Partij voor de Dieren
Offerfeest van start, vlees van ritueel geslachte dieren hele jaar
door op bordje onwetende consument
10-01-2006
Amsterdam, 10 januari 2005 - Vandaag begint het jaarlijkse
offerfeest. Meer dan 80.000 dieren, vooral schapen, worden op
"middeleeuwse" wijze geslacht. De maatschappelijke weerstand tegen
het onverdoofd slachten van dieren is groot. Desalniettemin
verdwijnt jaarlijks een aanzienlijke hoeveelheid vlees van ritueel
geslachte dieren in de reguliere verkoopcircuits. Nietsvermoedende
consumenten lopen het risico een stukje vlees aan te schaffen waar
meer dierenleed aan kleeft dan zij weet van hebben. Minister
Veerman schrijft in een brief aan de Partij voor de Dieren dat de
informatievoorziening over de herkomst van het vlees bij de sector
ligt. Hij weigert zelf maatregelen te treffen. De Produktschappen
voor Vee, Vlees en Eieren laten de PvdD weten zich niet
verantwoordelijk te voelen voor het juist informeren van de
consument.
In het "Besluit doden van dieren" van het ministerie van Landbouw,
waarin de slachtregels zijn opgenomen, wordt gesteld dat pijn bij
dieren voorafgaand aan de slacht tot een minimum dient te worden
beperkt. De minister schrijft: "Het slachten van dieren vindt
plaats na voorafgaande bedwelming omdat daardoor met de grootste
mate van zekerheid wordt voorkomen dat dier lijdt door pijn of
stress." Op basis van artikel 6 van de grondwet -vrijheid van
godsdienst- is echter bepaald dat dieren ook volgens de joodse of
islamitische traditie geslacht mogen worden. Bij het ritueel
slachten van schapen, runderen en geiten mag in Nederland de
verdoving dus achterwege blijven.
Een uitzending van het RVU-programma Keuringsdienst van Waarde
bracht eind 2004 aan het licht dat halalvlees, afkomstig van
ritueel geslachte dieren, zonder nadere informatie over de herkomst
geregeld in de reguliere schappen van de supermarkt belandt.
Dierenwelzijnsregels worden hiermee niet alleen ondergeschikt
gemaakt aan de vrijheid van godsdienst, maar tellen kennelijk ook
niet als het gaat om economische motieven als het realiseren van
afzet.
Ritueel slachten begint niet zelden met een reis op de achterbank
of in de kofferbak van een auto naar het slachthuis. Jaarlijks
deelt de Algemene Inspectie Dienst vele bekeuringen uit voor
pijnlijk en stressvol vervoer van dieren. Tijdens steekproeven bij
slachterijen is het ook ieder jaar weer raak. Lange wachtrijen
waardoor de dieren onnodig lang moeten lijden, botte messen
waardoor het schaap een pijnlijke en langzame dood sterft, dieren
die niet goed vastgebonden worden met allerlei verwondingen als
gevolg daarvan, kortom dierenwelzijn wordt totaal ondergeschikt
gemaakt aan menselijke behoeftes.
De maatschappelijke weerstand tegen deze vorm van
dierenmishandeling is groot. Steeds meer mensen zijn van mening dat
het toebrengen van onnodig leed aan dieren omwille van rituelen
niet acceptabel is en willen een verbod op onverdoofd slachten.
Ritueel slachten zonder voorafgaande bedwelming van de dieren is
ook onderwerp van discussie in Groot-Brittannie, Belgie tot zelfs
in islamitische landen als Turkije. Ook de joodse rituele slacht is
niet verheven boven kritiek. Deze methode veroorzaakt zo mogelijk
nog meer leed, omdat volgens de overlevering de slager geen druk op
het mes mag uitoefenen. Het doorsnijden van de hals van een groot
rund wordt hierdoor een langdurige en voor het dier ondragelijke
ervaring.
Onverdoofd slachten is in Nederland soepel geregeld, terwijl zelfs
in sommige islamitische landen niet altijd (betaalbaar) onverdoofd
geslacht vlees kan worden gekocht. Een belangrijk deel van de in
Nederland onverdoofd geslachte dieren wordt dan ook geexporteerd.
Dierenleed is een Nederlands exportproduct. Nu al wordt in 20% van
alle Nederlandse slachterijen onverdoofd geslacht, en niet al dat
vlees belandt in de Nederlandse of buitenlandse schappen als halal
of kosjer vlees. En ook het biefstukje van de lokale supermarkt kan
dus afkomstig zijn van een dier dat zonder verdoving geslacht is.
In het productieproces is het niet altijd praktisch uitvoerbaar om
onderscheid te maken tussen met of zonder verdoving geslacht. En
daarom krijgen de dieren het nadeel van de twijfel, dan maar
allemaal letterlijk met het mes op de keel. Marianne Thieme:
"Overwegingen van politieke correctheid maakten dat tot voor kort
werd vermeden om iets te zeggen over de onaanvaardbare manier
waarop dieren onverdoofd worden geslacht. In feite is dat
oneigenlijk; kritiek op de productie van foie gras wordt immers ook
niet uitgelegd als een Francofobe houding."