ruim is dan kan je natuurlijk zeggen: doe mij
maar alleen een witte jongere, als de arbeidsmarkt krapper wordt - en
gelukkig gaat die weer krapper worden. De werkgelegenheid gaat weer groeien
- dan ga je automatisch het aantal mensen dat je in aanmerking vindt
verruimen.
VAN SLOOTEN:
Daar los je natuurlijk het fundamentele probleem niet mee op.
ZALM:
Dat ontken ik ook niet. Dus ik vind ook dat discriminatie op de
arbeidsmarkt aangepakt moet worden. Hoe dat het beste kan, daar gaan we nog
eens opnieuw naar kijken. Ik weet ook niet of het echt helpt als je anoniem
solliciteert. Daar moeten de deskundigen maar eens naar kijken.
VAN SLOOTEN:
Maar het zou een mogelijkheid kunnen zijn?
ZALM:
Ja, maar daarna zie je natuurlijk dat als je als werkgever echt in je hoofd
hebt: ik wil nooit iemand van Marokkaanse afkomst in dienst nemen, en je
hebt dan die anonieme meneer op bezoek, want je wil hem zien, dan zou je
het ook niet gaan doen.
VAN SLOOTEN:
En gesprekken met werkgevers, zou dat helpen? Gewoon een beroep doen op hun
gezond verstand?
ZALM:
Ja, op hun gezond verstand, op hun moreel besef en op een maatschappelijke
verantwoordelijkheid. Want het kan niet zo zijn dat je louter vanwege je
afkomst minder kansrijk bent op de arbeidsmarkt.
VAN SLOOTEN:
Want dat is natuurlijk de andere kant van het verhaal. Er wordt heel veel
van allochtonen op dit moment gevraagd. En op het moment als zij willen
meedoen, echt willen integreren, dan geven werkgevers in dit geval niet
thuis.
ZALM:
Gelukkig geldt het niet voor alle werkgevers. Bij onze departementen, bij
de Belastingdienst werken vrij veel allochtonen. Dus we kunnen ze niet
allemaal over een kam scheren. Maar ik vind zeker dat werkgevers hier ook
een verantwoordelijkheid hebben om niet te discrimineren. En dat is ook
grondwettelijk verboden en het creëert een maatschappelijk probleem in
plaats van dat je helpt een maatschappelijk probleem op te lossen.
- KANDIDATUUR WIEGEL -
VAN SLOOTEN:
Nog een vraag. U zit hier als vice-premier. Ooit eens natuurlijk geprobeerd
premier te worden. Niet gelukt. Nu is er een VVD-er die zegt: laat mij maar
premier worden, maar hij wil niet op de lijst gaan staan: Hans Wiegel.
ZALM:
Ik heb er over in de krant gelezen. Ik heb noch de heer Van Aartsen noch de
heer Wiegel dat zelf horen zeggen.
VAN SLOOTEN:
Ga er maar vanuit dat hij wil.
ZALM:
Dat zou kunnen. Ik weet het niet.
VAN SLOOTEN:
Maar staatsrechtelijk, want het is natuurlijk wel een bijzondere vorm. En
de VVD is toch ook altijd zuiver in het staatsrecht. Moet die man niet
gewoon op de lijst staan voor de Tweede Kamer? We hebben toch geen
verkiezing van kies de minister-president?
ZALM:
Je hoeft voor het ministerschap en voor het minister-presidentschap
helemaal niet op een lijst te staan. Ik ben ook minister van Financiën
geworden zonder.
VAN SLOOTEN:
Nee, het gaat om de minister-president.
ZALM:
Daar geldt dat ook voor. Piet de Jong was destijds geen lijsttrekker als ik
het mij goed herinner. En misschien stond hij zelfs niet op de lijst. Het
staat nergens in wet of regelgeving dat alleen Tweede Kamerleden of mensen
die op de lijst voor de Tweede Kamer staan minister-president kunnen
worden.
VAN SLOOTEN:
Kan je dan niet meteen een stapje verder gaan en dan gewoon zeggen: laten
we dan maar de minister-president rechtstreeks laten kiezen?
ZALM:
Dat is ook een model. Daar spreken we nog verder over in het kabinet. En
ook binnen de VVD is daar aanhang voor. Ik weet dat bij de bespreking van
het Liberaal Manifest daar toen een meerderheid voor was. Ik weet niet of
dat straks bij het verkiezingsprogramma ook nog eens gebeurt. Maar het is
dus ook nog een mogelijkheid. Alleen dat zal op korte termijn niet kunnen.
VAN SLOOTEN:
Is de vice-premier daarvoor?
ZALM:
De vice-premier spreekt als lid van het kabinet. En het kabinet heeft er
nog geen opvatting over.
(Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, MT)
Ministerie van Algemene Zaken