CJE/05/104
1 december 2005
Pers en Voorlichting
PERSCOMMUNIQUE nr. 104/05
1 december 2005
Arrest van het Hof van Justitie in zaak C-14/04
Abdelkader Dellas e.a./Premier ministre e.a.
Het Hof van Justitie bevestigt de kwalificatie van wachtdiensten als
arbeidstijd
Nachtelijk toezicht door een opvoeder in een instelling voor
gehandicapten moet volledig in aanmerking worden genomen om te bepalen
of de gemeenschapsrechtelijke voorschriften ter bescherming van
werknemers - met name de toegestane maximale wekelijkse arbeidstijd -
zijn nageleefd
De richtlijn betreffende de organisatie van de arbeidstijd^ bevat
minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid op dit gebied.
Zij waarborgt de werknemers onder meer dagelijkse en wekelijkse
minimumrusttijden en voldoende pauzes. Bovendien stelt zij de maximale
wekelijkse arbeidstijd vast op 48 uur, inclusief overwerk.
De richtlijn maakt daartoe onderscheid tussen "arbeidstijd" en
"rusttijd". Zij voorziet niet in een tussencategorie. De kwalificatie
als "arbeidstijd" hangt met name niet af van de intensiteit van de
arbeid. Zo heeft het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
reeds geoordeeld dat wachtdiensten op de werkplek van artsen,
personeel van eerstehulpdiensten, ambulanciers en brandweerlui in
hun geheel als arbeidstijd in de zin van de richtlijn moeten worden
beschouwd, ongeacht de daadwerkelijke arbeidsprestaties.
In Frankrijk bevat een besluit met betrekking tot het nachtelijk
toezicht door werknemers in bepaalde sociale en medisch-sociale
instellingen een wegingsmechanisme voor de berekening van overwerk
en beloning, om rekening te houden met het bestaan van tijdvakken van
inactiviteit tijdens de wachtdiensten. Het besluit voorziet in dat
verband voor de uren aanwezigheid en de werkelijk aangerekende
arbeidsuren in een verhouding van 3 tot 1 voor de eerste negen uren en
van 2 tot 1 voor de volgende uren. Dellas, een gespecialiseerd
opvoeder in instellingen voor residentiële hulpverlening aan
gehandicapte jongeren, is door zijn werkgever ontslagen wegens
meningsverschillen die met name betrekking hadden op het begrip
werkelijke arbeid en op het loon dat verschuldigd is voor nachtarbeid
die in de waakkamer wordt verricht. Dellas en verschillende
vakorganisaties hebben bij de Conseil d'État beroepen ingesteld tot
nietigverklaring van het besluit. De Conseil d'État vraagt het Hof van
Justitie in wezen of een dergelijke regeling verenigbaar is met de
richtlijn.
Het Hof stelt allereerst vast dat de richtlijn niet van toepassing is
op de beloning van werknemers.
De uren van aanwezigheid in kwestie moeten echter in hun geheel als
arbeidsuren worden verrekend wanneer wordt nagegaan of is voldaan aan
alle minimumvoorschriften die in richtlijn 93/104 zijn vastgesteld om
de veiligheid en de gezondheid van de werknemers doeltreffend te
beschermen. Het forfaitaire wegingsmechanisme neemt de uren van
aanwezigheid van de betrokken werknemers echter slechts ten dele in
aanmerking. De totale arbeidstijd van een werknemer kan aldus 60 uur
of zelfs meer per week bedragen. Een dergelijke nationale regeling
voor de berekening van wachtdiensten leidt dus tot overschrijdingen
van de maximale wekelijkse arbeidstijd die bij de richtlijn op 48 uur
is bepaald.
Voor de media bestemd niet-officieel stuk, dat het Hof van Justitie
niet bindt.
Beschikbare talen: DE, EN, ES, FR, HU, IT, NL, PL, SL
De volledige tekst van het arrest is op de dag van de uitspraak te
vinden op de internetpagina van het Hof
http://curia.eu.int/jurisp/cgi-bin/form.pl?lang=nl
vanaf ongeveer 12.00 uur.
Voor nadere informatie wende men zich tot de heer Stefaan Van der
Jeught.
Tel: 00 352 4303 2170 Fax: 00 352 4303 3656
---
Richtlijn 93/104/EG van de Raad van 23 november 1993 betreffende
een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd (PB L 307,
blz. 18). Deze richtlijn is van toepassing op alle particuliere of
openbare sectoren, met uitzondering van het weg-, lucht-, zee- en
spoorwegvervoer, de binnenvaart, de zeevisserij, andere activiteiten
op zee, alsmede de activiteiten van artsen in opleiding.
Zaken Simap (C-303/98), CIG (C-241/99), Jaeger (C-151/02),
Pfeiffer (C-397/01-C-403/01) en Personalrat der Feuerwehr Hamburg
(C-52/04).
Met name voor opvoedkundig personeel, verplegers of
ziekenverzorgers die voltijds werken in instellingen met een
nachtverblijf die worden beheerd door particulieren zonder
winstoogmerk.
European Union