SEO pleit voor openstellen procesmonopolie
Seo economisch onderzoek
SEO Economisch Onderzoek pleit voor het openstellen van het procesmonopolie voor
niet-advocaten bij civiele procedures
Dit concludeert SEO Economisch Onderzoek op basis van een onderzoek in opdracht van het
Verbond van Verzekeraars naar de effecten van het procesmonopolie van de advocatuur.
De overheid heeft advocaten het exclusieve recht gegeven op het voeren van o.a. civiele
procedures bij de rechtbank. De overheid hoopt hiermee het publiek belang rechtszekerheid
te dienen. Rechtszekerheid heeft meerdere aspecten. De toegankelijkheid van het recht
speelt een belangrijke rol, omdat een rechtszoekende zonder deskundige juridische
bijstand nadeel ondervindt vanwege de complexiteit en formaliteit van het civiele recht.
Het waarborgen van de gelijkheid van partijen, en daarmee het evenwichtig laten verlopen
van rechtsgedingen, is evenzeer belangrijk. Ook is een efficiënt en ordelijk verloop
van de rechtsgang van belang, omdat een duidelijke en overzichtelijke presentatie van het
standpunt de rechtelijke macht niet nnodig belast.
Het procesmonopolie is overigens niet voldoende om deze drie aspecten van rechtszekerheid
te borgen. Daartoe grijpt de overheid op nog andere manieren in op de markt voor
juridische bijstand. Zo financiert de overheid de rechtsbijstand voor minder
draagkrachtige rechtzoekenden en heeft de overheid de beroepsorganisatie van advocaten
circa vijftig jaar geleden een publiek-rechtelijke status gegeven op basis waarvan de
Orde van Advocaten verordende bevoegdheid eeft gekregen aangaande de beroepsuitoefening
van advocaten.
Het huidige overheidsingrijpen gericht op de markt voor juridische bijstand is niet
optimaal. Er kleven te veel nadelen aan het huidige systeem. Net zoals bij andere vormen
van verplichte winkelnering leidt ook dit wettelijk monopolie tot hoge prijzen (en
winstmarges) voor advocaten-diensten in de procespraktijk en vanwege de reputatie van de
advocaat als wettelijk beschermd juridisch adviseur ook daarbuiten alsmede tot een gebrek
aan innovatie. Daarnaast staan de door de Orde van Advocaten opgestelde toelatingseisen in
combinatie met het wettelijk procesmonopolie een meer gediversifieerd aanbod van
procesvertegenwoordiging in de weg, waardoor concurrentie op de markt voor juridische
bijstand vooralsnog geen drukkend effect heeft op de prijsstelling van (proces)advocaten.
Ook de mogelijkheid om als niet-advocaat een advocaat in loondienst te nemen, heeft,
vanwege allerlei (extra) (toelatings)eisen, niet de concurrentie opgeleverd die de
overheid daarvan verwachtte.
SEO concludeert dat het huidige overheidsingrijpen, met name het procesmonopolie in
combinatie met via zelfregulering opgestelde toetredingsregels, niet de meest effectieve
en efficiënte manier is om rechtszekerheid te borgen. Het volledig afschaffen van de
verplichte procesvertegenwoordiging is echter zonder flankerend beleid niet aan te raden
vanwege het gevaar dat de rechtzoekende geen toegang meer heeft tot het recht. Op lange
termijn zijn de grootste voordelen te verwachten van een combinatie van een sterke
vereenvoudiging van het procesrecht en het afschaffen van de verplichte
procesvertegenwoordiging. Voor de korte en middellange termijn is de optie van het
openstellen van het procesmonopolie voor een bredere groep bestaande uit gekwalificeerde
procesjuristen het beste alternatief om het publiek belang op een effectieve en
efficiënte manier te borgen. Deze procesjuristen zijn geschoolde en ervaren
professionals die aan bepaalde, nog nader te bepalen eisen dienen te voldoen. Te denken
valt hierbij aan juristen werkzaam bij rechtsbijstandverzekeraars, vakbonden en bedrijven
en aan vrije beroepsoefenaars als deurwaarders en notarissen. Het opstellen van de
concrete eisen alsmede het toezicht op de naleving ervan moet bij een onafhankelijke
partij komen te liggen. In de huidige structuur komt de Orde daar niet voor in
aanmerking, omdat de afnemers en overige marktpartijen geen zeggenschap binnen de
organisatie hebben.
Noot voor de redactie (