Persbericht 13 december 2005
De Europese Unie en de band met de Nederlandse burger
AIV-briefadvies no. 10
Regering en parlement moeten en kunnen een veel actievere rol spelen
in Europese wet- en regelgeving dan in het verleden het geval is
geweest. Daarmee kunnen zij een belangrijke bijdrage leveren aan de
politisering van het binnenlandse debat over Europa en over de
wisselwerking tussen Europees en binnenlands bestuur. Veel eerder dan
nu het geval is, kunnen regering en parlement concept-richtlijnen en
concept-verordeningen van Brussel aan de orde stellen en invloed
uitoefenen op het besluitvormingsproces. Het beeld dat in het verleden
wel is gecreëerd over regelgeving die wordt opgelegd door Brussel,
doet geen recht aan de invloed die regering en parlement wel degelijk
kunnen uitoefenen op Europese besluitvorming en het wekt bovendien bij
de burger de indruk dat niemand meer greep heeft op dat
besluitvormingsproces.
De AIV doet een aantal concrete aanbevelingen om politisering van het
Europadebat gestalte te geven en daarmee via de nationale staat de
kloof tussen burger en Europese besluitvorming te verkleinen.
De AIV sluit zich aan bij enkele aanbevelingen van de Raad van State
om Brusselse voorstellen tijdig te toetsten in de Eerste en Tweede
Kamer, o.m. de subsidiariteitstoets en de proportionaliteitstoets. Een
vaste ondersteuning van beide Kamers om Europese zaken beter te kunnen
monitoren is hierbij gewenst. De AIV stelt voor om extra menskracht
vrij te maken voor de (grotere) Kamerfracties om het Europese
wetgevingsproces actief te kunnen volgen.
Deze en andere stappen kan Nederland zelf zetten. Andere lidstaten kan
Nederland tot medewerking bewegen om voortaan de Raadsvergaderingen
van de EU openbaar te maken. Ook kan Nederland bevorderen dat het
burgerinitiatief een suggestie uit het grondwettelijk verdrag alsnog
wordt verwelkomd (al kan het burgerinitiatief zonder nieuw verdrag
geen bindend karakter krijgen).
Mocht een nieuwe verdragswijziging aan de orde komen dan is het in
verband met de betrokkenheid van de burger van belang de rol van het
Europese parlement alsnog te versterken (codecisie, volledig
budget-recht) en het handvest van grondrechten in zon nieuw verdrag
alsnog te incorporeren.
Daarnaast adviseert de AIV politici, inclusief bewindslieden, om
belangrijke kwesties die spelen in de publieke opinie proactief aan de
orde te stellen in het politieke debat. De discussies ten tijde van
het Europese referendum hebben laten zien dat er veel vragen en zorgen
leven onder de bevolking over onderwerpen, die weliswaar niet in het
grondwettelijk verdrag aan de orde kwamen, maar die voor de burger van
grote betekenis zijn, zoals de degelijkheid van de Europese munt, de
nieuwe uitbreidingen van de Europese Unie (Turkije) e.d.
Politieke partijen kunnen in de aanloop naar landelijke verkiezingen
hun posities in deze meer profileren, zodat discussie wordt
gestimuleerd.
De AIV signaleert tot slot dat de kennis over Europa moet worden
verbeterd. Het schort daarnaast aan een politieke en culturele
inbedding in Europa. Hier ligt een verantwoordelijkheid niet alleen
bij onderwijsinstellingen, maar ook bij maatschappelijke organisaties.
Overheidsinstanties moeten zich hoeden de kloof te willen dichten met
meer voorlichting: hoe meer brochures, hoe meer ongenoegen. Actievere
bemoeienis met Europees bestuur en met de gevolgen van Europese wet-
en regelgeving daarentegen kan ertoe leiden dat Europa in Nederland
onderwerp wordt van boeiende politiek.
Voorzitter van de werkgroep die dit advies heeft voorbereid, was B.
Knapen.
De volledige tekst van het advies kunt u vanaf vandaag vinden op de
webpagina van de AIV:
http://www.aiv-advies.nl onder adviezen als briefadvies no.10
Vragen of meer informatie kunt u verkrijgen bij de secretaris mw. dr.
S. Volbeda (070-3485325 of ss.volbeda@minbuza.nl)
Noot voor de redactie /
Ministerie van Buitenlandse Zaken